Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Claribella (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van Claribella
Afbeelding van ClaribellaToon afbeelding van titelpagina van Claribella

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.75 MB)

ebook (3.21 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Claribella

(1893)–Pol de Mont–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 147]
[p. 147]

IV.

 
Dat is mij gebeurd nu ter tweede maal,
 
dat in vollen, klaarlichten dag,
 
als doofde de zonne haar laatsten straal,
 
plots de nacht me op de ziele lag;
 
dat in 't juichende, stralende middaguur
 
mijn oogen geen licht meer genoten,
 
als een dreigende, hooge gevangenismuur
 
het duister mij hield omsloten.
 
 
 
En toen dat gebeurd is voor de éerste maal,
 
was 't de lieflijkste lentedag,
 
en de primel ontlook, en de nachtegaal
 
zong in 't bosch met zijn heerlijksten slag.
 
En mijn Moeder was dood..., en naast haar lijk
 
wrong ik, wanhopig, de handen,
 
en mijn oog bleef droog als de oogen van 't lijk,
 
maar mijn oogappels brandden, brandden.
 
 
 
En niet levend meer had ik haar weergezien,
 
al had ik mij zóo gespoed...
[pagina 148]
[p. 148]
 
O! Zijn stervende moeder niet wederzien,
 
wie zegt ooit, hoe wee dat doet?
 
En middag was 't, als ik de oude woon
 
bij de beek en de wilgen betrad.
 
Wel hoorde ik mijn Vader; ‘Mijn zoon, o mijn zoon!’
 
maar ik kon niet meer zien, waar ik trad!
 
 
 
En toch was het geen traan, die 't gezicht mij benam:
 
strak stond in zijn holte mijn oog,
 
en men zei het mij later: dát gloeide als een vlam,
 
en ik weet het: mijn wimper was droog.
 
Maar in míj was 't nacht, en ook nacht óm mij,
 
en doodverf lag op mijn wangen,
 
en mijn smart verrees als een hooge muur rond mij,
 
en hield me in haar duister gevangen.
 
 
 
En heden gebeurt zulks ter tweede maal,
 
nu bij wintermiddaglicht,
 
dat, als doofde de zonne haar laatsten straal,
 
plots de nacht op mijn ziele ligt...
 
En mijn Vader leeft, en geen vriend ging dood
 
en geen droevige doodklok luidt,
 
en toch wring ik mijn handen in angst en nood,
 
en mijn licht, och mijn licht is uit...

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken