Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nochtans een christen (1962)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nochtans een christen
Afbeelding van Nochtans een christenToon afbeelding van titelpagina van Nochtans een christen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.89 MB)

Scans (17.28 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nochtans een christen

(1962)–A. Marja–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 62]
[p. 62]

Zijn brief

 
Het is zo laat en stil in huis; hij denkt: zij moet wel slapen,
 
en dwars door muren en papier ziet hij nu eerst het kind
 
dat zij verwekten in een tijd dat zij elkaar al haatten,
 
het is de grootste schuld die hij in hun verleden vindt.
 
 
 
Haatten zij werkelijk elkaar, of konden zij niet leven
 
in wat aan elk als ruimte bleef onder hetzelfde dak?
 
er wordt bij alles wat gezegd wordt nog zoveel verzwegen;
 
hij weet nu dat hij steeds met haar als met een vreemde sprak.
 
 
 
En zo sprak zij met hem, en toch: zij leefden jaren samen,
 
en in de kindren stroomt haar bloed zo goed als dat van hem,
 
en ziet hij hen nu liggen, hij ziet allereerst hun tranen,
 
hun niet begrijpen stokt in zijn tot schrift geworden stem:
 
 
 
‘Dit is geen argument, dit is de wanhoop die mijn dagen
 
en ook de nachtstilte doortrekt waarin ik aan je schrijf;
 
ik wil mijzelf niet groter en niet beter hiermee maken,
 
en jij blijft die je bent, nietwaar, en ik ben die ik blijf.
 
 
 
Wij kunnen niet terug en, o, ik weet wel van het helen
 
der wonden door de tijd, dat geldt voor ons en ook voor hen,
 
maar morgen sterven wij, en aan hun nog zo prille leden
 
blijft toch iets kleven van de angst en wroeging die ik ken.
 
 
 
Wij zijn maar mensen; zelfs in zulk een nachtelijke stilte
 
dat ik hen zien en horen kan is ons geen god nabij,
 
maar ergens hoop ik dat mijn stem nog doordringt tot jouw kilte
 
en smeek ik: hoor het in je slaap en zeg hen dit van mij.’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken