Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Uit mijne sportportefeuille (1899)

Informatie terzijde

Titelpagina van Uit mijne sportportefeuille
Afbeelding van Uit mijne sportportefeuilleToon afbeelding van titelpagina van Uit mijne sportportefeuille

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.99 MB)

ebook (5.21 MB)

XML (0.37 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
non-fictie/sport


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Uit mijne sportportefeuille

(1899)–Frans Netscher–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 17]
[p. 17]

De emancipatie door het wiel.

Het is alsof de emancipatie van de vrouw voorbestemd is geweest altijd een mal figuur te maken.

Deze zooveel besproken kwestie gaat door het leven met een clownslach op de lippen en een narrenkap op het hoofd.

Spotternij, gejubel van schalksche vroolijkheid, ondeugende woordspelingen worden haar op haar passage toegeworpen.

Men kent haar alleen door haar uitersten, door haar excentriciteiten.

Uiterste van komischen ernst, en uiterste van grollige bespottelijkheid.

Aan den eenen kant stelt men zich de geëmancipeerde vrouw voor als een vrouwelijke Russische student met kort geknipt haar, een groote bril op en mannenlaarzen aan. Of ook wel als een magere, plankige Engelsche ‘miss’, die alléén Europa doorreist en met haren rooden Baedeker in de hand voor alle monumenten en in alle musea is aan te treffen. En aan den anderen kant vindt men ze afgebeeld als het vermannelijkte jonge meisje, met een cigaret in den mond, aan een koffiehuistafeltje in tamelijk indécente houding, en uitgelaten debatteerend met Parijsche ‘bohémiens’. Terwijl sommigen ze zich liefst ook voorstellen als de verwilderde vrouw, stoeiend, ravottend, een jongen onder de meisjes, zonder bevalligheid, vrouwelijke fierheid of verfijning.

En in al deze vormen of schijngestalten heeft zij aanleiding gegeven tot caricaturen.

Men heeft in haar bespot en gehekeld de onderdrukking van alles wat vrouwelijk is in haar als vrouw. Er is haar verweten, dat zij onrecht doet aan de natuur, die haar anders gevormd en aangelegd heeft dan den man, en die wil dat zij zich dienovereenkomstig ook gedrage. Geëischt wordt van haar, dat zij toone fijngevoeliger, bevalliger, zachtmoediger te zijn; bewezen is, dat zij andere geestelijke en physieke capaciteiten bezit dan de man, die in en door den strijd in het leven en om het bestaan, de grovere eigenschappen van kracht, hebzucht, houding en bouw in zich heeft zien ontwikkelen en continueeren. Verschil van aanleg was er, die zich door de eischen der omgeving, in den loop der eeuwen sterker is gaan specialiseeren.

Door dien aanleg en die ontwikkeling hebben man en vrouw ieder een andere roeping in het leven, aan welker vervulling zij met al hun gaven moeten arbeiden.

[pagina 18]
[p. 18]

De geëmancipeerde vrouw nu wenscht dit door de natuur en de maatschappij gewilde onderscheid op te heffen, een soort van ‘manvrouw’ in het leven roepen - onvrouwelijk, omdat het mannelijk wil schijnen, en onmannelijk, omdat het vrouwelijke allures blijft behouden - iets tweeslachtigs.

Een onding dus!

* **

Wanneer wij dan ook, niettegenstaande dit alles, toch van een emancipatie der vrouw blijven spreken - en zelfs van een emancipatie die wij van harte toejuichen, - dan is 't duidelijk, dat wij iets anders op 't oog hebben.

Wat wij dus bedoelen, is geen ongracieuse vermannelijking van de vrouw, maar een versterking, of liever - om 't zoo eens uit te drukken - een ‘verferming’ der vrouwelijke eigenschappen in de vrouw, die, indien deze niet behoorlijk ontwikkeld worden, tot verzwakking of ontaarding zouden kunnen leiden.

En die bedoelde heilzame uitwerking heeft het gebruik van het rijwiel op veel vrouwelijke karakters en gestellen gehad. Het is mogelijk juist op tijd gekomen om een ontaarding, die door de moderne levenswijze van weelderige verfijning, in sommige kringen zich meer begon uit te breiden, in haar voortgang te stuiten. Veel vrouwen hebben door het rijwiel meer onafhankelijkheid, meer initiatief, meer fermte en meer gezondheid gekregen.

Want te ontkennen valt 't niet, dat het rijwiel in enkele opzichten ook als een maatschappelijken hervormer heeft gewerkt, en dat in vele huisgezinnen, sinds zijn introductie, er wijziging in verhoudingen en gewoonten is gekomen, die een gelukkigen invloed heeft uitgeoefend op de positie van de getrouwde vrouw en het jonge meisje.

De jonge vrouw, vroeger, door gemis aan betere of andere bezigheid, wel wat veel slavin van de erg materieele beslommeringen van haar huishouden, de vrije uren van den dag veelal aanvullend met de vervaardiging van gewoonlijk vrij nuttelooze handwerkjes, of 't afleggen van visites met de daaraan verbonden conversatieonnoodigheden; - het jonge meisje in veel gevallen beschikkend over meer vrijen tijd dan arbeid om dien aan te vullen, vroeger zelden ongechaperoneerd uitgaande, en na een wandeling waarop slechts stadslucht werd ingeademd, haar middag eindigend met een bezoek aan den confiseur à la mode: - zij beiden bestijgen nu haar elegant stalen voertuigje, dat haar in enkele oogenblikken buiten de stad, in de frissche natuur brengt.

In plaats van een haak- of borduurwerkje houdt zij nu haar

[pagina 19]
[p. 19]

stuurstang in de hand, zich richtend naar de ingevingen van haar wil, door dreven en landouwen. In plaats van op de wandelplaats of in de winkelstraat der mode, brengen zij nu haar vrije middaguren in de lanen of de open wegen rond de stad door; en in plaats van haar lichaam te voeden met de zoetige versnaperingen van den confiseur onthaalt zij haar longen op de diepe inademingen der frissche buitenlucht, die meer kracht en gezondheid geeft dan gebak of marasquin.

Zij leert ook af die angstvallige overwegingen of dit of dat wel veroorloofd wordt door de benauwende voorschriften eener verwijfde étiquette; of ze hier alléén mag verschijnen en daar niet; of men gewoon is op dit uur dit, en op dat dat te doen. Maar zij rijdt de vrije ruimte in, waar genot de étiquette, en gezondheid de goede toon is; zij bezoekt de natuur, die er geen receptie-uren op na houdt en voor wie het zwijgen of de gezonde vroolijkheid beter tot den ‘bon ton’ behooren dan de complimenteuse onoprechtheden der stijve stadsvisites.

Haar rijwiel kan er tegen waken, dat haar behoeften aan beweging, aan uiting, aan frischheid en natuurschoon door de gewoonten van het stadsleven niet verstikt worden; het kan er voor zorgen, dat er tijden en plaatsen zijn, waar zij zich, buiten het critische oog der onware vormelijkheid, vrij geven kan aan haar jeugd, haar vroolijkheid, haar levenslust; dat haar parelende lach niet bestraffend onderdrukt en haar blos van gezondheid niet als de burgerlijke concurrente der ‘poudre d'Iris’ beschouwd wordt.

En terwijl zij op haar wiel gezeten is, leert zij in de onafhankelijkheid van haar rijden haar éigen wil uit te voeren; zij scherpt 't oog; bij het sturen moet zij plotselinge besluiten nemen; bij kleine ongevallen moet zij zich zelve redden; ze weet langzamerhand op zich zelf te moeten vertrouwen en niet altijd van anderen te moeten afhangen.

Juist dit alles ontwikkelt goede eigenschappen in haar, die als zij wandelaarster blijft, ook zullen blijven sluimeren en niet geoefend worden. Zij komt in een leerschool, waar de ondervinding haar onderwijst, dat zij als vrouw toch ook een vrijen wil en een onafhankelijk initiatief moet hebben. Haar waarde als denkende, willende, vrije vrouw, die zich in de omstandigheden van het leven ook zélf moet weten te redden, zal haar dan duidelijker en van meer waarde worden.

Zie, dàt was de emancipatie, die wij op 't oog hadden, en die het rijwiel der vrouw schenken kan en schenkt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken