Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Winterverhalen (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Winterverhalen
Afbeelding van WinterverhalenToon afbeelding van titelpagina van Winterverhalen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.05 MB)

Scans (13.30 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Winterverhalen

(1981)–Olaf J. de Landell–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 58]
[p. 58]

Brief van de soldaat Octavianus

Octavianus aan zijn vader Philippus, veel groeten.

In de eerste plaats hoop ik, dat gij gezond moogt zijn, en gelukkig.

Ofschoon ik weet dat ge weinig geloof schenkt aan mijn brieven, sedert ik gedichten schrijf, meen ik u het volgende te moeten melden.

 

Nadat ik zeven maanden in Egypte heb geleefd, ben ik overgeplaatst naar een gehucht in Judea. Hier is een wapenvriend van mij herder. Niemand anders kennende, meende ik hem te moeten begroeten; ik ging aldus naar de heuvelen, en vond hem met zijn makkers.

En in de nacht, rustende onder de sterren van Argus, is ons het volgende overkomen: wij lagen in het veld, tussen de kudden. Ik herinner mij dat ik vermoeid naar de hoge hemel keek; daarbij moet ik zijn ingeslapen, al weet ik dat niet meer.

Eensklaps werd ik, en met mij de ganse troep herders, gewekt door een zinderend trillen van de lucht. Er was geen warmte en geen kilte. Een reuzehand leek nevel en sterren samen te nijpen tot een visioen. Een onmetelijke gestalte kwam tot vorm boven ons - zij kan ook op de velden hebben gestaan. Ik weet op dit ogenblik nog niet, of het een vrouw dan wel een man was, en geen van de herders heeft mij dit kunnen zeggen. Het gelaat was schoon, doch de trekken liggen mij meer in het hart dan in de herinnering. Er scheen daglicht om ons heen, ik heb de grens tussen schijnsel en duisternis niet bespeurd.

Wij waren in de greep van het grootst ontzag dat ik ooit heb gevoeld. Ik dacht, dat de wereld moest splijten, dat de goden neerdaalden - er was zingend gedruis om ons heen, als van miljoenen vogels, en de omgeving leek in gouden vlammen te staan.

 

Toen sprak de gestalte: ‘Vreest niet. Waakt, want ik verkondig u innige blijdschap voor alle mensen: op dit ogenblik is u een redder geschonken binnen de stad van David, namelijk Christus, de heerser. En dit zij u tot teken: gij zult een pas-geborene vinden, in doeken gewikkeld en liggende in een ezelsvoerbak.’

Hoewel de stem door allen is verstaan, klonk zij als dicht aan mijn

[pagina 59]
[p. 59]

oor, ja, daarbinnen - alsof mijn gedachten en dromen tot klank in mij werden. Dat hebben de mij omringende Joden ook ervaren. En niettegenstaande ik hun taal niet spreek of versta, hadden zij dezelfde boodschap vernomen als ik, waar ik niet beter weet, of ik heb onze eigen taal gehoord. Terwijl wij, verlamd van vreemd ontzag, niet wisten of wij moesten knielen of opstaan, leken de vogels lichaam te krijgen. De lucht rondom ons was beweeglijk en lichtend; ik heb gestalten bespeurd, wazig-schoon als nevel en schuim. Hun leden schenen in bepaalde wendingen licht te vangen, en waren meteen weer vaag. Een wonderlijk gerucht van woorden en muziek omruiste ons - ik ben nimmer zo doorschokt geweest van geluk. Ik meen mij woorden te herinneren als: ‘Ere zij de Allerhoogste, vrede over de wereld voor hen, die het geluk nastreven.’

De Joden zegden het later anders; misschien hebben zij beter kunnen luisteren. Zij aanbidden slechts één god, welke niet Serapis is. Het is een vreemd volk, met diepe geheimen en wonderlijke levensinzichten. Onze vreugden zijn daar hard en kil naast.

 

Terwijl wij daar op het veld als bedronken waren van het ervarene, ebden klank en licht weg, verzwakkend in kracht, tot de nacht weer rondom was. Doch tussen de sterren was er één gezwollen als een kalabas, en zij stond fonkelend boven het gehucht, banen van glans werpend over de witte woningen.

 

Toen zei een van de Joodse herders: ‘Laat ons naar de plaats gaan en aanschouwen wat geschied is na deze aanzegging.’

Mijn vriend vertelde me, dat het gehucht Bethlehem genaamd wordt, en dit is de stede van David.

Zij gingen bevende, en ik ben niet met hen meegegaan, want ik had kunnen sterven van ontzetting. Ik zweer u bij het geluk van mijn moeder, dat ik nuchter was. De herders hadden geen wijn of bier bij zich.

Later kwamen zij terug, zeggende dat men in de stal van een herberg een man en een vrouw had aangetroffen, met een kind, dat die nacht is geboren. Het lag met doeken omwonden in een voerbak. Zijn afkomst moet oud zijn, en zeer edel.

Ik weet niet, wat ik hiervan moet denken; maar geen onzer goden heeft mij ooit zo aangegrepen. Het is mij of ik dood ben, en tegelijk herboren met andere ogen op het bestaan. Er is geen groter zaak voor een mens, dan dat de hemel zich opent.

[pagina 60]
[p. 60]

Als onze zieners gelijk hebben dat een sterrenregen vele jaren beïnvloedt, dan zeg ik u, dat wat hier is geschied, vele eeuwen zal richten. Vaarwel, ik bid de goden dat het u wel moge gaan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken