Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De bevrijders (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van De bevrijders
Afbeelding van De bevrijdersToon afbeelding van titelpagina van De bevrijders

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.87 MB)

Scans (7.05 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De bevrijders

(1921)–P.H. van Moerkerken jr.–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 134]
[p. 134]

Hoofdstuk XXXIV

DEN VIJFTIENDEN JUNI OM ZES UUR IN DEN morgen reed Aagje Fabian in haar karos de Muiderpoort uit, langs de bloejende tuinen en vrolijke hofsteden van de Diemermeer. Zij dacht aan dien anderen Junimorgen, vier jaren geleden, toen zij met Jacob ter Wisch door de Haarlemmerpoort de stad verliet, om enkele dagen gast te zijn op Wijckervelt. Toen wachtte zij de bewogenheden van het leven af, in een rustig verlangen er naar, alsof het een schouwspel moest zijn dat haar zou leren en opvoeden. Doch zij wist nu wel dat het leven geen schouwtoneel was; het leek haar een wilde stroom die meedogenloos voortsleurde en te pletter wierp. Een koortsige angst woelde in haar, dreef haar gedachten zuidwaarts, de heiden en brede rivieren over, naar de Brabantse velden waar wellicht de grote strijd der volken al aanving. De beide paarden liepen te traag; de zon stond hoog in het oosten en nog scheen haar de gewonnen afstand te gering. Bij de eerste wisselplaats, terwijl de verse dieren werden voorgespannen, vroeg zij Derk die naast een jongen voerman op den bok zat, of er niet sneller gereden kon worden; maar de trouwe knecht schudde ernstig het hoofd.

Tot laat in den avond reisden zij door. Overal in steden en dorpen, was een haastige drukte; op de wegen haalden zij voortdurend zwaar-beladen karren in; de veren over de grote rivieren waren dreigend vol. Binnen 's-Hertogenbosch bleven zij dien eersten nacht. Doch Aagje kon niet slapen; tussen het geratel der legerwagens over de keien meende zij angstgeroep te horen en het doffe gedonder van verre kanonschoten. Het kon toch niet zijn, troostte zij zich dan; het was haar dwaze angst die beelden en geluiden van strijd voor haar ontruste zinnen bracht.

Den volgenden morgen ging het verder over de vlakke heiden van Brabant; op het heetst van den zomerdag rustten zij, ter zijde van den groten weg, onder het lindelommer van een dorpsherberg. Het rumoer op de wegen was intussen verwarder en luider geworden; vaak hadden de reizigers zijpaden moeten inslaan, daar vrachtwagens en troepen den hoofdweg versperden. Met de zilveren Napoleons die de oude Derk op Aagje's bevel niet spaarde werd de hulpvaardigheid der land-

[pagina 135]
[p. 135]

lieden gekocht. 's Avonds nog bereikten zij Brussel, waar Aagje in een kleine burgerwoning onderdak vond, op een achterkamer, enkele uren te voren verlaten door een Engels hoofdofficier die naar het veldleger vertrokken was. Derk en de koetsier sliepen onder het afdak van een courken. De lieden die hen herbergden vertelden van een gevecht, den vorigen dag ten noorden van de Maas, waarin de Pruisen verslagen waren. De Engelsen en Nederlanders hadden nu alle belangrijke heuvelreeksen ten zuiden van de hoofdstad bezet, want men wist dat Napoleon zijn leger in die richting samentrok.

Aagje was in onzekerheid over wat haar te doen stond. Zij besprak het met Derk en in haar grote bezorgdheid bekende zij den ouden trouwen huisknecht het doel van dezen zonderlingen tocht. Hij hoorde haar eerbiedig aan en zeide zijn mening. Verder zuidwaarts gaan en de Franse kampementen opzoeken konden zij niet; men zou hen niet doorlaten en bij mogelijke ontmoetingen met zwervende patrouilles liepen zij groot gevaar van paarden en wagen beroofd te worden of in schermutselingen tussen twe vuren te raken. Den groten strijd afwachten en dan op het slagveld, in de hoeven, in de naaste steden den vermisten vriend zoeken, dit was het enige wat hun overbleef. En wellicht was het toch te laat, had zij nog te lang getalmd in haar weifeling. Zij had terstond moeten gaan na de ontvangst van zijn briefje, hem nareizen door Limburg en Namen naar de plaatsen waar het Franse leger samentrok. Toen was het nog tijd geweest ... Hoe zou zij hem nu vinden, in de verwarring na den strijd?

En opnieuw, de beide volgende dagen, hoorden zij geruchten van oorlog. Bij een viersprong, enige uren ten zuiden van het Soniënbos, waren de Fransen tegengehouden. Doch men zeide, dat zij weldra onweerstaanbaar voort zouden dringen en de hoofdstad met hun duizendtallen overstromen. Een zwoele angst lag drukkend over de burgers; zij vreesden voor hun eigendommen en hun leven. Velen pakten overhaast hun koffers en verlieten de stad op de boerenkarren die uit het noorden legerbehoeften hadden aangevoerd. Dag en nacht bleef het rumoer op de markten, de straten, de binnenplaatsen, ondanks de heftige donderbuien en stortregens.

Den tweden dag van hun verblijf binnen Brussel, den achttienden Juni, liep Aagje rusteloos door de kronkelige oude

[pagina 136]
[p. 136]

straten, om nieuws te vernemen van den strijd die wellicht reeds met den dageraad begonnen was. Doch niemand wist er van; men hoorde nog geen kanonschoten, zoals verwacht was. En zij drukte de handen tegen haar kloppend hart, als zij de gewonden uit het gevecht der vorige dagen zag liggen op de ratelende karren die hen naar de hospitalen en barakken voerden. Wellicht was hij er bij ... Telkens bleef zij staan, maar zij zag slechts de kleuren van Engelse en Hollandse uniformen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken