Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put (1957)

Informatie terzijde

Titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put
Afbeelding van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de PutToon afbeelding van titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

Scans (9.35 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.50 MB)

tekstbestand






Editeur

N.C.H. Wijngaards



Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

(1957)–Mechteldis van Lom, Barbara de Put–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+24. Een ander vose:

Vere van Palastyn etc.

 
Geluckig is die siel geacht,
 
die gants haer selve is ontwecken
 
en de sinnekens heeft veracht
 
met al haer loos en valsche trecken,
5[regelnummer]
die in Godt is overgegaen,
 
jae hem met liefde heel omvaen.
 
[die in Godt etc.
 
 
 
Die dat Goddelijck wesen reijn
 
gebruijcken en altijt genieten,Ga naar voetnoot100.
 
door liefde met hem sijn gemeijn
10[regelnummer]
en geheellijck daer in vervlieten;
 
die dat Goddelijck een in drij
 
omhelsen utter herten blij.
 
die dat etc.
 
 
 
O een in drij, mijn hooghste goet!
 
Ghij hebt mijn siel en hert doorschoten!
15[regelnummer]
Uwen soo amoureusen pijl
 
is in den gheest soo diep gevloten!
 
O crachtich vier, o soete wont!
[pagina 202]
[p. 202]
 
Ghij hebt geraeckt den diepsten gront.
 
[o crachtich etc.
 
 
 
Ga naar margenoot+O waerachtighen minnaer schoon,
20[regelnummer]
met wat geneught en wat behaghen,
 
met wat bewis der liefden coen
 
genest de wonden van u slaghen.Ga naar voetnoot101.
 
Soeten minnaer, ghij maeckt u een
 
met de siele door liefden reijn.
 
[soeten minnaer etc.
 
 
25[regelnummer]
O levendigh, soet maeckent vier,
 
ghij verslint heel dat hert en siele.
 
Als eenen minnaer goedertier
 
neemt ghij de siel tot u geheelle;
 
jae, ghij deelt haer soetelijck mee
30[regelnummer]
u waerheijt, wisheijt ende vree.
 
jae ghij etc.
 
 
 
O goddelijck genieten soet,
 
hoe brenght ghij mee soo veel verheughen,
 
dat alleenlijck u schouwen soet
 
set de siele in vol geneughen.
35[regelnummer]
Jae, uwe hooghe Maiesteijt
 
t'herte geheel in u verbreijt.
 
[jae, uwe etc.
 
 
 
Ga naar margenoot+O crachtich vier, o liefde sterck,
 
dat de siele dus treckt omhooghe!
 
Den Vader door sijn godlijck werck
40[regelnummer]
baert daer in haer sonder vertoevenGa naar voetnoot102.
[pagina 203]
[p. 203]
 
d'eewigh woort, sijnen soon bemint,
 
met den heijlighen Gheest bekint.
 
[d'eewig woort etc.
 
 
 
De siel, omvangen goddelijck,
 
siet dat drij int goddelijck eene,
45[regelnummer]
dat een in drij verborgentlijck,
 
dat s'omhelst door liefde reijne.
 
O wonder cracht der liefde sterck,
 
hoe verborghen is u utwerck!
 
o wonder cracht etc.
 
 
 
Seer wonderlijck is u advis,
50[regelnummer]
seer goddelijck en hoogh verheven.
 
Ghij sijt den honger en de spijs,
 
ghij sijt de cracht, ghij sijt het leven,
 
ghij sijt het water ende vier,
 
ghij werckt hier op duijsent manier!
 
ghij sijt het water etc.
 
 
55[regelnummer]
Ga naar margenoot+Dat ghij sijt in u wesen soet
 
maeckt ghij de siele hier door grati;
 
uwen goddelijcken overvloijt
 
vervult het hert met jubilatie.
 
De siele roept in dit verdwijn:
60[regelnummer]
Mij lief is mijn en ick ben sijn!
 
De siel roept etc.
 
 
 
O Liefde soet, o godlijck goet,
 
ghij sijt mijn rust, mijn eenigh deelle.
 
Ghij sijt mijns herten welde groot,
 
al mijnen schat en vreught geheelle.
65[regelnummer]
Sonder u kan mij paijen niet
 
en noch veel min versaeden iet.
 
fin.
margenoot+
hs. p. 116
voetnoot100.
Gebruijcken heeft hier nog de oude betekenis van ‘smaken, ondervinden’.
margenoot+
p. 117
voetnoot101.
Deze plaats is minder duidelijk, omdat het onderwerp bij ‘genezen’ is weggelaten: Met wat bewis der liefden coen, genest Gij...
margenoot+
p. 118
voetnoot102.
Uiting die in de mystieke litteratuur algemeen voorkomt. De ziel heeft van eeuwigheid een ideëel bestaan in God; van eeuwigheid baart de Vader de Zoon in haar en bemint Hij de Zoon in de Geest.
margenoot+
p. 119

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken