Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De verwachting (1959)

Informatie terzijde

Titelpagina van De verwachting
Afbeelding van De verwachtingToon afbeelding van titelpagina van De verwachting

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.88 MB)

Scans (183.13 MB)

ebook (3.01 MB)

XML (0.32 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De verwachting

(1959)–Maria Miranda–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[p. 137]

XV

En José streed met zichzelf. Hij benijdde Jacob en Gracia die op het buiten hun verloving hadden gevierd en door de rouw geen uitnodigingen hadden kunnen aannemen. Nu voelden alle verwanten zich geroepen feesten voor het verloofde paar te geven. Waren zij toevallig een avond vrij, dan nog vond zijn moeder het nodig dat hij Rosa ging opzoeken. Er bleef hem haast geen tijd voor de school.

Wanneer hij er overdag kwam, hoorde hij al uit de verte het gedreun van het gebed der kinderen. De nonnen hadden de kleintjes bij Jezus gebracht, zij leerden hem jong kennen. Welk een voorrecht! Of neen, misschien was het heerlijker Hem op latere leeftijd zelf te zoeken en te mogen vinden. Ja, als hij zijn twijfel kon overwinnen, dan pas zou zijn hart tot rust komen!

Tegelijkertijd schonken de gesprekken met de Padre, die zijn gemoed zo in onrust brachten, hem evenveel voldoening als de geestelijke. Iedere keer moest hij zich haasten, wilde hij niet voor een gesloten huisdeur komen.

Poeriem naderde en hij zag op tegen het bal, waarvan Sjon Rebecca zich zoveel voorstelde. Hij kon niet begrijpen wat het te maken had met de toekomst, die hij met Rosa wilde ingaan. Liefst had hij zo teruggetrokken mogelijk geleefd en zijn krachten besteed aan het werk, dat hem nuttig leek.

Christus was het, wiens wezen hij moest doorgronden.

[p. 138]

De waarheden, helder en krachtig door het Nieuwe testament verkondigd, konden alleen door de Heilige Geest zijn ingegeven! Zoveel mensen, bijvoorbeeld de Padre en de nonnen, vermochten toch niet op drijfzand hun leven te bouwen. Dit alles wees erop dat Christus de Messias moest zijn, die de Profeten door de eeuwen heen hadden aangekondigd. En Hij was lang geleden op aarde gekomen, miskend door de Joden, die Hem hadden verwacht.

José huiverde bij de gedachte dat velen van zijn voorouders met Hem in aanraking waren geweest. Ze hadden hem kunnen spreken en ondervragen. Velen hadden zich tot Hem bekeerd, maar dat waren de verdrukten: de Montalto's niet. Die waren zeker toen ook al heersers geweest, de partij der Hogepriesters en hijzelf was een der Sjons, zijn hele familie.

Hij liet het feest over hem heen gaan. Nu kwamen er weer rustige avonden waarop hij met Rosa in het priëeltje zat dat op de oceaan uitkeek. De frisse zeewind bracht verkoeling na de warmte van de dag. In plaats van Deborrah hield Gracia hen gezelschap. Zijn zusje had weer kattekwaad uitgehaald op de ‘koenoekoe’. Zij was bij een Mulattin - een bakkersvrouw - door het raam naar binnen geklauterd en had een paar koekjes gesnoept. Het voorval had veel opschudding teweeggebracht en het jonge vrouwtje moest bij de schoonouders komen inwonen. Sjon Hannah en Estella waren toen niet te bewegen geweest nog langer gastvrijheid aan te nemen. José had weinig aandacht besteed aan dit relaas, hem door Sjon Rebecca gedaan. Wel verkwikte hem de hartelijkheid waarmee Gracia bij ieder bezoek hem spontaan om de hals vloog. Ook zat Estella dikwijls bij hen. Wanneer hij vertelde over het liefdewerk van de Padre, viel hem dikwijls haar koortsachtige blik op, die getuigde van een innerlijke spanning. De ogen brandden fel in haar spierwit gezicht. Wat een verschil met zijn van levenslust bruisend zusje en de lieflijk bloeiende Rosa. Toch had hij er wat om gegeven als

[p. 139]

zijn meisje slechts één keer zoveel belangstelling had getoond.

Van Jacob kwam bericht binnen, een lieve brief aan Gracia, waarin hij haar geruststelde. De rit te paard van de kust naar Caracas had hij goed afgelegd. Zij hoefde om hem geen angst te hebben. Van belang was dat zijzelf fris en gezond bleef.

Aan zijn vader en oom stuurde hij zakelijke brieven. De opstand te Maracaïbo was onderdrukt. De Spanjaarden hadden op een vredesverdrag gerekend, maar Simon Bolivar had de wapenstilstand goed benut; zijn overwicht overal goed geconsolideerd en hij had de vermoeide troepen door verse eenheden laten vervangen. Het leek Jacob dat hij voor de nieuwe strijd er goed voorstond. Een agent van Luis Brion had Jacob voor een lening uiterst gunstige voorwaarden geboden. Hij meende zijn vader en oom deze belegging ten zeerste te kunnen aanbevelen. Er was natuurlijk een zeker risico aan verbonden, maar de winst was groot, wanneer de onderneming slaagde.

De beide broers pleegden overleg. Wie er op het vasteland aan het bewind was, deerde hen niet, slechts de uitslag was belangrijk. Ze konden niet besluiten de sprong te wagen. De zaak leek hen te gewaagd. Spanje was nog altijd machtig, en stellig zou het een expeditie uitsturen. Zij moesten zich er buiten houden. Als de zaak mislukte, hadden zij het contact met hun oude relaties verknoeid.

Sjon Abram beriep zich weer op de houding van het Nederlands gouvernement. Zij moesten staan aan de zijde van de Koning, wien het had behaagd Zijn aandacht op het eiland te laten vallen. Een Gibraltar van het Westelijk halfrond wilde hij ervan maken.

José werd bij zijn vader geroepen, die van de hoge kantoorkruk was afgedaald. Op gelijke hoogte met de zoon, gaf hij opdracht aan Jacob afwijzend te berichten, hem te ontraden zich te compromitteren.

[p. 140]

José verdedigde flauwtjes het voorstel van de neef. Er zou een kans kunnen bestaan die de vader over het hoofd zag. Een ogenblik wilde hij voorstellen zelf naar Caracas te gaan. Maar hij dacht aan de Padre die hem moeilijk kon missen, omdat hij nu zelf bezig was met de verpleging van de leprozen. Sjon Abram sloeg de tegenwerpingen in de wind. Zij ouderen hadden toch meer ondervinding. Toen de zoon al in de deur stond, riep hij hem terug en vroeg wanneer hij de datum van zijn trouwdag wilde vaststellen. De bruiloft moest nog vóór begin mei plaatsvinden, want later werd het te warm. Zij konden dan een paar weken alleen op de ‘koenoekoe’ blijven, totdat de familie kwam en in september hun intrek bij José's schoonouders nemen. In gedachten ging José heen. Het denkbeeld bij Sjon Rebecca in te wonen, was hem weinig sympathiek. Hij zou daar niet de nodige rust hebben. Zo gauw mogelijk moest hij zijn eigen huis bouwen. Maar wat een beslommeringen! Hij vergat dat hij aan de oprichting van de school graag zijn krachten had gewijd. Maar dat was ook heel iets anders!

De vader, denkend aan Jacob die op een spoedig huwelijk had aangedrongen, schudde het hoofd. Jacob had nu eenmaal een andere aard. José zou echter ook een goed echtgenoot worden en geheel in zijn gezin opgaan.

 

Jacob had een brief van Gracia ontvangen waarin hem haar avontuur bij het hutje van de oude Nana verteld werd. Zij had hem zo zeer tijdens de wandelingen door de ‘koenoekoe’ gemist - Estella was daar te zwak voor geweest, had altijd met een boek in een ‘hamaca’ gelegen - dat ze uit pure verveling tot deze streek was gekomen, en zij had gemeend de schade te zullen vergoeden. Ook het bal bij Rosa was voor haar een teleurstelling geworden. Eerst had zij, omdat haar echtgenoot op reis was, niet eens een uitnodiging gekregen. Doordat zij bij de schoonouders inwoonde, mocht zij er wel bij zijn, maar had zich belachelijk gemaakt in de witte japon

[p. 141]

uit hun verlovingstijd naast Mirjam en haar nichten, die allen stemmig waren gekleed. En zo had zij de hele avond in een hoek gezeten en net als vroeger niet kunnen dansen, omdat Jacob er niet was. Zij besloot de brief met de hoop dat hij haar nooit meer door lange afwezigheid gelegenheid tot zulk een schandelijke daad zou geven. Hoewel zij het helemaal niet verdiende, had zij één wens: zij wilde een paard hebben om op de ‘koenoekoe’ te kunnen rijden. Dan zou zij zich ook zonder gezelschap kunnen bezig houden. Jacob had intens van haar brief genoten. Haar frisheid was er in te lezen, zij stond hem weer springlevend voor de geest.

Er was hem gisteren iets overkomen, dat als schijnbaar vergeten kon worden beschouwd. Geen wonder, het bruisende leven had hem, na de sleur van het eiland, in zijn greep gekregen.

De eerste weken was hij na zijn werk vaak naar een muziek-uitvoering gegaan. Er was genoeg keuze. Deze stad, die slechts op bergpaarden langs een smal paadje te bereiken was, bezat niet minder dan vijf orkesten. Gisteren was het anders gelopen. Na een goede transactie had een zakenrelatie hem meegenomen naar een danslokaal. De zeden waren sedert de revolutie erg vrij. Vrouwen bezochten daar openbare gelegenheden - rookten zelfs op charmante wijze kleine sigaren! De correctheid van het eiland was van hem afgegleden en hij werd geheel in deze losse sfeer opgenomen. Terwijl ze een inheemse ‘chicha’ dronken, zag hij Mercedes, zijn vroegere vriendin, op de dansvloer. Verrukkelijk stak haar olijfkleurige teint af tegen de witte mantilla, de ogen flonkerden, even donker als het git van haar lange oorbellen. Haar hakken en castagnetten klikten even temperamentvol als vroeger. Zij had hem herkend. Van achter de waaier wierp zij hem een kushand toe. De toeschouwers begonnen te dansen en Mercedes voerde hem mee. Zijn zuidelijk bloed kreeg de overhand. Zonder ophouden dansten zij.

[p. 142]

Zij dansten de ‘Mariola’, zij dansten ‘El Rapon’, zij dansten ‘La Zapa’ en hoe al die dansen nog meer mogen heten. Van zijn huwelijk repte hij niet, want in dit land waar de mannen het zo ruim namen met de echtelijke trouw, zou hij zich slechts als een insulair bestempelen.

De volgende morgen wist hij niet meer hoe het was gebeurd toen hij naast Mercedes wakker werd. Maar dit incident van één nacht had toch niets met Gracia te maken, was zuiver een uiting van zijn lichamelijke mannelijkheid! In de verste verte raakte het niet aan de genegenheid die hij voor zijn vrouw koesterde. Gracia stond op een heel ander plan. En wanneer hij iets misdaan had, had hij nu gelegenheid het weer goed te maken. Er waren hier genoeg mooie rijpaarden te koop, hij zou zich met een der ‘Llaneros’ in verbinding stellen.

De brieven van zijn vader en José bezorgden hem een grote teleurstelling. In de laatste dagen had hij juist zo veel over de goede kansen der Republikeinen gehoord, dat voor hem hun overwinning vast stond. Verouderde denkbeelden moesten toch altijd voor nieuwe het veld ruimen! Was hij maar zelf in de gelegenheid deze zaak af te sluiten, dan zou hij een fortuin maken! Opeens dacht hij aan de bruidsschat van Gracia waarover hij het volle beheer had. Was het wel verantwoord dat te wagen? Wanneer het mis liep had hij haar bezittingen verspeeld. Maar kom, hij was toch een man die voor haar kon werken! Tot nu toe was hem alles gelukt. Hij moest de kans grijpen. Zo behoorde iedere jongeman te beginnen. Hij zou de agent opzoeken en zijn handtekening onder een wissel zetten. De naam der Montalto's was voldoende bekend om hem waarborg voor de uitbetaling te bieden, de rest kon hij dan thuis regelen.

En zijn vrouwtje zou haar rijpaard krijgen!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken