Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Volledige werken van den ouden heer Smits. Deel 3 (1883)

Informatie terzijde

Titelpagina van Volledige werken van den ouden heer Smits. Deel 3
Afbeelding van Volledige werken van den ouden heer Smits. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Volledige werken van den ouden heer Smits. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.39 MB)

ebook (3.26 MB)

XML (1.09 MB)

tekstbestand






Editeur

Lodewijk Mulder



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Volledige werken van den ouden heer Smits. Deel 3

(1883)–Mark Prager Lindo–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 395]
[p. 395]

Het laatste woord van het Oude Jaar.

Het ostracisme was volbracht; - niet alleen door de vroolijke gasten, welke mij op oudejaarsavond omringden, maar, ik mag wel zeggen door geheel Nederland. De stapels oesterschelpen, deleege glazen, de stille kamer verkondigden, dat alles afgeloopen was; jubelende en elkaar gelukwenschende hadden wij het Nieuwe jaar afgewacht; wij hadden ook den jongen vorst, op de meest constitutioneele wijze begroet: ‘Le Roi est mort, vive le Roi!’ Maar geen mensch dacht er aan het pas begraven Oude Jaar te betreuren; de oude vriend, of vijand, was in de drukte der troonsbeklimming van zijn opvolger vergeten. Nadat die drukte echter voorbij was en ik alleen zat voor den smeulenden haard, en ik de eenige overgeblevene hoveling was van het Nieuwe Jaar, die in de eenzaamheid bleef zitten, begon, hetzij mijn geweten wakker te worden, of de Champagnedampen in mijn hersens te stijgen, zoodat ik in plaats van dolzinnig uitgelaten te zijn als zoo kort te voren, terwijl ik mijn hof maakte aan het Nieuwe Jaar, weemoedig en week werd gestemd.

Ik dacht niet meer aan den krachtigen jongen vorst, dien we pas gehuldigd hadden, ik droomde of peinsde liever medelijdend over den pas begravene - en nu die onherstelbaar verloren was, begon ik, - evenals sommige menschen van hun overledene dierbaren, - niets dan zijn goede hoedanigheden op te sommen. Alzoo voortgaande, duurde het niet lang, of ik wenschte hem vurig al terug. Ik kende de vreugd en het leed, die hij opleverde; - ik was op een vertrouwelijken voet met hem gekomen; - ik kon meer op hem bouwen dan op zijn opvolger. Wie zou mij zeggen, welke nukken en grillen deze onder zijn opgeruimd uiterlijk verborgen hield? Ik had hem alleen in de eerste oogenblikken van zijn triomf gezien; - bracht hij een zak vol witte steentjes, waarmede ik zijn dagen zou herdenken, of waren het grootendeels keien, die hij mij in kwaadaardige buien naar het grijze hoofd zou werpen?

Ik zag geene kans om een antwoord te vinden op deze vraag, en daarom is het slechts natuurlijk, dat ik hoe langer hoe meer het Oude Jaar ging betreuren en mij zelven opwinden, tot ik opstond, nog een glas inschonk en, in hetgeen een dichter eene vlaag van ‘bezieling’ en een nuchter koopman eene ‘dolzinnige bui’ zou noemen, een toost wilde instellen op het Oude Jaar.

Ik had juist mijn glas opgenomen en mij in redenaarspositie aan het hoofdeinde van de tafel geplaatst, toen ik, tot mijne overgroote verbazing, van het andere einde van de tafel eene stem hoorde, die riep:

‘Stilte! Het woord is aan den ouden heer Smits!’

Daar zat, op mijn woord, het Oude Jaar, uit het graf opgerezen,

[pagina 396]
[p. 396]

in den leuningstoel vlak tegenover mij en terwijl ik nu klappertandende daar stond, knikte hij mij, zachtjes met het hecht van een dessertmes op de tafel tikkende, bemoedigend toe.

‘Ga uw gang!’ zei het Oude Jaar. ‘Ge hebt me teruggewenscht, - daar ben ik! Ik wacht op uw toost!’

‘Gij zijt wel heel goed,’ stamelde ik, ‘maar, - hm! Ik - wezenlijk, - ik ben wat verrast; - ik - het is al heel laat; - ik dacht niet dat ge komen zoudt - ik -,’

‘Met één woord, ge wildet, dat ik weder weg was? Zoodra ik uw toost gehoord heb, zal ik gaan.’

‘Maar,’ smeekte ik, met bevende leden, ‘wezenlijk, ge ziet, ik ben nu volstrekt niet in een toestand om een woord uit te brengen, - ik - ik - wensch u het beste toe! Van ganscher harte, het beste; ik ben u zeer dankbaar voor - ja voor al het goede - mijn hemel! daar slaat het al halftwee!’ riep ik wanhopig uit; - ‘ik moet naar bed! Ik gevoel me niet al te wel; ik verlang naar rust!’

‘Ik ook,’ lachte het Oude Jaar; ‘maar, vriendlief, ge hebt mijne rust verstoord in uwe lichtzinnige opgewondenheid; eer ik weder in het graf van het verledene nederdaal, moet ik u bedanken voor uw weigemeenden maar zeer verongelukten heildronk: - schenk eens in!’

Ik deed werktuiglijk zooals mij bevolen werd, en bleef toen bewegingloos tegenover het Oude Jaar staan, dat eerst met veel welgevallen den schuimenden wijn scheen te bekijken tegen het licht, en toen zich verheffende mij als volgt aansprak:

‘Ge hebt me teruggewenscht, Smits, - hier ben ik - en nu is uw vurigste wensch, dat ik weder weg zal gaan; - ik ga ook; maar niet zonder u eene les te geven, oude heer, die u in het vervolg heilzaam zal zijn. Waarom, o kleingeloovige, hebt gij mij teruggeroepen? Was het uit liefde, of zelfs uit dankbaarheid jegens mij, of slechts uit ellendige, egoïstische vrees voor mijn opvolgers? O, Smits, hebt ge een oogenblik kunnen vergeten, dat Hij, die mij en mijn vele voorgangers in het graf riep, ook mijn opvolgers zendt? Vreest gij, dat Zijne liefde voor u verminderen, Zijne zorg voor u uitblijven zou? Het verledene vergroot de vreugde en verzacht het leed, die men ontmoet heeft; - geniet dus de gelukkige herinnering, maar wensch de steeds vergankelijke wezenlijkheid niet terug; - er is een diepere zin, dan gij schijnt gevat te hebben, in de algemeene vreugdebetooning, waarmede de menschheid overal het Nieuwe Jaar te gemoet treedt; daarin ligt opgesloten de dankbaarheid voor verleende bescherming in het verledene, het vertrouwen, dat die verder niet uitblijven kan, de zekerheid, dat elk jaar u nader tot Hem zal brengen, die u en mij hierheen gezonden heeft. Daarom, heil het Nieuwe Jaar! Heil mijn opvolgers, die, o Smits, wat zij soms den enkelen mensch voor

[pagina 397]
[p. 397]

oogenblikkelijk leed mogen aanbrengen, de geheele menschheid voorwaarts geleidt op den weg tot het goede! Is niet elk Jaar ook een weldoener der menschheid geweest in dezen zin, sedert het eerste jaar, dat de mensch geteld heeft? Is elk Nieuwe Jaar niet steeds de voorstander en beschermer van den waren Vooruitgang, der Beschaving, der Verlichting geweest? Begroet dan het Nieuwe Jaar als zoodanig, - vergeet u zelven, huldig den krachtigen jongen held met vreugde! Laat mij onbeweend in het graf rusten en tracht met uw tijd mede te gaan! Streef hem bij te blijven, - maar wil hem niet vooruitvliegen; blijf hem ook niet ten achteren; aan zijne hand gaat de menschheid mede! Verlies de kostbare oogenblikken niet met treuren over het verledene, maar houd u goedsmoeds aan het Tegenwoordige, dat u anders ongemerkt en ongebruikt ontloopen kan!’

‘Mijn lieve Smits, waar blijft ge toch?’ zei mijne vrouw, de deur opendoende.

‘Ik was eventjes bezig voor 't Nieuwe Jaar op te redderen;’ hernam ik, - met de hand over het voorhoofd strijkende.

't Oude Jaar was verdwenen; - ik heb er niet meer om gezucht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken