Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants (1971)

Informatie terzijde

Titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants
Afbeelding van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des VerstantsToon afbeelding van titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (14.75 MB)

XML (2.78 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

vertaling
non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

(1971)–Dirck Pietersz. Pers–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Fede Catholica. Catholijck of algemeen Geloof.

Een Vrouwe in 't wit gekleedt, die de rechter hand op de borst hout, en in de slincker een Kelck, daer zy aendachtelijck op siet.

Daer zijn drie Deughden, die ons van Chisto Iesu in het nieuwe en laeste Testament zijn naegelaeten, en als drie ringen in een ander gevlochten: Maer het Geloof is het eerste, van de twee andere, konnende niemand noch Hope noch Liefde, sonder het Gelove, hebben. Van dese hangen d'andere nootsaecklijck in dit leven. Dese wort dan wit gekleet en schoon van opsicht, want gelijck ons de witte verwe de gelijcknisse van 't licht vertoont, 't welck seer uytblinckende en volmaeckt is, en de swarte verwe de duysternisse, wesende een beroovinge van 't licht, alsoo moeten wy geloven, dat soo iemant een welgestelt en volmaeckt Gelove, in de Liefde, heeft, dat die het weesen en het levendige Gelove heeft, en die daer van berooft is, dat die de eeuwige Dood en Verdoemenis aldernaest is. 't Eerste seyt onse Heere Iesus Christus, in dese woorden, Wie in my gelooft, sal leven, alwaer hy schoon gestorven. Het ander seyt het Symbolum Athanasii, Dit is 't oprechte Catholijcke Geloof, wie dat niet vast en oprechtelijck gelooft, die kan met saligh wesen.

De wittigheyt van 't kleed vertoont oock, dat dese Deughd niet wort verkregen, door veele wetenschappen in 't gemoed te brengen, even gelijck de witte verwe aen 't laecken, oock geen andere verwe magh werden gegeven. Maer het verkrijght de wittigheyt,

[pagina 149]
[p. 149]

als men het laecken suyvert van andere verwen: Van gelijcken is oock het Gelove, wanneer het suyver, en de ziele vol genade en liefde is: Iae soodanigh dat zy niet veele werx maeckt, van die dingen, die groote vrolijckheyt toebrengen aen de sinnen, die totte hovaerdye opstoocken, maer het Geloof werckt krachtiger en heeft haere volmaecktheyt. Merckt oock op dese verwe, hoe lichtlijck dat het zy van dese heylige Deughd af te dwaelen, gelijck het licht is een seer wit en suyver kleet te bemorssen. Derhalven seydt Ariosto tot ons voorstel aldus:

 
't Gelove wort in 't wit geciert,
 
En is van d'Oude soo geviert,
 
Om dat haer kleed van wit satijn,
 
Oock lichtlijck kost besoedelt zijn.

En om dese oorsaecke, zijn veele, die in eene sonde hartneckigh zijn vervallen, van de H. Kercke verworpen, wetende, dat soo iemand het eene overtreet, in allen is schuldigh.

De hand, die zy op de borst heeft, vertoont, dat in 't hert het waere en levendige Gelove rust, waer over wy oock sullen geloont worden, naer 't geene S. Ian in sijne Openbaringe aen 't tweede Capit. seyt, Weest getrou totter dood, en ick sal u, seyt de Heere, de kroone des levens geven, niet van het versierde, dat veeltijts vertoont wert in de doodlijcke schijn van de schoonheyt des lichaems.

Zy hout in d'ander den Kelck, een teycken van 't Geloof, alwaer alle onse hoope en het eynde van al onse begeerte, op rust: wesende het Geloof een vast vertrouwen: buyten twijfel gegrondvest op het seeckere Wesen Gods, op sijne voorsienigheyt en mogentheyt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken