Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put (1957)

Informatie terzijde

Titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put
Afbeelding van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de PutToon afbeelding van titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

Scans (9.35 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.50 MB)

tekstbestand






Editeur

N.C.H. Wijngaards



Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

(1957)–Mechteldis van Lom, Barbara de Put–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+6. Een ander vande verrissenisse ons Heeren.

Vose: Alemand d'amour oft Mijnen gheest is opgeriesen

 
O dagh vol van blijtschap heden!
 
Alle vruchtGa naar voetnoot18.* brengt ghij mede!
 
De droefheijden voorleden,
 
smert en pijn sijn voorbij!
5[regelnummer]
O mijn siel, smilt van tranne,
 
u lief is opgestaene
 
en nu verreesen saeneGa naar voetnoot19.
 
ut het graf, al waer hij
 
begraven lagh voor mij.
10[regelnummer]
Ick was beroert, onvrij;
 
mijnen moet die was gesoncken;
 
mijne siele gansch doordroncken
 
van droefheijt en duijstere dompen:
 
nu ben ick geworden blij!
 
 
15[regelnummer]
O dagh, vol van medecijne,
[pagina 156]
[p. 156]
 
die door een doot met pijne
 
vernielt hebt het fenijne
 
des doots en helsche pijn!
 
Ga naar margenoot+Onse schult is nu gequieten,
20[regelnummer]
het hantschrift is gerieten,Ga naar voetnoot20.
 
den vijandt wegh gevlieten!
 
Wij sijn verloest met spoet
 
van s'vijandts vreetheijt groot
 
en van d'eeweghe doot!
25[regelnummer]
Nu is des vaders thooren
 
teghen ons arm, verloeren,
 
door sijnen Soone, hoogh geboeren,
 
verkeert in genaede soet.
 
 
 
Wij waeren duijster alomme
30[regelnummer]
door ons sonden gekomme,
 
met vreesen ende schroomen,
 
sonder hoep van het light.
 
O wonderlijck werck des Heere!
 
d'Operste son komt keere,
35[regelnummer]
sij draijt naer ons soo seere,
 
breckende het gewight,
 
dat ons sondeghe plightGa naar voetnoot21.
 
hadde gemaeckt soo dight,
 
Als iesus gaf sijn leven,
40[regelnummer]
voor ons aen t'cruijs verheven,
 
soo heeft hij ons het light gegeven
 
en onsen val opgericht.
 
 
 
Ga naar margenoot+O wanneer sal ick verrissen,
 
mijnen Godt eer bewisen,
45[regelnummer]
dancken, loven en prijsen,
 
g'nietten in eewigheijt?
[pagina 157]
[p. 157]
 
Wanneer sal toch in mij dallen
 
des hemels lighte strallen
 
en clarheijt sonder fallen
50[regelnummer]
der soete eewigheijt
 
en in u Godlijckheijt
 
mijn hert heel sijn verbreijdt
 
door uwe glori crachtich,
 
die ghij Godt allemaghtich,
55[regelnummer]
u getrouwe diennaers eendrachtig
 
sult geven in eeuwigheijt?
 
 
 
Ga naar margenoot+O Godt vol van charitaten,
 
wilt toch tot mijnder baeten
 
mij heel verriesen laeten
60[regelnummer]
van sonden en boosheijt.
 
Wilt mij hier toch sterven leere,
 
mijn quae passien meereGa naar voetnoot21.*
 
en begraft se, o Heere,
 
door u almogentheijt.
65[regelnummer]
Laet mij in nieuwigheijt
 
verrissen, o goetheijt,
 
in een leven vol deughden
 
en uwen wil met vreughden.
 
Laet toch sijn alle mijne geneughten
70[regelnummer]
in dese sterffelijckheijt.Ga naar voetnoot21.**
 
fin.
margenoot+
hs. p. 23
voetnoot18.*
Vreugde.
voetnoot19.
Snel, spoedig, vgl. eng. soon.
margenoot+
p. 24
voetnoot20.
De dichteres stelt het dus voor alsof de schuldbrief verscheurd is, waardoor de ziel aan de duivel toebehoorde. Vgl. de legende van Theophilus en van Doctor Faustus.
voetnoot21.
Schuld.
margenoot+
p. 25
margenoot+
p. 26
voetnoot21.*
Aan banden leggen.
voetnoot21.**
Omdat door het sterven het eeuwig geluk bereikt kan worden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken