Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mijn tegenstem (1975)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mijn tegenstem
Afbeelding van Mijn tegenstemToon afbeelding van titelpagina van Mijn tegenstem

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.35 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mijn tegenstem

(1975)–Hugues C. Pernath–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Gedichten 1966-1973


Vorige Volgende
[pagina 69]
[p. 69]

Exodus

1970

Voor Myra

[pagina 70]
[p. 70]
 
I will not serve that in which I no
 
longer believe, whether it call itself
 
my home, my fatherland or my church;
 
and I will try to express myself
 
in some mode of life or art as freely as I can
 
James Joyce, 1882-1941
[pagina 71]
[p. 71]
 
Aan een herinnering:
 
De oorsprong van de zevende dag, het kleed
 
En hemelsblauw het kleed tussen losgeraakte stenen
 
En modder. De massa toogde en diende de Heer.
5[regelnummer]
In mist en winternacht
 
Dwaalden andere zonen teloor, arm in arm
 
Angstig fezelend. Falend en fataal.
 
Het waren symbolen die ik vertolkte
 
En onder dwang, in een achtertuin hertekende.
 
 
10[regelnummer]
De jaren waarop de smet rust, het bedrog, het beven
 
En rook die daalt. Zelfs geen echo, geen gehijg
 
Geen klok hoor ik ooit nog luiden.
 
 
 
Ergens kantelde een oog, verbrak de dag
 
De kluwen van de vriendelijke duisternis,
15[regelnummer]
De hese vrees waarin ik woede wierp en vertrapte
 
Waarin niemand nader kwam noch kloeg.
 
Omdat ik in de schemer van mijn winderige woningen
 
Van weleer, iedereen opvolgde en vereerde
 
Omdat ik nu voltooide en met jou heelhuids verdeel
20[regelnummer]
Wat ik als kind nafluisterde en vergeten ben.
[pagina 72]
[p. 72]
 
Tevergeefs viel sneeuw, tevergeefs de liefde
 
En alles dat een teken zocht en weer verenigde
 
Wat verdreven werd door rune en rivier,
 
Wat vervolgd werd met schaduw en schamp.
25[regelnummer]
Zoals het kreupel in het koren keer ik jou
 
En kronkel in de stilte onzegbaar. Ik bezweer
 
Maar vervloek, vermoed en vermijd, trouw
 
Als een leeuw, als een tweeling die twijfelt
 
En teweegbracht wat traag is en treuzelt.
 
 
30[regelnummer]
Ik heb de druk ervaren en ik ben afgedaald
 
Om te redden wat er nog te redden was:
 
Mens en maat, stem en ster.
 
 
 
En jij die leeft, want monster en mythe,
 
In jouw geloven heb ik mijn galg gegrift.
35[regelnummer]
Ook in mijn maag voltrok zich het ijs,
 
Het rouwende ritueel van zuring en zaad.
 
En de zegge die zwijgt en wiegend mijn lompen bewaart
 
Tot mens en tijd vergaan en grijs het zwart bedekt
 
Terwijl mijn lus van leder spant. Niet alles is gelijk
40[regelnummer]
Niet alles bleef bestaan in de zegen van het regendal.
[pagina 73]
[p. 73]
 
Zoals niets. Of zoals het haperen van de tijd
 
De dood rangschikt en plots en overwacht
 
De trage schaduw van de eenzaamheid mijn weelde werd.
 
Ik kende de vrachten, de stoppels in het stro,
45[regelnummer]
De waarheid die de vroegere liefde
 
Mijn leven voordien, verlaagde
 
Tot schimmel en schoor.
 
Mijn overtuiging, mijn onrust verbuigend
 
Tot wroeging en verval.
 
 
50[regelnummer]
Iedereen moet dit weten, iedereen
 
Of alleen het vuur, of alleen het gas
 
Want steigerend, want stervend herken ik jouw ras.
 
 
 
Jacob, jullie lijken vielen in een woestijn,
 
Twijfel, maar op deze grond heb ik gezworen
55[regelnummer]
Dat zij zal overblijven na de hagel,
 
Dat ik haar zal dragen als een boom.
 
En van jou, Sarah-Rose, smeek ik jouw zegen voor mij,
 
Voor haar, jouw dochter, en voor alle mensen
 
Waaruit kinderen leven die aanstoot geven.
60[regelnummer]
Vreugde die verlamt.
[pagina 74]
[p. 74]
 
En zelfs niet wanneer hij vlucht, niet wanneer
 
Alleen maar jaren tellen, toebehorend aan voorteken
 
En tong. Of aan de dood, de dagen door.
 
Zij bleef behouden, de trouw bleef bestaan
65[regelnummer]
En na de doornstruik en na het branden
 
Geraakte ik met wanhoop en waarheid vertrouwd.
 
Hinkend, uit de heup zal ik mij herhalen,
 
Mijn uittocht begint, met wat mij nog overblijft
 
Aan vrees en vrijheid. Aan haar en haar ontroering.
 
 
70[regelnummer]
Alle leven was geweken, het landschap overvoed,
 
En onvolkomen, als door handen bedreven
 
Verklaarden vreemden de onrust die bitter maakte.
 
 
 
Dezen en genen en onder andere sterren
 
De gammele resten der verdane vriendschap
75[regelnummer]
Die niemand deerde, die niemand terechtbracht,
 
Vanaf de dag dat voor velen
 
Ook de liefde te moeizaam was.
 
En in de klimmende kleuren van onze wereld
 
En heel en al, als werkelijkheid voortdurend,
80[regelnummer]
Heb ik mijzelf, opnieuw met jou en mij herschapen.
[pagina 75]
[p. 75]
 
Zo was het woord wat het woord waarlijk betekende
 
In het uitdijen, het kleverige uitstollen
 
Over de tempels van de tederheid
 
En over de vele wegen. Wanneer en waarheen?
85[regelnummer]
De waarschijnlijkheid was een leugen
 
Die ontsierde wat huisde en verging
 
In de cirkelende dreiging van de genade die dwong
 
Wars van het heelal en wars van de mens.
 
Jij was de enige die wenkend, na mijn buigen bewoog.
 
 
90[regelnummer]
In mijn bloed de herinnering aan de horde,
 
Een reis, de veldgrauwe grijns van het visioen
 
Dat beginklanken noemde, de getallen voortzettend.
 
 
 
Het ouder worden overvleugelde de twijfels,
 
Mijn geest is verrot en verzwolgen
95[regelnummer]
Maar beeft opnieuw zoals bij ieder begin.
 
En in het wachten dat mijn vreugde behield
 
Hebben alle uren geslagen en trok de dood voorbij.
 
En jij die blijft, ergens, vandaag en morgen
 
En dichterbij. Bij hoog en bij laag herleven wij
100[regelnummer]
Na zóveel niets. Na zoveel minder.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken