Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap (1790)

Informatie terzijde

Titelpagina van Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap
Afbeelding van Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschapToon afbeelding van titelpagina van Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.84 MB)

XML (0.34 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap

(1790)–Gerrit Manheer–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
bron

Gerrit Manheer, Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap. N. van Eysden &Comp., Dordrecht 1790

codering

DBNL-TEI 1

Wijze van coderen: standaard

dbnl-nr manh002kran01_01
logboek

- 2011-10-13 SG colofon toegevoegd

verantwoording

gebruikt exemplaar

exemplaar universiteitsbibliotheek Amsterdam, signatuur: OK 62-1101, via Early Dutch Books Onilne

 

algemene opmerkingen

Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap van Gerrit Manheer uit 1790.

 

redactionele ingrepen

Accolades verspreid over meerdere regels kunnen in deze digitale versie niet weergegeven worden. Daarom wordt de accolade hier, met bijbehorende tekst, op iedere regel herhaald.

deel 2, p. 33: de kop ‘Ja wij gaan zo aanstonds heen’ is tussen vierkante haken toegevoegd.

 

Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1, p. IV; deel 2, p. IV; deel 3, p. IV; deel 4, p. IV) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.


[Deel 1, pagina I]

KRANSJE

VAN

LETTER-BLOEMPJES.


[Deel 1, pagina III]

KRANSJE

VAN

LETTER-BLOEMPJES,

VOOR NEERLANDSCH

JUFFERSCHAP.

Ie. STUKJE.


 

Te DORDRECHT,

By N. van Eysden & Comp. 1790.


[Deel 1, pagina 69]

BLADWIJZER.


Bladz.
ARIA UIT DE DEZERTEUR.  
  Mijn Klosje was laatstmaal van kant 1
 
ARIA UIT ANNETTE EN LUBIJN.  
  Laat mijn tranen gunste vragen 3
 
ARIA UIT DE KUIPER.  
  In een Boomgaard, Colinette 5
 
ARIA.  
  Op een bedroefde dag 6
 
MARSCH.  
  Vaar wel mijn Filida 8
 
JEANNETTE.  
  Vaar wel dan mijn Jeannette 9
 
ARIA OF BEDE AAN DE ZON.  
  Rijst, Foebus rijst, verguld de kimmen 10
 
KLAGT.  
  Aanbiddelijke God der min 12

 


[Deel 1, pagina 70]


Bladz.
DE VRIENDSCHAP.  
  Had ik een Vriendin gevonden 14
 
TRIOMPH DE BELLE AMOUR.  
  o Aangename dagen 16
 
EEN GEVAL.  
  't Was avond, en de zilvre Maan 18
 
CLOÉ'S OOGEN.  
  Mijn Cloé, 't Goddelijk vermoogen 19
 
DE JONGE VROUW.  
  'k Geniet nu al de vreugd der aard 21
 
DE MORGENSTOND.  
  Hemelschoone Morgenstond 22
 
DE BEDROGE VLIEG.  
  Aardig vliegje, rad van leden 24
 
ARIA.  
  Moet mijn Suzon 26
 
DE VERLIEFDE VENUS.  
  't Was op een schoone lente dag 27
 
ARIA.  
  Damon is mijn vreugd en leven 30
 
AMARIL.  
  Bij 't springen van eén bron 31

 


[Deel 1, pagina 71]


Bladz.
TREURLIED OP CHARLOTTE BOULIN.
  o Mijn ziel! leg uw verwagting 34
 
DE WINTER.  
  o Wintertijd wat zijt gij zoet 36
 
DE WIJN.  
  Hoe zouden wij den wijn niet minnen 39
 
LOF DER GEVOELIGHEID.  
  Hoe schoon het Roosje ook moge prijken 42
 
DE WAARDE VAN 'T KUSSCHEN.  
  Een teder kuschje is al de waarde 43
 
AAN HET SCHOOTHONDJE VAN CLOTILDE.  
  Kleine Tietje, aartig hondje 44
 
DE GEVANGE VOGEL.  
  o Vrijheid! vreugd van 't leven 45
 
DE ZEE-MAN.  
  Voor hem die lust heeft om te varen 47
 
ARIA.  
  Wanneer uw oog mijn ziel verrukte 50
 
ROOSJE.  
  Vlugge stroompjes, heldre beeken 52
 
DE MORGEN.  
  Rijs o Foebus! met uw' straalen 54

 


[Deel 1, pagina 72]


Bladz.
DE LENTE.  
  Welkom lachend Maisaizoen 56
 
HET PREZENTJE.  
  Een kusje lieve Galathe 57
 
HET ZOETSTE.  
  Op uwen Boezem Engelin 59
 
NONNE BEROUW.  
  Hier moet ik mijn lentedagen 60
 
ARIA.  
  Ik min een Meisje; poezel van leden 63
 
AAN DE MAAS NIMPFJES.  
  o Zang gezinden Maagdenstoet 65
 
HET GELD.  
  Wat word het meest bemind op aard? het geld 66
 
ARIA. JEANNOT.  
  Hoe zou Jeannot niet zijn de mijne? 68

 

* * *


[Deel 2, pagina I]

KRANSJE

 

VAN

 

LETTER-BLOEMPJES.


[Deel 2, pagina III]

KRANSJE

VAN

LETTER-BLOEMPJES,

VOOR NEERLANDSCH

JUFFERSCHAP.

IIe. STUKJE.


 

Te DORDRECHT,

By N. van Eysden & Comp. 1791.


[Deel 2, pagina 70]

BLADWIJZER.


Bladz.
AAN DAFNE.  
  Geen krans, geen krans van bloemen. 1
 
DE GETROUWE MINNARES.  
  Eeuwig zal ik u beminnen. 3
 
OP DE HANDJES VAN ROOSJE. ARIA.  
  Een Phenix Dichter zingt, op onnavolgbren toon. 5
 
HET ONWEDER.  
  De Lucht betrekt. - o ijslijk zwart! - o ijslijk zwart. 7
 
HET GAASJE.  
  Mijn Glizeertje lag gedooken. 9
 
ARIA.  
  Uw schuld, tien duizend ponden zwaar. 11
 
DE EERSTE MISSTAP.  
  Colijn vroeg aan zijn zielsvriendin. 12
 
BEDE AAN DE MAAN.  
  o Zilvre Maan! Godin der Nagt. 14
 
ARIA.  
  Opregtheid kan mijn hart bekoren. 16
 
  iets in den ouden trant; of het  
GESTOORDE JAARFEEST VAN JUPITER.  
  Laatstmaal was Jupiter jarig. 18

 


[Deel 2, pagina 71]


Bladz.
CHARLOTTE BIJ HET GRAF VAN WERTHER.  
  Werther, eeuwig dierbre werther. 25
 
DAMON EN LIZETJE.  
  't Was op eene Lente morgen. 27
 
DE GROMMENDE VROUW.  
  Meisje wanneer zal 't water koken. 29
 
TROUWD NOOIT.  
  Gij vraagt mij vriend, wie zal ik kiezen. 34
 
DE VIJF ZINNEN AAN CLELIE.  
  Ach Clelie! als ik 't rijzen, dalen. 37
 
HET GEWONDE MEISJE.  
  o Wicht! o wicht! o dartle God der Liefde. 39
 
CLOÉ'S VERTREK.  
  Hoe lieflijk rijst ge o morgezon. 40
 
ARIA.  
  Waard gij, o Philida! deez' kristaleinen Beker. 42
 
NIZA. (eene romance)  
  't Was in Held Batoo's dagen. 43
 
HUWELIJKS LOF.  
  Zwijg, Haters van 't gezellig Huwelijksleven. 46
 
DRINKLIED.  
  Wie heeft ooit grooter Gek gezien. 48
 
AAN NEÊRLANDSCH DICHTERS.  
  Kunstrijk Dichterdom. 49
 
ARIA.  
  Ik ben slegts een Herderinne. 51

 


[Deel 2, pagina 72]


Bladz.
DAAR STEEKT GEEN KWAAD IN.  
  's Morgens daar wij ons vermijden. 53
 
DE WIJN.  
  Wat is de ziel van al 't vermaak? - de Wijn. 54
 
DE LOF DER EENZAAMHEID.  
  o Eenzaamheid! der zotten straf. 56
 
DE ONVERSCHILLIGHEID.  
  Bekoorlijke Onverschilligheid. 58
 
OUD EN KNORRIG.  
  'k Heb een oud en knorrig Wijf. 60
 
DE GELUKKIGE ECHTGENOOT.  
  Ik wil 't heil van 't Huwlijk zingen. 61
 
DE LENTE.  
  Het zuide windje waard te roemen. 63
 
LOF VAN DE JOU JOU DE NORMANDIE.  
  Uw glorie wil ik zingen. 65
 
  SLOTZANG  
AAN DE SCHOONE KUNNE.  
  Wij zagen onze zwakke kunst. 68

 


 


[Deel 3, pagina I]

KRANSJE

 

VAN

 

LETTER-BLOEMPJES,


[Deel 3, pagina III]

KRANSJE

VAN

LETTER-BLOEMPJES,

VOOR NEERLANDSCH

JUFFERSCHAP.

IIIe STUKJE.


 

Te DORDRECHT,

By N. van Eysden & Comp. 1791.


[Deel 3, pagina 65]

BLADWIJZER.


Bladz.
AAN DAFNE.  
  Dafne, die door uwe toonen, 1
 
DE LENTE.  
  Zijt welkom, schoone lieve Lente! 3
 
ARIA.  
  Waarom jongmans zou ik treuren, 6
 
DE GELUKKIGE MOEDER.  
  Nu kusch ik, vrolijk, weltevreên, 8
 
DE VERLANGENDE MINNARES AAN NEPTUN.  
  Ge ontroofd aan mij, o God der zee! 10
 
DE WISPELTURIGE MINNAAR.  
  Zoude ik all' mijne levensdagen, 12

 


[Deel 3, pagina 66]


Bladz.
ROOSJES ONGEDULD.  
  Ik tel reeds al agttien jaaren! 15
 
KLAGT VAN JULIA.  
  gade van romëeo.  
  Ga, ontvlied me, o wreede vader! 17
 
ROMÊO IN DE GRAFKELDER VAN JULIA.  
  Dit aklig hol besluit dan mijne gaê, 20
 
ROOSJES ZIEKTE.  
  Ach! wat of het doch mag wezen, 22
 
HET GELUKKIG BEEKJE.  
  Wat heil is u, o heldre Beek beschooren! 24
 
LOF DES WINTERS.  
  Schoon de zomer, 26
 
HANS EN DE ZONNEWIJZER.  
  (een romance).  
  Op een oud adelijk kasteel, 29
 
ARIA.  
  Zingt vrij en blij, o Nagtegaalen! 33
 
AFGEWEZEN DOCTOORS RAAD.  
  Gekker kan de Droes niet wezen. 35

 


[Deel 3, pagina 67]


Bladz.
DE JONGE SCHILDERES.  
  o Dirce! die door kunst en oog en hart verrukt, 37
 
DE JONGE DICHTERES.  
  o Clio! die door Poezij, 39
 
DE BLIJDE BRUIDEGOM.  
  Wat vreugd! ik zie mijn heil volmaken! 41
 
DE STRAF-OEFFENING.  
  Naauwlijks was de morgestar 43
 
KLAGT VAN EENE MOEDER BIJ HET AFSTERVEN VEN HAAR ZOONTJE.  
  o Wreede dood! verwoed barbaar! 46
 
OM DE POEN IS 'T AL TE DOEN.  
  Alles wat op aard geschied, 48
 
BESLUIT VAN KATOTJE.  
  De grijze Dormant mogt aan mij, 52
 
DE GELUKKIGE MINNAAR.  
  Hoe zagt, hoe zagt rust ik in Tirsis armen! 54
 
HET VLIJTIG MUTSEMAAKSTERTJE.  
  Altijd vlijtig, dag aan dag, 56

 


[Deel 3, pagina 68]


Bladz.
HET BRAVE MEISJE.  
  Verheugd, verheugd te vreeden 58
 
VRIENDSCHAP, LIEFDE, EENDRAGT EN VADERLAND.  
  Nu zijn wij weêr bij een, 60
 
HET WAARE GELUK.  
  Het roozenbaarend vergenoegen 63

 


 


[Deel 4, pagina I]

KRANSJE

 

VAN

 

LETTER-BLOEMPJES.


[Deel 4, pagina III]

KRANSJE

VAN

LETTER-BLOEMPJES,

VOOR NEERLANDSCH

JUFFERSCHAP.

IVe STUKJE.


 

Te DORDRECHT,

By N. van Eysden & Comp. 1792.


[Deel 4, pagina 67]

BLADWIJZER.


Bladz.
AAN DE SCHOONEN.  
  Zanggezinde Hartmeestressen. 1
DE DEUGD BOVEN DE SCHOONHEID.  
  De Deugd, de Deugd, met regt te roemen. 4
EEN VOGELTJE VOOR ANNETTJE.  
  Mijn lieve Annettje, 'k heb voor u. 6
HET MEIJFEEST. EERSTE STEM.  
  Koomt Herders, koomt Knapen. 8
TWEEDE STEM.  
  Wie wie wekt ons in den morgen. 9
DERDE STEM. vier stemmen coris.  
  Welkom blijde Veldelingen. 9
VIERDE STEM.  
  Koomt speelnooten, Herderinnen. 10
VIJFDE STEM.  
  De morgendauw is reeds omhoog. 11
BEURTZANG.  
  Welkom in het groen, puikschoone Herderinnen. 12
TWEEDE BEURTZANG.  
  twee stemmen, coris van alle de veldelingen.  
  Wij, wij zingen u ter eer. 14
  geheel coris.  
  Goôn der liefde en der natuur. 15
ARIA.  
  Was 't vreemd dat Israëls Koning. 16
HET HARTJE VAN CLOTILDE.  
  Niéts is zoo zagt, zoo teeder. 18
NARCISSUS AAN DE BEEK. aria.  
  Wat zie ik? welk een heerlijk Beeld. 20
LIEFDE BOVEN WIJN.  
  Weg met den wijn. 22

 


[Deel 4, pagina 68]


Bladz.
IETS IN ERNST.  
  Een Vorst roemt op zijn hoog gezag. 24
ZELDZAAM GEZIGT.  
  Naauwlijks had Auroor haar straalen. 26
VERHAAL.  
  Dorant, aan cilia verbonden. 29
DORANT BIJ HET LIJK VAN CILIA.  
  Dierbre schat, aanbidlijke Engel. 50
HET TOEGFSTAAN VERZOEK.  
  Dameet verzogt aan Galathée. 33
DE SCHOONHEID IS TEEDER.  
  o Schoonste bloem uit mijnen hof. 34
MARS en VENUS; of HET IJZER NET VAN VULKAAN.  
  De blondgelokte Mingodin. 36
PHAETON.  
  De stoute Phaëton. 41
JAGERS-ZANG.  
  De zon aan 's Hemels trans. 44
ZEDIGE VRIJAGIE.  
  Aanminnig voorwerp van mijn liefde. 45
DE ZINGENDE PHILIS.  
  Zwijg, zwijg o schelle Nagregaalen. 48
LOF VAN DE TABAK.  
  Kom minnaars van het edel kruit. 50
HET HUWELIJK DOOR MUZYK.  
  geen roman.  
  Damon, in de kunst bedreven. 53
DE BATAAFSCHE HELDIN. OF DE GEROOFDE LEGERVAAN.  
  eene romanze.  
  Cloudin, een maagt van agttien jaar. 55
DE DISCH.  
  Laat anderen bij een lieve vrouw. 59
DE THUISKOMENDE ZEEMAN.  
  'k Zie reeds de blaauwe duinen pralen. 63
TEN BESLUITE.  
  Vaart wel bekoorlijke Engelinnen. 65

 


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken