Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
In onze Vlaamsche gewesten (onder pseudoniem W.G.E. Walter) (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van In onze Vlaamsche gewesten (onder pseudoniem W.G.E. Walter)
Afbeelding van In onze Vlaamsche gewesten (onder pseudoniem W.G.E. Walter)Toon afbeelding van titelpagina van In onze Vlaamsche gewesten (onder pseudoniem W.G.E. Walter)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.74 MB)

Scans (187.66 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.21 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

schetsen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

In onze Vlaamsche gewesten (onder pseudoniem W.G.E. Walter)

(1877)–Virginie Loveling–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 84]
[p. 84]

XX.

In het schilderachtig huisje, dat in de Zompelingen stond, woonde de kleine Alida, en de oude vrouw, welke Mijnheer Sandrie er vaak op den drempel gezien had, was hare grootmoeder.

Sedert zij heel haar vermogen door het bankroet van Langrand-Dumonceau verloren had, werd zij van het armenbestuur ondersteund. Haar kleindochtertje won met kantwerken eenig geld, en zoo sukkelden zij ellendig voort. De arme vrouw had veel geleden; doch het was niet genoeg, dat zij alle bestaanmiddelen kwijt was, ook haar geest was bij poozen verbijsterd, het gevolg harer onrust, harer slapeloze nachten, harer vertwijfeling bij het bepaald vernemen, dat alles onherstelbaar verloren was. Haar ouderdom liet niet hopen, dat het nog ooit beter worden zou. Zij verrichtte echter haar huiswerk, en er

[pagina 85]
[p. 85]

kwamen dagen, dat zij volkomen bij haar verstand was.

Een harer neven, een broederskind, woonde op een schaapgoed te Zompelgem. Hij alleen van heel de familie had haar in het ongeluk niet verlaten. Soms kwam een zijner zonen met eene karre hout of eenen zak aardappelen voor de arme verwante. Dat werd dan voor de deur van het huisje afgestort en binnen gedragen, en wekte de dankbare vreugde der twee vrouwen op.

Deze week was weder de jongste zoon gekomen met iets van het zwijn en de complimenten van Vader en Moeder, dat Tante en Liede naar de Meikermis mochten komen. Dit mochten had zijne beteekenis: eertijds klonk het in de dagen van haren voorspoed, of zij komen wilden; zoo waar is het, dat elk, vaak buiten zijn eigen weten, den rijkdom eerbiedigt en de armoede minacht. Maar de goede vrouw was daar reeds aan gewoon, en nam deze uitnoodiging met dankbaarheid aan. Zij was alleen te huis op dat oogenblik, en sprak zoo wijs, dat de knaap het niet bemerkte, dat zij eenigszins kindsch was.

Alida klapte in de handjes, als Grootmoeder haar

[pagina 86]
[p. 86]

zei, dat ze naar de Meikermis gaan mochten; maar hare begoocheling duurde niet lang; haar ernstig karakter deed haar de moeielijkheid van een dergelijk uitstapje inzien: zij wilde het de oude vrouw afraden, voorwendend dat het te ver was; doch deze liet zich niet overhalen, en op den Zondag morgen begaven beiden zich op weg.

Het deed de oudevrouw goed weder eens bij de menschen te zijn. Men was voorkomend jegens haar en haar kleindochtertje. Aan tafel vertelde zij nog eens haar ongeval, en wie het haar had aangeraden haar geld uit te geven, en hoe men haar de noodlottige tijding had aangebracht en dergelijke meer. Zij ging naar de veldvruchten zien en scheen gansch verkwikt, als ze met Liedeken, welke heel den namiddag met de andere kinderen, die er waren, uur en tijd vergetend op den boomgaard had gespeeld, langs het binnenpad huiswaarts trok.

De duisternis begon reeds te vallen. In den eerste ging alles goed. Deoude vrouw klaagde van geene vermoeienis, en vervolgde koutend haren weg. In het heestersbosch gekomen, waar de schaduw der struiken in den maneschijn soms

[pagina 87]
[p. 87]

eene duistere plek op den grond wierp, werd zij bevreesd en meende vreemde gestalten te ontwaren. Tot haren schrik bemerkte het kind, dat Grootmoeder gansch van hare zinnen geraakte.

‘Ze zullen ons geld pakken!’ zei ze, ‘indien wij niet terugkeeren,’ en bleef staan. ‘Zie, ze staan ons ginder af te wachten...’ en zij wees met den vinger vooruit.

- ‘Maar, Grootmoeder, wij hebben geen geld bij ons... kom, kom, het is een mastenboom, die ginder staat.’

Zij tastte in haren zak: ‘Zou ik het verloren hebben?’ zei ze met koortsige onrust.

Het kind trachtte het haar uit het hoofd te praten en haar voort te krijgen. Doch zij ook werd bevreesd in het bosch: zij was bang van den maneschijn zelven, die eene schitterende klaarte op de opene plaatsen werpt en in geene donkere hoeken doordringt. Geen windje blies, geen geritsel was te hooren. De nachtegaal alleen liet zijne zoete, kalme meiliederen door het bosch in de geurige avondlucht weergalmen. ‘Kom,’ zei ze bevend, ‘kom, Grootmoeder!’

Doch de vrouw zette zich neder op den boord

[pagina 88]
[p. 88]

der baan; hare gedachten schenen eene andere richting genomen te hebben, en haar schroom had voor eene sulachtige onnoozelheid plaats gemaakt. Zij begon half te schreien:

- ‘Wij zijn twee ongelukkige schaapkens!’ klaagde zij droevig.

Het kind stond ontsteld nevens haar: ‘Kom toch!’ bad zij immer.

Maar de oude vrouw bleef zitten: - ‘Wie is nu de oudste van ons beiden?’ vroeg ze, ‘die moet de wijste zijn. Weet gij het? Ik heb het vergeten...’

- ‘Maar gij,’ sprak het meisje, ‘ge zijt immers mijne grootmoeder, en ik ben Liedeken, Liede, uw kleinkind.’

- ‘Oprecht?’ vroeg ze, ‘ben ik uwe grootmoeder? wel dan moet gij mij gehoorzamen en hier blijven; want ze zouden ons pakken... hoor daar zijn ze!...’ en de vrees scheen haar weer te bevangen en benauwde hare spraak.

Alida hoorde inderdaad achter zich langs het voetpad eenen naderenden stap, die de droge takjes kraken deed. De schrik deed haar verstommen; want de duistenis en de eenzaamheid, of de

[pagina 89]
[p. 89]

woorden der krankzinnige vrouw hadden angstverwekkend op hare verbeelding gewerkt.

Eene hooge gestalte verscheen aldra, en hield op eenigen afstand van de beide vrouwen stil. Alida sprong voor hare grootmoeder om ze desnoods te verdedigen, als eene bekende stem haar toesprak.

Mijnheer Sandrie! Het was als een schutsengel, dat hij haar weder voorkwam. Zij vertelde hem op zijne vragen hijgend en fluisterend, dat Grootmoeder niet wel wijs was, en niet meer voort wilde gaan...

Hij trad recht op de nederzittende toe: ‘Sta op,’ zei hij, ‘en volg ons!’

Wie met vastberadenheid spreekt of handelt, oefent op kinderen en onnoozelen eenen bijna altijd gewissen invloed. De oude vrouw voelde ontzag voor hem: zij kende den heer uit de Kluize, die dagelijks aan hare deur voorbijkwam, en stond op. Hij stak haren arm door den zijne, deed haar door haar kleindochtertje aan den anderen kant ondersteunen, en alle drie trokken zwijgend door het donkere bosch. De maan was achter wolken verborgen en het begon te regenen.

[pagina 90]
[p. 90]

De kleine Alida wilde hem danken aan de deur van haar huisje; doch de woorden verstierven op haar mondje. Hij haalde het beeld in het papiertje te voorschijn, stopte het in haar handje, en: ‘Braaf kind, dat is voor u!’ zei hij haastig en verliet het hutteken, waarin hij weldra, omziende, een flauw lichtje schemeren zag.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken