Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Poëtische werken. Deel 6. Mengelpoëzy. Deel 2 (1861)

Informatie terzijde

Titelpagina van Poëtische werken. Deel 6. Mengelpoëzy. Deel 2
Afbeelding van Poëtische werken. Deel 6. Mengelpoëzy. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Poëtische werken. Deel 6. Mengelpoëzy. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.93 MB)

Scans (2.57 MB)

ebook (3.14 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Poëtische werken. Deel 6. Mengelpoëzy. Deel 2

(1861)–Jacob van Lennep–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 206]
[p. 206]

Aanteekeningen van den schrijver.

Bladz. 166, reg. 5 v. ond.

 
Koumourgi.

Ali Koumourgi, de gunsteling van drie Sultans en Groot-Vizier van Achmet III, na den Peloponnezus in éénen veldtocht op de Venetianen te hebben heroverd, werd in den volgenden tegen de Duitschers by den slag van Peter-Waradin (in de vlakte van Karlowitz) in Hungaryën doodelijk gewond, terwijl hy bezig was om zijn garde ten strijd terug te voeren. Zijn laatst bevel strekte tot de onthoofding van den Generaal Breuner en eenige andere Duitsche gevangenen; en zijn laatste woorden waren: ‘o! dat ik dus al die Kristenhonden dienen konde!’ een gezegde, Kaligula niet onwaardig. Hy was een jongeling van groote roemzucht en grenzenlooze hoovaardy. Hoorende dat Prins Eugenius, die tegen hem gesteld was, een groot veldoverste was, zeide hy: ‘ik zal een grooter worden, en ten zijnen koste.’ -

Bladz. 178, reg 16:

 
Die steeds gelijke waterbaan
 
Kent eb noch vloed.

Den lezer behoeft naauwelijks herinnerd te worden, dat er geen zichtbaar tij is in de Middellandsche zee.

[pagina 207]
[p. 207]

Bladz. 179, reg. 16:

 
Hy zag nu de magere doggen, beneên,
 
Die voedden zich met der verslagenen leen.

Dit schouwspel heb ik, gelijk het hier wordt voorgesteld, gezien aan den benedenwal van het Seraglio te Constantinopel, in de kleine inhammen door den Bosforus gevormd in de rots, die even vooruitspringt tusschen den muur en het water. De lijken waren waarschijnlijk die van onwillige Janitzaren.

Bladz. 180, reg. 8:

 
Elk hoofd, met een enkele hairvlecht vercierd.

Deze vlecht of staart laten zy groeien, ten gevolge van een oud bygeloof, dat Mohammed hen daarby in het Paradijs zal slepen.

Bladz. 205, reg. 5:

 
De jakhals.

Ik geloof dat ik een dichterlijke vrijheid gebruikt heb, door den Jakhals uit Aziën over te planten. In Griekenland heb ik die dieren nimmer gezien of gehoord, maar in de bouwvallen van Ephesen by honderden. Zy houden zich in puinhoopen op en volgen de legers na.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken