Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de brieven. Deel 6: 1686-1687 (1961)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de brieven. Deel 6: 1686-1687
Afbeelding van Alle de brieven. Deel 6: 1686-1687Toon afbeelding van titelpagina van Alle de brieven. Deel 6: 1686-1687

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.95 MB)

XML (1.30 MB)

tekstbestand






Editeur

J.J. Swart



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/brieven


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de brieven. Deel 6: 1686-1687

(1961)–Anthoni van Leeuwenhoek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 398]
[p. 398]

Naam- en zaakregisterGa naar voetnoot1).

A.

Aalbes, bast 30.
Aalbes, zaad 80.
Adamboë, zaad 96, 120.
Aderen, zijderups 322.
*Aesculus hippocastanum Linn., zie Kastanje.
*Aetiologie, gallen 50.
Akers 48, 56.
*Alcali, in koffie 374-376.
Aleppo 56.
*Alexander de Grote 8.
Amandel, zaad 74.
*Amaracum, zie Marjolein.
*Amnion, rupsenei 314-316.
*Anonymus 350-352.
*Anthriscus cerefolium Hoffm., zie Kervel.
Appel, bast 30.
Appel, oog 342.
Artisjok 254.

B.

*Baarmoeder 72-76, 120.
*Baen, Genesius 356.
Bast, boom 28-32, 128-134.
*Basterdsatijnvlinder 332, 338-340.
Bedervinge, algemeen 62-64.
Bedervinge, hout 154, 160.
Bedervinge, tand 204.
Been, *celholten 22.
Been, globulen 20.
Been, os 20, 24.
Been, *periostaal 24.
Been, pijpjes 20-28.
Beginsel (van plant), algemeen 70-80, 88-90, 96-100, 118-120, 226.
Beginsel (van plant), boekweit 272-276.
Beginsel (van plant), gerst 268-270, 344.
Beginsel (van plant), gierst 284.
Beginsel (van plant), haver 272
Beginsel (van plant), kanariezaad 286.
Beginsel (van plant), rogge 264-268.
Beginsel (van plant), tarwe 252-260.
Beginsel (van plant), zaden, diverse 292-306.
*Bentinck, H.W. 180.
Bereiding, koffie 240.
Berk, bast 30.
Bietwortel, zaad 290.
Bietwortel, zaadhuyske 290.
*Birch, Th. 4, 48, 86, 126, 224.
Bladeren, in diverse zaden 252-306.
Bladeren, in boekweitzaad 272, 276.
Bladeren, in gerstkorrel 268-270.
Bladeren, in gierstkorrel 284.
Bladeren, in haverkorrel 272.
Bladeren, in kanariezaad 286.
Bladeren, in koffieboon 234-236.
Bladeren, in roggekorrel 264-266.
Bladeren, in tarwekorrel 252, 258.
*Blankaart, Stephanus 372-376.
*Blastoderm, rupsenei 314.
*Blauwe melilote, zie Zevengetijdenkruid.
Bloemkool, zaad 294.
*Bodenheimer, F.S. 354.
Boekweit, beginsel 272-276.
Boekweit, bladeren in kiem 272-276.
Boekweit, globulen 280-282.
Boekweit, meelagtige stoffe 276-282.
Boekweit, membranen 276-278, 284.
Boekweit, vaten in kiem 272-274.
Boekweit, zaad 272-282.
*Böhner, K. 346.
*Boitet, R. 356.
*Bontekoe, Cornelis 372.
Boom, bast 28-32.
Boom, *mergstralen 28.
Boom, vaten 28.
Boon, koffie 230-248.
[pagina 399]
[p. 399]
*Bouricius, L.G.N. 356-358, 370.
*Bourignon, A. 348.
*Boutesteijn, C. 2, 46, 84, 90, 124, 176, 180, 190, 222, 250, 310.
*Boutron, J.A. 246.
Branden, koffie 236-242.
*Brassica campestris Linn. var.
*Brassica napus Linn., zie Koolzaad.
*Brassica nigra Koch, zie Mosterd.
*Brassica oleracea Linn., zie Bloemkool.
*Brassica rapa Hartm., zie Raapzaad.
*Bromah, J. 8.
Bupariti, zaad 94, 118.
*Bijwortels, gerst 268.
*Bijwortels, rogge 266.
*Bijwortels, tarwe 254, 260.

C.

*Caffeïne 238, 246.
*Cambiumlaag 28, 128.
*Camerarius, J. 120.
*Cannabis sativa Linn., zie Hennep.
*Carbone, D. 174.
*Carex, zie Zegge.
*Cariës, tand 204.
Cassieboom 80.
*Castanea sativa P. Miller, zie Kastanje.
*Ceiba pentandra Gaertn., zie Kapok.
*Chlorogeenzuur 246.
*Chomel, N. 56, 80, 98, 140, 148, 162, 164, 230, 240, 254, 282, 288, 294, 300, 304.
*Chorion, rupsenei 314, 330.
*Churka 8.
Circulronde afscheidingen, zie Jaarringen.
*Cirsium arvense Scop., zie Distel.
*Cochlearia officinalis Linn., zie Lepelblad.
Cocosnoot, zaad 98-100.
*Coffea arabica Linn., zie Koffie.
*Coleoptiel, tarwe 256.
*Coleorhiza, gerst 268-270.
*Coleorhiza, tarwe 260.
Colson 86, 122, 192.
Comptoir 320, 328, 334, 340.
Contrefeitsel 122.
*Coopmanschappen 356.
*Corrosie, hout 136.
*Corse, J. 246.
*Crangon crangon Linn., zie Garnaal, Noordzee-.
*Croton tiglium Linn., zie Adamboë.
*Cubiq-wortelroede 360-364.
*Cynips folii Linn. 50, 56.
Cynips tinctoria Oliver 56.

D.

*Dadel 238.
Darmen, zijderups 326.
Davidson, Sir William 356.
*Deken, Aagje 102.
*Dentine 198.
*Destructie, hout 136.
Dikte, tandpijpjes 204.
Distel 66-70, 350.
*Dobell, C. 180.
*Docters van Leeuwen, W.M. 350.
Drank, koffie 230, 240.
Duigen, eiken 142, 146, 156.

E.

*Ebner, V. von 28.
*Egreneren 8.
Eieren, basterdsatijnvlinder 332, 338-340.
Eieren, galvlieg 52.
Eieren, garnaal 102-110, 168.
Eieren, kikvors 18.
Eieren, krab 110-116.
Eieren, kreeft 116-118.
Eieren, steurkrab 170.
Eieren, zijderups 18, 312-338.
Eik, akers 48, 56.
Eik, bast 30.
Eik, galnoten 48-66, 350.
Eik, hout, 122, 126, 138-160.
Elengi horti malabariti, zaad 96, 120.
*Ellenberger-Baum 210.
*Embryo, rups 314, zie ook Kiem.
*Endosperm, algemeen 306.
*Endosperm, boekweit 280.
*Endosperm, bupariti 94.
*Endosperm, koffie 234.
*Endosperm, zuring 286.
*Ernst, A. 232.
[pagina 400]
[p. 400]
*Erysimum sp., zie Raket.
Es, aanplant 138.
Es, bast 30.
Es, hout 140, 144, 162-164.
Es, zaad 80.
*Euproctis chrysorrhoea Linn., zie Basterdsatijnvlinder.

F.

*Fagopyrum esculentum Mnch., zie Boekweit.
*Ferwerda, W.R. 366.

G.

*Gaesbeeck, D. van 180.
*Gale, Th. 4.
*Galkamer 54.
Galnoten, *adstringerende kracht 56.
Galnoten, *aetiologie 50
Galnoten, Aleppo- 56-60, 352.
Galnoten, distel 66-70.
Galnoten, eik 48-66.
Galnoten, *ontstaan 346-350.
*Galwesp 54.
Garnaal, eieren 102-110, 168.
Garnaal, *Noordzee- 170.
Garnaal, ongeboren 104, 110, 168.
*Gedachte, unitaristische 24, 34, 120.
*Generatio spontanea, bestrijding 62.
Gerst, beginsel 268-270, 344.
Gerst, bladeren in kiem 268-270.
Gerst, *bijwortel 268.
Gerst, *coleorhiza 268-270.
Gerst, *kiem 268-270.
Gerst, korrel 268-270.
Gerst, membranen 270.
Gierst, beginsel 284.
Gierst, bladeren in kiem 284.
Gierst, gort 284.
Gierst, korrel 282-284.
Gierst, korrel als maat 116, 214.
Gierst, membranen 284.
*Glazemaker, J.H. 56.
*Glazuur, tand- 198, 202, 208.
Globulen, been 20.
Globulen, boekweitzaad 280-282.
Globulen, ei van krab 112.
Globulen, ei van kreeft 118.
Globulen, ei van zijderups 314-316.
Globulen, kiem van koffie 234.
Globulen, schimmel 236.
Globulen, tarwekorrel 262.
Globulen, zaden 224-228.
*Glyceria fluitans R.Br., zie Mannazaad.
*Glyceria maxima Holmb., zie Vlotgras.
Gort, gierst- 284.
*Gorter, K. 246.
*Gossypium sp., zie Katoen.
*Grandiori, R. 318.
*Gregoriaanse kalender 4, 48, 86, 126.
Grenenhout 164-168.
*Grew, N. 120.
Gronovius, J. 178.
*Guajacum officinale Linn., zie Pokhout.

H.

*Haak, Th. 190, 222, 250, 310.
Haar, hoofd-, als maat 318.
Haar, huid 42.
*Haarlems Memoriaalboek 356.
*Hanausek, T.F. 232.
Hart, beweging 14.
*Hartsoeker, N. 2, 46, 84, 124, 190, 222, 250, 310.
Haver, beginsel 272.
Haver, bladeren in kiem 272.
Haver, korrel 272.
Haver, stam in kiem 272.
*Havers, C. 20, 22.
*Havinga, B., 102.
Hazelnoot, vruchtwand 6.
Hazelnoot, zaad 74.
*Helmont, J.B. van 342.
Hennep, zaad 298.
Hermann, P. 88, 90, 248.
*Hille Ris Lambers, M. 232.
Holligheit, pulpa 194-216.
Holligheit, tanden 194-216.
*Holthuis, L.B. 170.
Hom, vissen 104.
Hond, huid 32.
Hoofd, zijderups 324-326.
[pagina 401]
[p. 401]
Hoofdhaar, als maat 318.
*Hooghe, R. de 180.
Hooke, R. 18.
*Hoole, S. 2, 46, 84, 124, 190, 222, 250, 310.
*Hoorn, J. van 230.
*Horizontale verheid 356.
*Hoskyns, Sir John 312.
Hout, algemeen 126-168.
Hout, deugdzaamheid 126-128, 140, 148, 154, 160-168.
Hout, eiken- 126, 138-160.
Hout, essen- 164.
Hout, grenen- 164-168.
Hout, in winter of in zomer gehouwen 126-128, 132-134.
Hout, *kern- 134, 158.
Hout, klap- 148.
Hout, mast 168.
Hout, ondeugdzaamheid 126, 162, 168.
Hout, onstark 150-154, 162.
Hout, pok- 162.
Hout, Rhyns- 140-142.
Hout, *ringporig- 140.
Hout, spint- 134.
Hout, stark 150, 164-166.
Hout, wageschot 160.
Hout, werkers 136.
Hout, Wesels- 140.
Hout, *worm 130.
Huid, haar 42.
Huid, hond 32.
Huid, schubben 34.
Huid, uitwaseming 16.
Huid, vaten 36.
Huid, vezels 32.
Huid, vissen 16, 34.
Huid, zweetgaten 12.
Huisvrouw van L. 318-320.
*Huygens, C. Sr. 88, 180.

I.

Iep, bast 30.
*Imms, A.D. 336.
Inbeeldinge 340.
*Ingraham, L.L. 246.
*Inktbereiding 350-352.
*Inquilienen 54.

J.

Jaarringen, eikenhout 138-146, 150-154.
Jacobus II 180, 182, 186.
*Juglans regia Linn., zie Okkernoot.
*Juliaanse kalender 4, 48, 86, 126.

K.

Kalender, Gregoriaanse 4, 48, 86, 126.
Kalender, Juliaanse 4, 48, 86, 126.
Kalf, tanden 210.
*Kamerbewaarder der Heren Schepenen 356, 370.
*Kanalen, dentine- 194-196, 202.
*Kanalen, ‘perforierende’- 28.
*Kanalen, van Havers 20-22.
*Kanalen, van Volkmann 26.
Kanariezaad 284-286.
Kapok, vrucht 90-92.
Kapok, zaad 90-92, 100, 118.
*Karel II 186.
Kastanje 70-80.
Katoen. *kiem 10.
Katoen. *vrucht 8.
Katoen. zaad 4-8, 88, 92.
Katoen. zaadhuid 10, 88.
Katoen. *zaadlobben 10.
Katoen. zaadolie 6-8.
Katrol, blok en schijven 162.
Kaukin indorum brequis, zie Elengi.
Kers, bast 30.
Kervel, zaad 292.
*Kiem, gerst 268-270.
*Kiem, katoen 10.
*Kiem, kervel 282.
*Kiem, koffie 234.
*Kiem, rogge, 264-266.
*Kiem, tarwe 252-260.
*Kiem, zuring 286.
Kieming, koffie 244.
*Kiemstreep, rupsenei 316.
*Kiemwit, zie Endosperm.
Kikvors, eieren 18.
*Kimme 364-366.
Klaphout 148.
Klaver, zaad 296.
[pagina 402]
[p. 402]
Kleur, koffieboon 246.
Koffie, *alcali 374-376.
Koffie, bereiding 240, 374-376.
Koffie, bladeren in boon 234-236.
Koffie, boon 230-248.
Koffie, branden 236-242, 374.
Koffie, *caffeïne 238, 246.
Koffie, *chlorogeenzuur 246.
Koffie, drank 230, 240.
Koffie, kieming 244.
Koffie, kleur boon 246.
Koffie, *krachten 372-376.
Koffie, *meerzadigheid 232.
Koffie, olie in boon 236-244.
Koffie, *polyembryonie 232.
Koffie, schimmel op kiem 236.
Koffie, schors van boon 232.
Koffie, smaak 240.
Koffie, zaad 230.
Koffie, *zaadknoppen 232.
Koffie, zout in boon 236, 242.
Koolzaad 294.
Krab, eieren 102, 110-116.
Krab, mannelijk zaad 112-116.
Kreeft, eieren 102, 116-118.
*Krooneveld, H. 180.
Kruisbes 80.
Kuit, vissen 104-106.

L.

*Lacunae ossium 22.
*Lagerstroemia speciosa Pers., zie Adamboë.
*Lakenhandel 356.
*Landmeter 356-358.
Land (streek), koud of warm 140, 142, 146, 160, 164.
*Langerak, J.A. 2, 46, 84, 124, 180, 190, 222, 250, 310.
Lazarusklep 40.
Ledematen, zijderups 320, 326.
*Lederhuid, papillen 40.
*Leeuwen, C. van 362-364.
*Lenticellen 30.
Lepelblad, zaad 300.
*Lepidium sativum Linn., zie Sterkers.
Lichaam, zijderups 322-324, 328-338.
Lies(en) 108, 274.
*Lignum vitae, zie Pokhout.
Linde 80, 248.
*Lis 108.
*Lodoicea maldivica Pers. 98.
*Lodoicea sechellarum Labill. 98.
*Lulofs, J. 360.

M.

*Mäckel, H. 232.
Magliabechi, A. 44, 172, 174, 178.
*Malpighi, M. 56, 346-350.
Malva Bohemica, zaad 304.
Manna-zaad 288-290.
Mannelijk lid, vissen 104-106.
Mannelijk zaad, algemeen 72, 74, 76, 120.
Mannelijk zaad, garnaal 108.
Mannelijk zaad, krab 114-116.
Mannelijk zaad, vissen 104-106.
Mannelijk zaad, vlinder 316, 330.
*Marchand, L. 234.
Marjolein, zaad 292.
*Mechanistische instelling 342.
Medicijnen, werking 16.
*Meerzadigheid, koffie 232.
Membranen, boekweit 276-278, 284.
Membranen, gerst 270.
Membranen, gierst 284.
Membranen, rogge 264.
Membranen, tarwe 252.
Membranen, zijderupsei 314, 334.
Mens, scheelzien 340-344.
Mens, schubben 34-40.
Mens, tanden 198-206, 216.
*Mergstralen, boom 28.
*Mespilus germanica Linn., zie Mispel.
*Mey, Barbara de 356.
*Mezzotint 88.
*Michaëlis, G.J. 366.
*Mimusops elengi Linn., zie Elengi.
*Minghel 362-366.
Mismaaktheid 342.
Mispel, pit 226.
Mispel, steen 224-226.
Mispel, zaad 224-226.
*Möllendorff, W. von 22-24, 28.
*Morre, G. 358.
Mosterd, zaad 298.
[pagina 403]
[p. 403]
*Mucorineae 236.
Muscul, oog 342.

N.

*Nauplius-stadium, kreeft 118.
*Ned. O.I. Compagnie 230.
*Nieuwe Kerk te Delft, toren 356.

O.

*Ockers, P. 356.
*Odontoblasten 202.
Okkernoot, bast 30.
Okkernoot, plantbeginsel 70-72, 80.
Okkernoot, zaad 78.
Oldenburg, H. 20.
Olie, hennepzaad 298.
Olie, katoenzaad 6-8.
Olie, koffieboon 236-244.
Olie, koolzaad 294.
Olifant, tanden 192-196.
Olm, bast 130.
Olm, boom 130, 138.
Olm, rode 136.
Olm, witte 136.
Olijfboom 80.
Omwindsel, gerstekorrel 270.
Omwindsel, roggekorrel 264.
Omwindsel, tarwekorrel 258-264.
Oogappel 342.
Oogappel *spieren 342.
*Orban, B.J. 204.
Os, been 20, 24.
Os, tanden 206-210.
*Osteocyten 22.
*Osteonen 22-24.
Ouderdom, olmboom 138.

P.

Paard, tanden 210-218.
*Palaemonetes varians Heller, zie Steurkrab.
*Panicum miliaceum Linn., zie Gierst.
Papenbroek, D. 172-176.
*Papillen, lederhuid 40.
*Payen, A. 246.
Peer, bast 30.
*Pemphigus filaginus Fonsc. 350.
*Penicillium 236.
*Periodontium 202.
*Periost 28.
Perzik, bast 30.
*Phalaris canariensis Linn., zie Kanariezaad.
*Pinus sylvestris Linn., zie Grenenhout.
Pit, mispel 226.
Planken 154-156, 160.
Plant, beginsel 70-80, 88, 90, 96-100, 118-120, 226.
Plant, *sexualiteit 120.
*Pluimpje 72.
Pokhout 162.
*Polyembryonie, koffie 232.
*Pontania capreae Linn. 350.
*Pontania proxima Lep. 60.
*Pontania triandrae Benson 60.
Popkens 130, 332.
Poten, zijderups 322, 326.
*Praeformistische theorie 306.
*Pijl, wijnvat 364.
Pijn, tand 202.
Pijpjens, been 20-28.
Pijpjens, hout, zie Vaten.
Pijpjens, tand 194-206, 216.

Q.

*Quadraatroede 360-362
*Quercus lusitanica Lam. 56.

R.

Raapzaad 296.
Radijszaad 294.
Raketzaad 304.
Rammenaszaad 296.
*Raphanus sativus Linn., zie Radijs. id. var. niger Pers., zie Rammenas.
*Redi, F. 62, 346-350.
*Reede tot Drakestein, H.A. van 90, 96.
*Register van kleine ambten en officiën, Delft 358.
*Rhodites sp. 346.
Rimpels, tand 200.
*Robiquet, P.J. 246.
[pagina 404]
[p. 404]
Rogge, bladeren in kiem 264-266.
Rogge, *kiem. 264-266.
Rogge, korrel 264-268.
Rogge, meelagtige stoffe 260.
Rogge, membranen 264.
Rogge, plantbeginsel 264-268.
Rogge, wortel 266-268.
Rogge, *zaadhuid 264.
Roosteren, koffie, zie Branden.
*Rot, rood-(hout) 136.
*Rot, wit-(hout) 136.
*Rumex ambiguus Gren., zie Zuring.
Rupsen (Rijpen), basterdsatijnvlinder 332, 338-340.
*Rijnberk, M. van 174.
Rijpen, zie Rupsen.
Rijpenest 332, 338.

S.

Sand, als maat 36, 66, 110, 112, 242.
Sap, in hout 132.
Scheelzien, mens 340-344.
Schepen (houten) 146, 154, 162.
Schepping 330.
*Schierbeek, A. 350.
Schimmel, op koffie 236.
Schors, boekweitkorrel 272, 276.
Schors, boom 130-132.
Schors, gierstkorrel 284.
Schors, kanariezaad 284.
Schors, koffieboon 232.
Schors, tand 200.
*Schorskever 130-132.
Schubben, garnaal 104.
Schubben, huid 32.
Schubben, mens 34-40.
Schubben, schaaldieren 102.
Schubben, vissen 34.
*Schuijl, F. 90.
*Scolytus scolytus Fabr., zie Schorskever.
*Scutellum, tarwe 262.
*Serosa, rupsenei 314.
*Sexualiteit, planten 120.
*Signatuurleer 68.
*Sinapis alba Linn., zie Mosterd.
*Sisymbrium officinale Linn., zie Raket.
Smaak, koffie 240.
*Spermatozoïde, krab 116.
Stam, in kiem van zaad 88, 94-98, 266-278, 286, 292-306.
Steen, mispel 224-226.
Sterkers, zaad 300.
*Steurkrab, eieren 102, 170.
Stof(fe), meelagtige 76, 120.
Stof(fe), meelagtige in zaden 224-228, 238, 260-266, 276-286, 306-308.
Stof(fe), olieachtige 100, 120.
Stof(fe), voedzame 74, 94, 228.
Stof(fe), zwartagtige in tandholte 208-210.
*Stout, P. 358.
*Swalmius, Cornelia 358.
*Swammerdam, J. 60, 66, 70, 346-350.
*Systemen, Haverse 22.

T.

Tanden, bedervinge 204.
Tanden, *caries 204.
Tanden, kalveren 210.
Tanden, kristal in pulpa 212.
Tanden, mens 198-206, 216.
Tanden, olifant 192-196.
Tanden, os 206-210.
Tanden, paard 210-218.
Tanden, *perikymata 200.
Tanden, *pulpa 194-216.
Tanden, pijn 202.
Tanden, rimpels 200.
Tanden, schors 200.
Tanden, varken 196-198.
Tanden, zwartachtige stof in tandholte 208-210.
Tarwe, bladeren in kiem 252, 258.
Tarwe, *coleoptiel 256.
Tarwe, *kiem 252-260.
Tarwe, korrel 252-264.
Tarwe, meelagtige stoffe 260.
Tarwe, membranen 252.
Tarwe, plantbeginsel 252-260.
Tavernier, J.B. 56, 346, 354.
*Theophrastus 8.
*Thespezia populnea Corr., zie Bupariti.
*Thyllen 146, 158.
*Tilia sp., zie Linde.
[pagina 405]
[p. 405]
Tonnekens 130, 332.
*Trifolium pratense Linn., zie Klaver.
*Trigonella caerulea Ser., zie Zevengetijdenkruid.

U.

*Unitaristische gedachte 24, 34, 120.
*Urophora cardui Linn. 66, 350.

V.

*Vandevelde, A.J.J. 2, 46, 84, 124, 190, 222, 250, 310.
Varken, tand 196-198.
Vaten, bier- 140.
Vaten, boom 28.
Vaten, eiken- 142, 156.
Vaten, hout- 128-132, 144-146, 156-164.
Vaten, hout-, horizontale 150, 156-162, 168.
Vaten, hout-, opgaande 156-162, 166.
Vaten, huid 36.
Vaten, kiem koffie 234.
Vaten, kiem zaden 258-274.
Vaten, tandpulpa 200-210.
Vaten, wijn- 148.
Vaten, zijderups 322-324.
*Venusziekte 162.
Verbroeien, hout 160.
*Verkolje, J. 88.
Verrotting, hout 126, 132-134.
Verstervinge, hout 132-134.
Verstikken, hout 160.
Versamelinge, dieren 120.
Versamelinge, zaad 70.
*Vezels, collagene 22, 26.
*Vezels, huid 32.
*Virgilius 184.
Vissen, eieren 104-106.
Vissen, hom en kuit 104-106.
Vissen, huid 16, 34.
Vissen, mannelijk lid 104-106.
Vissen, mannelijk zaad 104-106.
Vissen, schubben 34.
*Vivie, J. du 190, 222, 251, 310.
Vlees, kalfs- 62.
Vlieg, uit galnoot 52, 66-70.
*Vlotgras 108, 274.
Vloijworm 338.
*Volkmann, A.W., kanalen 26.
Vroedvrouw 342.
*Vrucht, katoen 8.
*Vruchtwand, tarwe 252, 258-260.

W.

Wageschot, hout 160.
Wasdom, eikenhout 138-150.
Wasdom, essenhout 164.
Wasdom, grenenhout 166.
*Wilgenbladgallen 348-350, 354.
*Willem III 180, 186.
*Willigen, J. de 360.
*Willoughby, F. 86.
*Witsen, N. 230.
*Wolff, E. 102.
Wormen, excrementen 58.
Wormen, in galnoot 50-68.
Wormen, in hout 128-132.
Wortel 88.
Wortel kiem- 92-98, 252, 266-268, 276, 286, 292-306.
*Wijnroeien 358-370.
*Wijnroeier 148, 358-370.
*Wijnroeier bezoldiging 368-370.
*Wijnroeier eed 358-360.
*Wijnroeier instructie 366-368.
*Wijnroeistok 360-366.

Z.

Zaad, adamboë 96, 120.
Zaad, bupariti 94, 118.
Zaad, cabinet 90.
Zaad, cocos 98.
Zaad, diverse 218.
Zaad, elengi 96, 120.
Zaad, globulen 224-228.
Zaad, kapok 90-92, 118.
Zaad, katoen 4, 88, 92.
Zaad, koffie 230.
Zaad, mannelijk, zie Mannelijk zaad.
Zaad, mispel 224-226.
Zaad, tarwe 252-264.
Zaad, versamelinge 70.
Zaadhuid, adamboë 98.
Zaadhuid, bupariti 94.
Zaadhuid, kapok 92.
Zaadhuid, katoen 10, 88.
[pagina 406]
[p. 406]
Zaadhuid, *rogge 264.
Zaadhuid, *tarwe 252, 258-262.
*Zaadknop, koffie 232.
*Zaadknop, mispel 224-228.
*Zaadlobben, boekweit 280.
*Zaadlobben, bupariti 94.
*Zaadlobben, kastanje 72.
*Zaadlobben, katoen 10.
*Zaadlobben, kool 294.
*Zaadlobben, zaden, diverse 296-304.
*Zaadlobben, zuring 286.
*Zegge 108.
Zevengetijdenkruid, zaad 304.
Zout, eikenhout 140-142.
Zout, koffieboon 236, 242
Zout, tandholte 212-216.
Zuring, zaad 286.
Zweetgaten 12.
Zijderups 52, zie ook Zijdeworm.
Zijdeworm, aderen 322.
Zijdeworm, darmen 326.
Zijdeworm, eieren 308-338.
Zijdeworm, *id., amnion 314.
Zijdeworm, *id., blastoderm 314.
Zijdeworm, *id., chorion 314.
Zijdeworm, *id., embryo 314.
Zijdeworm, id., globulen 314-316.
Zijdeworm, id., membranen 314-334.
Zijdeworm, *id., serosa 314.
Zijdeworm, hoofd 324.
Zijdeworm, ledematen 320.
Zijdeworm, lichaam 322-338.
Zijdeworm, poten 322.
Zijdeworm, vaten 322.
voetnoot1)
Met een sterretje zijn aangeduid de woorden en namen die niet door Leeuwenhoek zijn genoemd, doch in de aantekeningen voorkomen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken