Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verstooteling (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verstooteling
Afbeelding van VerstootelingToon afbeelding van titelpagina van Verstooteling

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.91 MB)

Scans (12.51 MB)

ebook (3.07 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verstooteling

(1930)–H.H.J. Maas–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 121]
[p. 121]

XVIII.

't Was een heel werk geweest voor zuster overste, de geschikte arbeiders uit te kiezen voor den tuin-aanleg. Een zware verantwoording. De aannemer had haar wel eenige namen opgegeven van goeie werkers, maar zoo'n menschen letten niet op godsdienstigheid en op de familie, of daar soms wat aan los is. Een klooster moet overal om denken. Een heele boel anderen hadden zich ook nog aangemeld. Ja, zij gaf een goed loon, meer dan de boeren. Zij had de beste arbeiders dan ook maar voor 't nemen gehad.

Gelukkig had zij veel steun van den burgemeester en van de geestelijken uit 't dorp De aannemer had in 't bijzonder Jan Hansen aanbevolen. Maar zij was wàt blij, dat zij eerst inlichtingen gevraagd had. Wie zou nu ook zóó iets denken, op zoo'n eenvoudig boerendorpje! Hij zag er anders als een heel flinke werkman uit. Een die wist waar hij staan moest. En flink kon praten. Men kon toch maar niet te voorzichtig zijn. Toen hij zoo kranig antwoordde en zoo beleefd, heel anders dan de meeste boerenarbeiders, had zij al op het punt gestaan dien maar vast aan te nemen. Zoo'n werkman was ook nog al licht te gebruiken voor allerlei andere zaken, waarvoor wat meer slimheid noodig is. Dat was altijd gemakkelijk. En 't vorderde geen hoogere uitgaven. Op 't laatste oogenblik had zij echter toch maar besloten met zeker-beloven nog wat te wachten. Toen hij aandrong, omdat hij getrouwd was en niet lang zonder vast werk kon blijven, had ze wel half-en-half moéten toezeggen, bang, dat hij anders dadelijk naar een ander zou gaan en zij geen kans meer zou hebben om hem te krijgen. Zij wilde alleen maar graag eerst weten, of de burgemeester en de geestelijken niet iemand in 't bijzonder op 't oog hadden. Den burgemeester moest men ook te vriend houden. Een klooster had al licht den gemeenteraad noodig. In geldkwesties of bij aankoop van gronden, voor uitbreiding van de terreinen. Maar zùlke dingen waren niet in haar denken opgekomen. Dàt met zijn moeder, toen die bij den vader van den burgemeester diende, en al die schandalen, waarvan de

[pagina 122]
[p. 122]

familie van den burgemeester zoo'n last had gehad..., en als kind zoo'n vlegel... die diefstal, dat wegloopen en die vreeselijke dingen allemaal van zijn schoonmoeder... de wethouder had ook erg over hem te klagen, omdat hij zijn zoon overal zwart gemaakt had, die nu een heel slechten naam had gekregen... verschrikkelijk, verschrikkelijk...

't Had niet veel gescheeld, of zij was d'r leelijk ingeloopen. Zij kon aan al die vreeselijk slechte dingen niet denken. Wat een bedorvenheid tot in den grond... Er zou over gepraat zijn geworden in de heele omstreken en overal, dat het klooster juist dien had genomen en fatsoenlijke arbeiders was voorbijgegaan. God weet, wáár 't was doorgedrongen... Men kon nooit weten, en zij had er als overste voor te zorgen, dat 't klooster onder de hoogere standen een goeden naam kreeg om zooveel mogelijk pensionnaires te krijgen. Want voor een inrichting naar de eischen van den tijd was veel geld noodig. 't Schilderwerk zou schatten vorderen. Dan de tuinen met paviljoenen, de serres, de meubileering van de vele zalen en wat er nog allemaal kwam kijken. En zonder dat was er ook niet aan te denken rijke zusters te krijgen. Voor haar geld moesten die als ‘koorzusters’ een geriefelijker leventje hebben. ‘Werkzusters’ brachten niet veel in...

De burgemeester had op haar vragen niet veel willen antwoorden. Met hoog ophalen van de schouders en bedenkelijk vertrekken-omlaag van de mondhoeken had hij alleen maar gezegd: ‘Ja, zuster-overste, ik wil niemand van m'n gemeentenaren tegenwerken, maar die... eer ik dien nam, zou 'k toch nog maar's goed uitkijken... 't zou voor de goede zeden van 't dorp veel beter zijn, als die maar weg was, voor-goed; de heilige eenvoud is er nog onder de menschen, maar die Jan bederft ze totaal...’

Meer wilde hij niet loslaten. Maar zij begreep toen wel, dat er iets niet in orde was met Hansen. Dat hij er op gerekend had werk te zullen krijgen van 't klooster, en dat hij er hard voorzat, dat kon zij toch niet helpen? 't Welzijn van 't klooster moest vóór alles gaan. En dat had een andere taak te vervullen, een hoogere. Dat mocht geen valsch gevoel van medelijden haar uit 't oog doen verliezen. De lui klagen ook maar, hebben nooit genoeg. Dat mindere volk is nooit tevreden. En wat ze hebben, verdrinken ze tòch...


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken