Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De spreeckonst (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van De spreeckonst
Afbeelding van De spreeckonstToon afbeelding van titelpagina van De spreeckonst

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.77 MB)

ebook (8.04 MB)

XML (0.65 MB)

tekstbestand






Editeur

W.J.H. Caron



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

studie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De spreeckonst

(1964)–Petrus Montanus–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 18]
[p. 18]

VI. Hooftstuc.
De eerste gemeene Onderscheiding der Vormen.

Aldus de deelen der Vormen beschreeven zijnde, volgen nuu haer Soorten of Afcomsten.

De Onderscheiding der Vormen can op twee wijzen geschieden: 1 In hooge Geslachten alleen, 2 In hooge Geslachten ende vervolgende laege Afcomsten.

De Onderscheiding inde hooge Geslachten alleen, is vierderlei: 1 Nae des Scheideurs Gestalte, 2 Nae des Scheideurs plaets of diepte, 3 Nae de Soorten der Stemgaeten, 4 Nae des Vorms Gestalte of Cromte.

 

Merct dat ic nuu alleen verhandel de Geslachten en Soorten der schickelijke, ende volmaecte Vormen, de Wanschickelijke ende onvolmaecte nuu voorbygaende, daer anders noch meer onderscheidingen toe van noode zouden zijn.

 

Ten eersten. De Vormen zijn nae de Gestalte der Scheideur, 1 Oopedeurige, 2 Toedeurige.

De Oopedeurige zijn, die een oope Scheideur hebben.

Zijn tweederlei: 1 Vryje, 2 Hinderende.

De Vryje Vormen zijn, diens deur heel oopen staet, zonder den deurtocht eenichsins te hinderen.

 

Als de Vormen van a/ e/ i/ o/ u/ h/ s/ f/ g/ z/ v.

 

Hinderende Vormen of Hindervormen zijn, dier deur ten deele toe is, ende alzoo den doortocht des Aesems eenichsins hinderen.

Zijn tweederlei: 1 Trillende, 2 Splijtende.

De Trilvormen zijn, diens deur met een beletsel ten deele gestopt is, zoo dat den doortocht daer door eenichsins gehindert wort: waer door het gebeurt dat den Aesem, poogende die hindering te weeren, het hinderende doet trillen.

 

Men zoude deeze Vormen ooc Eenkarre mogen heeten: om dat gelijc een Deur die Eenkarre wort gezeit, by nae toe is, en licht meer oopen en toe gaet: alzoo ooc deezer Vormen Scheideur met het stopsel of beletsel ten deele toe zy, en door den doortocht des Aesems, haestelijc en licht meer oopen en toe trilt. Van deezen aert is de vorm daermen r meede uitspreect. En de noodichste onder dezelve zijn, welker Trillende beletsel het einde der Tonge is.

 

De Splijtvormen zijn, diens Scheideur int midde met de Tong aen't Verwulfsel gestopt wort, blijvende eevewel aen elke zijde der Tonge een Oopenheit:

[pagina 19]
[p. 19]

waer door dan den deurtocht verhindert zijnde eensstreex recht deur te gaen in tween gespleten wort, en aen elke zijde geschiet.

 

Zulx is de Vorm daer meede I voortgebracht wort.

 

De Toedeurige Vormen zijn, die een Toegesloote Scheideur hebben.

En zijn 1 Oopeneuzige, 2 Toeneuzige.

Toedeurige Oope-neusvormen, zijn toedeurige Vormen, diens Neusdeur oopen is.

Men mach deeze, om cortheits wille, Neusvormen noemen. Zulke zijn de Vormen, daer m en n meede gevormt wort.

Toedeurige Toeneusvormen zijn, diens Neusdeur toegeslooten is.

Deeze machmen bequaemelijc Smoorvormen heeten: om dat dezelve aen alle canten, zoo aen de Scheideur, als aen de Neusdeur geslooten zijnde, den Aesem noch 't geluit geen oopen uittocht laeten, en die alzoo smooren. Van deeze slach zijn de vormen van b en d. De Sluiting des Scheideurs, in deeze, en de voorgaende Vormen, can een yder lichtelijc bemerken: maer het oopenstaen en Sluiten van de Neusdeur, is zwaerder te bevroeden. Om eevewel dit ooc claerlijc gewaer te worden, zalmen behoeven een Smoorletter en Neusletter aen mal-malcanderGa naar voetnoot1) uit te spreeken, en ondertussen naew te letten op de beweeging achter by't lelletje: Waer door men dan de sluiting en ontsluiting der Neusdeur, wel zal gewaer worden. Als wanneermen de b en m spreect, zalmen bespeuren, dat, de vorm van beide aen de Lippen, daer haer scheideur is, geslooten zijnde, aen't lelletje inde vorm van b een sluiting zy, maer van m een oopening.



illustratie

voetnoot1)
1. cander

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken