Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 1 (1727)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 1
Afbeelding van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.63 MB)

XML (2.16 MB)

tekstbestand






Vertaler

Abraham Moubach



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
vertaling: Frans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 1

(1727)–Bernard Picart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 25]
[p. 25]


illustratie
F. Morillon la Cave inv. et sculp. 1723.


Historische verhandeling Over de hedendaagsche godtsdienst-pligten En gewoontens der jooden.
Eerste Afdeeling.

I. Hooftstuk.
Oorsprong van de Godtsdienst-pligten en Gewoontens der Jooden: in hoe veel deelen die verdeelt worden, en waar in zy bestaan.

Ga naar margenoot+ ALle de plegtigheden tegenwoordig onder de Jooden in gebruik, zyn niet van eenerlei gezag, noch worden van alle niet eveneens betracht; ook verdeelt men ze driewerf in schikkingen, waar van de eerste begrypt de Leerstukken der geschreeven Wet, te weeten, die geenen die in de vyf Boeken van Moses vervat zyn. Deeze Leerstukken bestaan in 248 bevestigende en 365 ontkennende, maakende te samen 613 uit, die zy Mizvoth Hatorah noemen, 't geen het Gebodt van de Wet beteekent.

De tweede schikking of orde betreft de Overleveringe of mondt Wet; en deeze naam is 't die zy aan de uitleggingen geeven door de Rabbynen en Schriftgeleerden nu en dan over den Pentateuchus of vyf Boeken Moses gemaakt, en aan een oneindig getal van inzettingen en bevelen, die zy Mizvoth Rabanan, of Bevelen der Schriftgeleerden noemen, die in een groot Boek byeen vergadert zyn, Talmud geheeten, waar van we in 't byzonder in 't tweede Hoofdtstuk van de tweede Afdeeling deezer Verhandeling spreeken zullen.

De derde behelst zaaken, die het gebruikGa naar margenoot+ in verscheiden tyden en op onderscheidene plaatzen, gezag heeft gegeeven, of die nieuwelyks bekrachtigt zyn; om welke

[pagina 26]
[p. 26]

reden men die Minhaghim, of gewoonten noemt. Van deeze drie schikkingen of ordens nu, behelzen de twee eersten de Wet door Moses geschreeven, en de mondelinge Wet, die door overlevering van de Schriftgeleerden afkomstig is, en algemeen van de Jooden aangenomen zyn, alhoewel in alle de waereldts deelen verspreid, zonder dat 'er ten deezen opzichte geen gewigtig verschil onder hen zy, gelyk by denGa naar margenoot+ Talmud blykt. Maar wat de derde aangaat, die eenvoudiglyk de gewoonten betreft, verschillen ze onderling veel; naar dien 'er de Jooden, die in veele plaatsen verstrooit zyn, de naam en gedaantens van overgenomen hebben. Geen verandering is 'er dan als wat aangaat dit derde gedeelte, voornamentlyk onder de Oosterlingen, Hoogduitschen en Italianen. Door de Oosterlingen verstaan we mede die geenen van Morea, uit Grieken, Barbarye en die men SpaanscheGa naar voetnoot(a) noemt. Onder den naam van Hoogduitschen begrypen we mede die van Boheme, Moravië, de Poolsche, Moskovische en anderen. Deeze orde en onderscheiding volgende, zullen we trachten in deeze Verhandeling aan te toonen, zoo veel ons mogelyk zyn zal, 't geen zoo wel uit de geschreeven Wet, als uit de mondt der Geleerden en de enkele gewoonten getrokken is. Maar wy geeven vooraf bericht, dat overal waar eenig verschil onder de Jooden gevonden word, dat niet is als over het onderwerp der gewoonten, waar aan zy zelfs niet gelooven, dat 'er de naam van gebodt dan naaulyks zou konnen mede overeenkomen, daar zy anders de geboden van de eerste en tweede orde voor wezentlyk houden.

margenoot+
De plegtigheden en gewoontens der Jooden, hoe die in drie Ordens onderscheiden zyn.
margenoot+
Waar van twee de geschreeven en mondt Wet behelzen.
margenoot+
En de derde alleen in onderscheiden gewoontens bestaat.
voetnoot(a)
De Spaansche Jooden uit de Landen van den Koning van Spanje verdreeven, zyn meerendeel naar 't Oosten of de Levant gevlucht, alwaar zy zich noch onthouden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken