Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De bevrijders (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van De bevrijders
Afbeelding van De bevrijdersToon afbeelding van titelpagina van De bevrijders

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.87 MB)

Scans (7.05 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De bevrijders

(1921)–P.H. van Moerkerken jr.–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoofdstuk XXI

DAVID VAN WIJCK BLEEF DE VOLGENDE MAANden niet werkeloos. Hij legde bezoeken af bij vele invloedrijke magistraten en verhaalde overal de verrassing, de tevredenheid des Keizers over zijn huldedicht op den ereboog. Hij wilde zijn zaak niet te gronde zien gaan. De vrije handel in tabak was opgeheven. Sinds den eersten November hadden groothandelaars en winkeliers den voorraad hunner magazijnen moeten aangeven. Alles was geïnventariseerd, geschat, gekocht door de regering die het monopolie aan zich getrokken had. Doch er waren slijters nodig voor den klein-

[pagina 89]
[p. 89]

verkoop. Waarom zou ook David in zijn van ouds bekenden winkel geen vertegenwoordiger der Keizerlijke tabaksmanufaktuur kunnen zijn? Dwaze verschijningen, zoals de komeet die kort na 's Keizers bezoek aan den hemel zichtbaar was geworden, schrikten hem niet af. Met vrees en sidderende verbazing hadden de domme vrouwen avond aan avond naar het vurig teken gestaard. Zouden er nog groter rampen komen? Welaan, de grondprijzen mochten al lager dalen, wat hem betrof!

Hij kreeg de voorspraak van den Onder-prefekt Abbema. En in Januari werd een bord met het Keizerlijk Wapen en Frans en Nederlands opschrift boven de deur van zijn winkel gespijkerd. De oude zaak herleefde, hoewel zwak en traag; de tabak was duur, het maaksel minderwaardig; de kopers liepen niet af en aan, als vroeger, toen er geen ogenblik was van morgen tot avond of er stond een roker, een snuiver bij de toonbank te keuvelen.

Tobias Soelens deed de zaken; een bediende hielp in den winkel. Van Wijck zelf kwam twe dagen in de week van buiten over en bleef dan 's nachts logeren in het grote kantoor dat achter het binnenplaatsje lag. Hier, te midden van zijn kuriositeiten-kollekties, leefde hij even gelukkig als in het sterrebosje van zijn Wijckerveltsen tuin; gelukkiger wellicht, daar hij er eenzaam was met een heimelijke liefde. Want hij bezat hier rondom zich de dingen die hij als kind bewonderd had, toen hij zijn grootvader hen stuk voor stuk had zien bijeenbrengen, die hij geërfd had van zijn vader en nu koesterde in onberedeneerde verering. Het waren zeldzame tabakskistjes, met fraje koperfiguren ingelegd; snuifdozen wier deksels door bekwame kunstenaars met portretten of landschappen waren gegraveerd of beschilderd; wonderlijke pijpen van kostbaar hout; zeldzame verhandelingen, in Frans en Italiaans, over de teelt der tabak en de wijzen van haar te roken; oude gravures van plantages in verre warme landen, Zelf rookte hij daar het liefst, alleen en ongestoord. Hij genoot er in langzame teugen den geur van zijn pijp of beschouwde in gedachteloze mijmering, als een verdwaasde vuuraanbidder, den stillen gloed onder de as van zijn sigaar. Dan vergat hij alles: zijn hofstede, zijn oude moeder, Anne-Marie zelfs en zijn kinderen. Alleen in vagen droom verschenen hem wel

[pagina 90]
[p. 90]

eens beelden van groteren handel, van machtiger weelde dan een woning aan de Keizersgracht en een landhuis buiten Haarlem. Zelden werd een bezoeker toegelaten in dit kantoor. De groothandelaars kwamen meestal niet verder dan het vertrekje waar Soelens' lessenaar stond, achter den winkel en hiervan door een glazendeur en een wand van kleine groenachtige ruitjes gescheiden; de gewone kopers kenden alleen de winkelruimte met het donker-mahoniehouten toonbankblad, de koperen vazen, de snuif- en tabaktonnetjes met vergulde namen van Varinas, Portorico, Havana, Bresil en Ukraine.

En zovele maanden was David verbannen geweest van de plek waar hij zijn eigenlijk leven wist. Hij kwam er, van Wijckervelt uit, een enkele maal; doch hij voelde dat het leven er geweken was. Geen nieuwe voorraden ontving hij toen meer; de oude werd, door de buitensporige prijzen, langzaam verkocht. Nu, als slijter, kon hij tenminste zorgen, in wel-verzwegen hoop op betere tijden, dat de oude zaak niet verliep.

Op een winteravond zat hij weer in zijn kantoor, waar de geluiden der straat, kreten van venters en geratel van koetsen, slechts flauw doordrongen. Tegen den wand leunde het oude uithangbord met den rokenden Indiaan en het zeilende schip, weggenomen voor het nieuwe van de Franse tabaksregie. Hij keek er naar met listigen en tegelijk verliefden glimlach over het brede gladde gelaat; eenmaal moesten de tijden weerkomen, dacht hij, dat het volk genoeg zou krijgen van de stinkende bladeren die het nu rookte, dat zijn vrienden van Doctrina weer verlangend zouden opzien naar het welbekende embleem van zijn winkel. En toch, hoe dankbaar was hij voor de inlijving! Het goud dat hij jaren lang bespaard had, als de enige onveranderlijke waarde in moeilijke tijden, zou eindelijk vruchten dragen; het lag voor hem in dof-blinkende stapels. Zo-even had hij de zakjes met dukaten uit de kluis gehaald; nu telde hij na, want over enkele weken moest hij, in Heemstede, ten overstaan van den makelaar, de koopsom in klinkende stukken betalen. Geen ander geld, geen assignaten werden aangenomen. Voor het laatst gleden de gele schijven tussen zijn vingers; de werkelijkheid van zijn droom naderde: grote gronden zou hij bezitten, wier waarde, als de oude orde weerkeerde, fabelachtig stijgen zou. En terwijl hij telde, voelde hij een zoete tevredenheid over zich-zelven, over zijn leven, over de Voor-

[pagina 91]
[p. 91]

zienigheid, die dit alles zoo bestuurd had, die de tabak deed groejen in tropise gewesten, die Buonaparte's tyrannie op het vaderland deed drukken, om hem, David van Wijck, winsten te schenken als loon voor eerlijkheid en deugd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken