Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De twistappel (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van De twistappel
Afbeelding van De twistappelToon afbeelding van titelpagina van De twistappel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.89 MB)

ebook (2.90 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De twistappel

(1904)–Virginie Loveling–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XVI

Drie dagen en drie nachten bleef Fernande in den Twistappel, na hare ouders bij voorbaat door Petrus te hebben doen waarschuwen.

Wat al bekommernissen doorliep ze, wat al moeielijk-heden ontmoette zij! In de overdrevenheid harer vrees voor het behoud van Gaspard, dorst ze hem geen oogenblik verlaten of aan iemand anders toevertrouwen. Onder het toezicht van den dokter volgde zij een systeem van kunstmatige voeding, kookte zij zelve de

[pagina 68]
[p. 68]

noodige melk, welke in een heelen troep fleschjes werd gegoten, in verhoogende mate toebedeeld. Hare behoefte aan vertroeteling, aan toewijding vond hier een vruchtbaar veld. Zij voelde zich gelukkig, daar alleen op die bovenkamer bij het kind, in hare enge wereld van vereenzaming; zij zag met hartejuichen, dat het niet te lijden scheen en gewende aan zijne plots veranderde levenswijs. Al haar tijd, al hare gedachten waren door dat éene doel van bescherming ingenomen, totdat een onvoorziene hinderpaal, als eene bom, voor hare voeten werd geworpen.

Op den morgen van den vierden dag, juist toen Mathijs, gereed om naar de stad te vertrekken, nog even boven was gekomen om een kus op 't voorhoofdje van Gaspard te drukken, werd het bezoek haars vaders aangemeld.

Haar vader! Hij kwam er nooit, hij was op vijandlijk terrein van zijn schoonzoon gescheiden! Een ingeving van nakend onheil doorsidderde haar, een soort van lamheid deed haar ledematen aan met halve machteloosheid, toen ze beneden ging naar de spreekkamer.

Hij had ook naar mijnheer gevraagd, berichtte Kathelijntje en Mathijs volgde haar op de hielen.

Niet zoodra was ze binnen, of een duidelijk besef van den toestand, een zekerheid van onontkombaar onweêr flitste door haar brein.

‘Dag, papa,’ zei ze schroomvallig.

Maar hij, heel overgegeven aan zijn gramschap, rood

[pagina 69]
[p. 69]

opgeblazen, met woesten oogopslag, trad op haar toe greep haar ruw bij den arm, heel brutaal, den onbeschaafden, groven mensch in zich openbarend, die ondanks een dun vernis van verfijning zijn gebrek aan eerste opvoeding verraadt; iets dat nu ontembaar in alle platheid doorbrak; hij begon:

‘Asa, gaat dat hier blijven duren? Voor hoelang nog? hé? Meent ge dat er aan mijn geduld geen palen zijn, dan vergist ge u leelijk, hoor!’ en zijn oog, uitpuilend, was bloedig rood, in toorn op haar gericht. ‘En gij, gaat gij alzoo mijn dochter houden?’ tot Mathijs, die heel onthutst, een antwoord zocht.

‘Papa,’ sprak Fernande bevend, vaak had ze hem tegen anderen hooren uitvaren, maar tegen haar nog nooit aldus, ‘papa, ge weet wat er gebeurd is, Gaspard heeft mij noodig, geene andere kan mijne plaats hier innemen.’

‘Naar huis,’ zei hij, met den arm vooruit wijzend, als tot een hond, dien men wegjaagt, ‘naar huis, naar huis!’ zijn stem was onherkenbaar schor.

‘Ge vraagt mij of ik uwe dochter ga houden,’ wierp Mathijs er tusschen, ‘papa, ik verzeker u, dat ze uit vrijen wil gehandeld heeft. Ik zal ze eeuwig dankbaar zijn voor al hetgeen....’

‘En ik niet,’ onderbrak hij heftig. ‘'t Is hier niet hare plaats. Zij brengt schande en oneer over mijn hoofd en over 't hoofd harer moeder.’

En daar de beide beschuldigden in de uiterste verbazing opkeken, vervolgde hij lomp en meedoogen-

[pagina 70]
[p. 70]

loos: ‘Eerst in het klooster en dan de mannen naloopen!’

‘Papa!’ stieten de twee tegelijkertijd uit, bij het ontheiligend verscheuren van dien kieschheidssluier.

‘Welk een beschuldiging,’ murmelde Fernande, met gevouwen handen en gebogen hoofd, het rood der schaamte wolkend op haar wang.

‘Indien gij het niet gevoelt, zal ik het u doen voelen,’ viel hij voortdurend uit, ‘indien gij het niet weet, dan zal ik het u zeggen, dat het publiek er mede bemoeid is, dat er op gesproken wordt, dat er met u gespot wordt.’

‘Ga dan, Fernande, en gehoorzaam uw vader,’ sprak Mathijs op stillen, indrukvollen toon.

‘Maar Gaspard! Gaspard!’ kreet ze, ‘ik kan hem niet verlaten, neen, neen,’ en zij barstte in tranen uit, de twee handen op haar aangezicht slaande.

Mijnheer Duquenne veegde met een toegeduwd zakdoek zijn voorhoofd af in koortsige haast. Zijn grimmigheid scheen wat bedaard, wellicht besefte hij met ontzetting reeds, dat hij te ver was gegaan, dat hij te bloedig had verwond. Hij sprak op bijna kalmen toon:

‘Dat ze den jongen meeneme, wij zullen hem opkweeken.’

Maar Mathijs verzette zich tegen het voorstel. Hij schudde 't hoofd: ‘Neen, neen, ik kan mijn kind niet opgeven, neen, neen. Ik ben Esther kwijt, ik kan mijn kind niet verliezen, het eenige, wat van haar overblijft!’

[pagina 71]
[p. 71]

‘En Fernande kan en mag hier niet vertoeven!’ zei haar vader gestreng op zoo beslisten toon, dat alle wederspraak onmogelijk werd.

Ditmaal zou hij zijn ijzeren wil doorzetten, van alle zwakheid afzien, zij gevoelde 't wel.

Besluiteloos stond ze daar voor hem als een veroordeelde voor een onverbiddelijken rechter; tranen lekten bestendig langs hare wang; haar lippen, paars, doorliepen zenuwtrekkingen, toen smeekte zij hem radeloos:

‘Papa, laat mij nog een uur bedenktijd, ga alleen naar huis, ik zal u volgen, ik beloof het u, maar wederkeeren moet ik hier, papa, anders sterft Gaspard, niemand dan ik weet wat hij noodig heeft!’

‘Bedenk u ook,’ sprak hij tot Mathijs, ‘indien ge uw kind liefhebt, vertrouw het ons, want weet, dat ge Fernande niet behouden zult, al moest ik ze met geweld naar huis doen komen, al moest ik er met de gendarmen om zenden,’ dreigde hij.

Hij voelde dat zijn bloed weer aan het gramschapzieden ging, en dat het oogenblik gekomen was om zich terug te trekken uit den strijd. Hij kende zijne dochter, op haar woord mocht hij steun maken. Eens, dat ze thuis, onder de ouderlijke roede was, zou hij haar wel weten in toom te houden....


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken