Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Fladderende vlinders (1885)

Informatie terzijde

Titelpagina van Fladderende vlinders
Afbeelding van Fladderende vlindersToon afbeelding van titelpagina van Fladderende vlinders

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.40 MB)

ebook (8.74 MB)

XML (0.21 MB)

tekstbestand






Illustrators

Léon Abry

Piet Verhaert

Edgard Farazijn



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Fladderende vlinders

(1885)–Pol de Mont–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 34]
[p. 34]


illustratie

VII
De doren

 
Verslenste roze!
 
Wat ligt gij levenloos in 't boek verborgen,
 
bedrieg'lik pand van eene trouwelooze!
 
 
 
't Is lang geleden!
 
Wij zwierven, hand in hand, door barre heiden;
 
wij hadden lief: heel de aerde was een Eden.
 
 
 
Herfstvlagen woedden;
 
een gure wind floot aak'lig door de struiken;
 
in 't Westen hing de groote zon te bloeden.
 
 
 
De boomen schudden
 
de rosse kruin; wild walsten twijg en blaad'ren;
 
de wolken leken mij verschrikte kudden.
 
 
 
Plots, vóór haar' voeten,
 
merkt zij een' bloem: op schralen stengel wiegend
 
scheen ze ons, met smeekende oogen, te begroeten.
 
 
[pagina 35]
[p. 35]
 
‘Genâ! Ontruk mij
 
den wilden wind,’ zoo scheen de bloem te bidden;
 
‘rein is uw' hand... Gij mint... Buig neer en pluk mij!’.
 
 
 
Op mijnen boezem
 
stak zij de roze vast. Mij was 't, dien stonde,
 
als bloeide gansch de heide in lentebloesem. -
 
 
 
Was dat een teeken?
 
Toen ik de bloem, des avonds, wou bewaren,
 
voelde ik den doren in mijn' vingers steken.
 
 
 
- Ja, 't stond geschreven:
 
Lang vóor de bloem, was 't heil der min gestorven.
 
Die heide werd het beeld van gansch mijn leven!
 
 
 
'k Heb haar verloren.
 
Doch, telkens ik die droge bloem aanschouwe,
 
zoo moet en zal ik denken... aan dien doren!


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken