Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Den hemelschen handel der devote zielen
Toon afbeeldingen van Den hemelschen handel der devote zielenzoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1,54 MB)

ebook (3,48 MB)

XML (0,75 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

lofdicht(en)
gebed(en)
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den hemelschen handel der devote zielen

(1625)–Lodewijk Makeblijde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 19]
[p. 19]

Ter Vesperen tijdt.

DAnck, eere, ende glorie zy der heyligher Dryvuldicheydt, die ons gheschapen heeft tot d'eeuwighe salicheyt.

 

Vers.

GOdt merckt aen tot mijnder hulpe.

Antvv.

Heere haest u om my te helpen.

Vers.

Glorie zy den Vader, ende den Soon, ende den heylighen Gheest.

Antvv.

Als't was in den beginne, ende nu, ende altijdt: ende inde eeuwen der eeuwicheden sal wesen. Amen.

Alleluia, Oft: Lof zy u Heere Coninck, &c.

Antiphone.

Wy dancken u, o Heere Godt almachtich, die zijt, waert, ende komen sal; want ghy zijt met macht bekleedt, ende hebt gheregneert.

Capittel.

Wie heeft den sin des Heeren ghekent? oft wie heeft sijnen Kaets-man gheweest? oft wie heeft hem eerst ghegheven, datmen het hem wederom loonen sal?

Antvv.

Gode zy lof.

Hymne.

 
VErkloeckt, o werelt, Godt ter eer,
 
Bewijst hem dienst met blijden gheest:
 
Want hy van al, na Davids leer,
 
Ghedanckt moet zijn, ghedient, ghevreest,
 
Wt hem spruyt alle creatuer,
 
Hy, watter is, in hem vervaet,
 
Is oock in al, doch even puer,
 
Elck gheeft hem lof na sijnen staet.
[pagina 20]
[p. 20]
 
Helpt ons, o Heere, cleyn en groot,
 
Verdruckt, gheperst, met anxt belaen:
 
Wie is hier vry van 'svyandts stoot?
 
Maeckt dat wy sijn ghewelt ontgaen. Amen.

Vers.

Hoe groot zijdy Heere in uwe wercken.

Antvv.

Alle dinghen hebdy in wijsheyt ghemaeckt.

Antiphone.

U den ongheboren Vader.

Den lof-sanck Marie.

MYn ziele maeckt groot den Heere.

Ende mijnen gheest heeft hem verheught in Godt mijnen Salich-maecker.

Want hy heeft aenghesien de ootmoedicheydt sijnder dienstmaeght; want siet van desen tijdt voort, sullen my salich noemen alle gheboorten.

Want hy heeft my groote dinghen ghedaen, die machtich is; ende heylich is sijnen Naem.

Ende sijne bermherticheydt is van gheslachte tot gheslachte; den ghenen die hem vreesen.

Hy heeft crachtghedaen door sijnen erm; hy heeft de hooveerdighe verstroydt met den sin haers herten.

Hy heeft de machtighe af-gheset uyt den stoel, ende hy heeft verheven de ootmoedighe.

De hongherighe heeft hy met goederen vervult, ende de rijcken heeft hy ydel ghelaten.

Hy heeft ontfanghen Israel sijn kint; ghedachtich wesende sijnder bermherticheydt.

Ghelijck hy ghesproken heeft tot onsen Vaderen, Abraham ende sijnen sade inder eeuwicheydt.

Glorie zy den Vader, ende den Soon, ende den heylighen Gheest.

Als't was in den beghinne, ende nu, ende altijdt: ende inde eewen der eewicheden sal wesen. Amen.

[pagina 21]
[p. 21]

Antiphone.

V den ongheboren Vader, u den eenighen gheboren Soon, u den heylighen Gheest Vertrooster: die heylighe ende onverscheyde Dryvuldicheydt bekennen, loven, ende ghebenedijden wy: u zy glorie inder eeuwicheydt.

Vers.

Heere verhoort mijn ghebedt.

Antvv.

Ende mijn gheroep kome tot u.

Ghebedt, om te verkrijghen de ghelijckenisse der godlijcker mildtheydt.

GOdt, die in een oneyndelijck wesen Dryvuldich zijt, ende met de benedictien uwer ongemeten mildtheydt, alle creaturen onderhout ende vervult: vermenghvuldight in ons uwe hemelsche gaven, ende gheest ons een milt herte, dat wy alle tijdelijcke dingen moghen verachten, de heerlijckheydt van uwen dienst voorderen, ende onsen naesten, om uwen wille, in alle sijn gheestelijcke ende lichaemelijcke behoevelijckheydt, bequamen onderstandt bewijsen. Die leeft ende regneert in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Vers.

Laet ons den Heere ghebenedijden.

Antvv.

Gode zy lof.

Vers.

De zielen der gheloovighen moeten door Godts bermherticheydt in vrede rusten.

Antvv.

Amen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken