Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
XXX psalmen (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van XXX psalmen
Afbeelding van XXX psalmenToon afbeelding van titelpagina van XXX psalmen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.23 MB)

Scans (7.94 MB)

ebook (3.55 MB)

XML (0.05 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

XXX psalmen

(1934)–Willem de Mérode–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 56]
[p. 56]

Psalm CXLI

 
O Heer, ik roep U aan, haast U ter hulp en red!
 
Mijn stem bewone uw oor, U zij mijn smeekgebed
 
Gedurig aangenaam als reine wierookbranden;
 
Als 't avondoffer zij 't opheffen mijner handen.
 
 
[pagina 57]
[p. 57]
 
Wees voor mijn mond een wacht, behoed der lippen deur.
 
Mijn woord zij liefelijk, drage uwer waarheid keur.
 
Slechte omgang moge nooit mijn hart tot 't kwade neigen,
 
Laat mij door valsch gedrag geen lekkernij verkrijgen.
 
 
 
't Is gunst, als om Gods recht, mij een rechtvaardge slaat;
 
Wanneer ik zondigde, 't gericht mij tegenstaat.
 
Als reukzalf voor mijn hoofd zal zijn bestraffing wezen,
 
Als olie op een wond verfrisschen en genezen.
 
 
 
Zelfs als ik van de rots terneder word gestort,
 
Zij nog mijn spreuk tot hen met lieflijkheid omgord.
 
Voor hen rijs' mijn gebed om reiniging van 't kwade.
 
Ik bid voor hen en mij, o God, om uw genade.
 
 
 
De ploeger scheurt den grond, werpt kluit en steenen bloot,
 
En onze beendren strooit in 't schimmenrijk de dood.
 
Ja, Heer, tot U gewend heb ik mijn angstige oogen.
 
Dat men mijn ziele deert, zult Gij toch nooit gedoogen.
 
 
 
Ik schuil bij U; bewaar voor strikken en geweld.
 
Flap over 's boozen hoofd het net, voor mij gesteld.
 
Laat veilig mij voorbij zijn boozen vangkuil treden
 
En zien, dat Gij hem stort in zijn arglistigheden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken