Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9 (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9
Afbeelding van Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9Toon afbeelding van titelpagina van Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.68 MB)

XML (5.33 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9

(1933)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[Sasse van IJsselt, jhr. Leopold Frans Jan Jacob Joseph van]

SASSE VAN IJSSELT (jhr. Leopold Frans Jan Jacob Joseph van), geb. te Boksmeer 2 Sept. 1778, overl. te 's Gravenhage 21 Mrt. 1844, was de zoon van Gerbrandus Ignatius van Sasse van IJsselt en Maria Cornelia Magdalena de Raet van de Weyer. Hij verloor zijn vader op 3-jarigen leeftijd, studeerde in de rechten te Leuven en ook eenigen tijd te Leiden, waar hij 18 Sept. 1797 werd ingeschreven, maar heeft geen diploma verworven. Op 6 Oct. 1807 benoemde koning Lodewijk hem tot een der 11 jachtofficieren voor het departement Brabant. Op 24 Sept. 1809, dus op den leeftijd van 31 jaren, werd hij in dat departement gekozen tot lid van het Wetgevend lichaam, maar reeds in Mrt. 1810, toen door het machtwoord van Napoleon Zeeland, Brabant en Gelderland ten zuiden van de Waal aan Frankrijk werden afgestaan, werd hij evenals de andere die landen vertegenwoordigende leden vanzelf van genoemd lichaam uitgesloten.

Van Sasse ging nu op zijn goederen in Gelderland wonen, maar toen ook het overige Nederland door Frankrijk geannexeerd werd, keerde hij te Boksmeer terug, doch weigerde alle benoemingen in franschen dienst.

Na de bevrijding werd hij bij besluit van den Souvereinen Vorst van 6 Apr. 1814 benoemd tot lid der Nationale vergadering voor de kort te voren weder tot stand gekomen provincie Brabant. Op 1 Sept. 1815 werd hij bij Koninklijk besluit benoemd tot lid der Tweede Kamer voor dezelfde, nu Noord-Brabant genoemde provincie.

Reeds gedurende deze periode gaf hij van onafhankelijkheid blijk: bij de behandeling van het ontwerp tot beteugeling der drukpers verklaarde hij 25 Sept. 1816, dat hij alleen voorstemde omdat de wet slechts een tijdelijk karakter had.

Hij werd 10 Juli 1818 bij zijn periodiek aftreden tegen 1 Oct. d.a.v. door de Staten niet herkozen, waarschijnlijk onder den invloed van den gouverneur Hultman (dl. VIII, kol. 890).

Op 3 Juni 1822 werd hij door de ridderschap van Noord-Brabant tot lid der Staten dier provincie gekozen en dezen kozen hem 11 Juli 1823 weder tot lid der Tweede Kamer. Nu ving uit politiek oogpunt een zeer belangrijke 7-jarige periode voor van Sasse aan. Hij was, vooral uit afkeer van de oligarchie der regenten van voor 1795, zeer koningsgezind, maar voelde misschien nog meer voor zijn godsdienst. Zoo kwam het, dat hij, steeds de regeering (die eigenlijk Willem I was) bestrijdende, altijd een hartelijk woord voor den Koning en het koningschap deed weerklinken. Tot 1829 was hij de eenige van de 7 leden voor Noord-Brabant, die anders sprak dan als rapporteur.

Op 14 Dec. 1825 sprak hij bij de behandeling der staatsbegrooting een heftige rede uit tot verdediging der roomsch-katholieke belangen, die hij bedreigd achtte door de besluiten van 14 Juni en 14 Aug. te voren tot oprichting van het collegium

[pagina 944]
[p. 944]

philosophicum te Leuven en tot verbod aan Nederlanders om in het buitenland te studeeren. Vooral daar twee zijner zonen te St. Acheul in Frankrijk op studie waren, was laatstgenoemd besluit hem onaangenaam. Hij noemde de besluiten ongrondwettig, omdat zij de vrijheid der roomsche kerk aanrandden en omdat zij inbreuk op de vaderlijke macht maakten. Zeer schoon is hetgeen hij zegt omtrent de voorvaderen des Konings, die apostelen en helden der burgerlijke en godsdienstige vrijheid waren. Niettegenstaande zijn oppositie mocht de Koning hem gaarne lijden, drie dagen na deze rede dineerde hij bij Z.M.

Op 22 Dec. 1826 verklaarde hij, dat een concordaat, waartoe de pogingen van den liberaal-katholiek Goubau d'Hovorst (dl. VIII, kol. 626) en den protestant Reinhold mislukt waren en waartoe nu de Celles (dl. VII, kol. 290) was afgevaardigd, onmogelijk was zoolang het genoemde collegium bestond. Werkelijk ging het te niet, zoodat dit officieel 31 Dec. 1829 werd opgeheven. Het concordaat, dat 17 Aug. 1827 gesloten werd, is in Noord-Nederland nimmer ingevoerd.

Van Sasse vereenigde zich in dezen tijd dikwijls met de Zuid- tegen de Noord-Nederlanders. Zoo stemde hij als eenig Noord-Nederlander op 2 Febr. 1827 tegen de schutterijwet en 3 Dec. 1828 voor het voorstel van de Brouckere om de wetten tot beteugeling van de vrijheid van drukpers in te trekken.

Op 19 Dec. 1828 hield hij bij gelegenheid van de behandeling der begrooting weder een heftige rede tegen de regeering over de verdrukking der Roomschen. Juist door die heftigheid werden noordelijke leden overgehaald voor te stemmen, zoodat de begrooting met 53 tegen 51 stemmen werd aangenomen.

In dezen tijd kwam in België het verbond (door Willem I monsterverbond genoemd) tusschen de liberalen en ultramontanen op; 1829 is het jaar van de adressen aan de regeering. Ook in Noord-Brabant werd gerequestreerd, maar daar was het meer de vrijheid van drukpers, in België vooral de vrijheid van onderwijs en de invoering van het concordaat, die gevraagd werden.

Op 27 Febr. 1829 hield van Sasse een rede om aan te dringen op het aan de regeering overleggen van de vele bij de volksvertegenwoordiging ingekomen petities. Dit werd op 5 Mrt. d.a.v. met 55 tegen 41 stemmen aangenomen, maar de Eerste Kamer stemde deze verzending af, zoodat zij officieel niet bij de regeering inkwamen.

Het gevolg was evenwel, dat de wet van 16 Mei 1829 meer vrijheid van drukpers gaf.

Toen hij tegen Oct. 1829 als kamerlid periodiek aftrad, waren de noordbrabantsche Statenleden in twee nagenoeg gelijke kampen verdeeld. De voorstanders der regeering wilden van Sasse, haar tegenstanders wilden den ook aftredenden Verheyens doen vallen. Op 10 Juli werd van Sasse met 22 stemmen tegen 20 op zijn tegencandidaat herkozen.

Op 19 Dec. 1829 stemde hij tegen de tien-, zoowel als tegen de eenjarige begrooting; zij werden evenwel beide aangenomen, de laatste met slechts 54 tegen 53 stemmen.

Op 21 Mei 1830 stemde hij tegen het wetsvoorstel op de drukpers (tot beteugeling van hoon en laster), waarover toen de stemmen staakten (52 tegen 52), maar toen de regeering een nieuwe wet, waarin eenige verzachting (een straf op het stoken van onrust en oneenigheid onder de burgers was nu weggelaten) was aangebracht, indiende, werd zij met 93 tegen 12 stemmen aangenomen. Ook nu stemde hij tegen.

Toen de belgische opstand 25 Aug. 1830 uitbrak,

[pagina 945]
[p. 945]

vond deze bij van Sasse geen steun. Hij was nog steeds koningsgezind en was bevreesd, dat bij afscheiding van België (waartoe hij ook Limburg rekende) de Roomsch-Katholieken slechts 30% van de bevolking zouden uitmaken en hun belangen daardoor in het gedrang zouden geraken. Hij heeft den prins van Oranje (later Willem II) in het belang van het behoud der vereeniging in Oct. 1830 naar Antwerpen gevolgd. In dezen tijd heeft hij aan de regeering eenige brieven geschreven, die in het Rijks archief te 's Gravenhage aanwezig zijn en waaruit deze gezindheid blijkt.

Bij zijn periodieke aftreding als kamerlid tegen Oct. 1832 verzocht hij, niet in aanmerking te komen, omdat hij van oordeel was, dat daar er slechts 55 leden konden vergaderen, terwijl volgens de grondwet een aantal van 56 (de helft van 110 + een) noodig was voor een wettig besluit, de besluiten der vergadering onwettig waren. Er werd nu 5 Juli een ander in zijn plaats gekozen.

Zijn bezwaar was eerst door de grondwetsherziening van 1840 opgeheven. Wel werd hij 8 Juli 1840 gekozen tot lid der dubbele Kamer ter beoordeeling dier herziening, en op 27 Aug. d.a.v. hield hij een rede, waarin hij er tegen protesteerde, dat Limburg niet in de dubbele Kamer vertegenwoordigd was, terwijl hij 2 Sept. niet alleen op vrijheid van godsdienst en onderwijs, maar ook op uitbreiding van kiesrecht, waardoor alle gezeten burgers dit zouden verkrijgen, aandrong.

Toen in 1842 door het verzoek van van Meeuwen om bij zijn periodieke aftreding niet in aanmerking te komen, een vacature in de Tweede Kamer ontstond, werd van Sasse 7 Juli gekozen en nu kon hij deze benoeming aannemen daar zijn vroeger bezwaar door de grondwetsherziening was opgeheven. Hij bleef nu lid tot zijn overlijden. Het laatste jaar was hij, die jichtlijder was, vrij veel afwezig.

Op 26 Sept. 1843 verklaarde hij bij de begrootingsdiscussies, dat hij wegens de slechte politiek der regeering alles zou afstemmen. Op 28 Febr. 1844 sprak hij voor het laatst.

Deze voorvechter der roomsch-katholieke belangen is wel de nederlandsche O'Connell genoemd.

In 1814 werd hij opgenomen in de ridderschap van Brabant.

Hij huwde 12 Nov. 1806 Henriëtte Johanna Antonia Hacfort tot Oossterholt, geb. 12 Juni 1785, overl. 31 Oct. 1834, bij wie hij 8 zonen en 2 dochters had. Zijn zoon Lud. J.B. volgt. Veel omtrent hem komt voor in J.H.J.M. Witlox, De Katholieke staatspartij, 2 dln. ('s Hert. 1919 en 1927).

Ramaer


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek (10 delen)


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • over Leop. F.J.J.J. van Sasse van IJsselt

  • Johan Christoffel Ramaer