Verzamelde gedichten(1961)–Adriaan Morriën– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Herfst De blaren laten los, het grasveld is er mee bedekt: Een sproetigheid die beter bij de zomer past, Althans voor meisjes, 's winters bleek en smalgebekt, Of zacht en vlezig van toegevendheid. Zij lopen luider door de openstaande straat, Op hoge hakken en in bruine warme mantels. Haar naaktheid is in handgebaar veranderd. De wind beweegt ze tot een koele blos. Het is haar schuld niet dat de hemel grijs is En dat het lover slijt als een te lang gedragen jas. Vorige Volgende