Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4 (1729)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4
Afbeelding van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (15.09 MB)

XML (2.43 MB)

tekstbestand






Vertaler

Abraham Moubach



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
vertaling: Frans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

(1729)–Bernard Picart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

VII. Hoofdtstuk.
Van den Godsdienst der Eilanders van 't Eilandt Formosa.

Ga naar margenoot+ DE gewaande Nieuwbekeerde in den Protestanten Godsdienst, bericht in zyne BeschryvingGa naar voetnoot(a) van 't Eilandt Formoza 't geen hier volgt. ‘De Godsdienst der Formozanen is hen, door den God zelf die zy eeren, geopenbaart, indien wy het Boek gelooven 't welk zy 't verkooren Landt noemen. 't Is een Boek dat de Formozanen in hooge waarde houden, en de openbaring behelst waar op den Geestelyken Dienst, in hun Laadt gebruikelyk, is gegrondt...... Voor omtrent negen hondert jaaren was't, dat de Bewooners van 't Eilandt Formoza geene andere Goden kenden dan de Zon en Maan, die zy als Opper-Godheden aanmerkten, zich inbeeldende dat de Starren niet dan halve Goden, of Onder-Godheden waren. Al hunnen Dienst bestond in de aanbidding deezer Hemellichten 's morgens en 's avondts, aan wien zy tot Offerhanden allerlei Dieren offerden.’Ga naar margenoot+ Twee Philosofen die toen leefden, worpen zich als Profeeten op, en verkondigden een nieuwe Wet deezen Afgodendienaars. Deeze nieuwe Wet wierd aan twee Profeeten in een Woestyne door den nieuwen God geopenbaart, die 'er zelf dikmaals aan deeze twee Profeeten verscheen, overzulks hy hen van den Dienst, die hy wilde by de Formozanen invoeren, gronddig onderwees. Na deeze openbaringen, verkooren de twee Profeeten een plechtiglyken dag om den Eilanderen de nieuwe Dienst te verkondigen. Zy spraaken hun van eenen Heuvel aan, van waar zy van 't Volk konden gehoort worden. De vreemde kleeding, hun woest en ongezien aangezicht en gestalte, gevoegt by de kracht hunner redenen, bewoogen het Volk. Men hoorde hen aandachtiglyk aan, tot dat zy de voorstelling deeden, van den nieuwen God een Tempel te bouwen, van 'er een Tabernakel op te rechten, en in dit Tabernakel een Altaar, waar op men de harten van twintig duizend Kinderen, ter ouderdom van negen jaaren en daar onder, verbranden moest. Deeze voorstelling verwekte een opstant van 't Volk tegen deeze twee Profeeten: Weinig scheelden 't dat ze hen niet dood sloegen. Zy ontweeken 't, hen dreigende dat hen hunne ongehoorzaamheit rouwen zoude. De daadt volgde de bedreiging. Door 's Hemels geessels bezocht, namenze weder hunnen toevlucht tot de Profeeten, die zich verbonden hunnen God de welstand der Formozanen af te smeeken. En dus was 't dat des Volks verzoening by den God stantgreep. Een der Profeeten gaf 'er de weet van aan 't Volk, 't welk overmatig van vreugde hem Psalmanaazaar, Bewerker van Vrede noemde. Deeze naam, die den Profeet bybleef, wierd vervolgens zoo eerwaardig, dat het een der naamen 't meest by de Formozanen in gebruik geworden is. Het was nodig om die omstandigheit te berichten, om de reden te billyken, waarom de Roman-Schryver van Formoza zich Psalmanaazaar noemt. Voor 't overige is 't niet noodig te berichten dat men in dit Verdichtzel veele omstandigheden van Moses Historie vind, en dat men 'er de Hebreeusche naamenGa naar voetnoot(b) zeer weinig bewimpelt, aanmerkt. De Tabernakel, het Autaar, de Feesten van den God der Formozanen, komen ongemeen wel met de Joodsche plechtigheden overeen.

Laat ons deezen Bedrieger, en zyne verdichte Beschryving ongerept laaten, die onder Menschen gezag gevonden heeft, voor wien alles goedt is, mitsGa naar voetnoot(c) de party die zy haaten, qualyk gehandelt zy. EenGa naar margenoot+ ReizigerGa naar voetnoot(d), die geloofbaar schynt, en eenigen tydt op Formoza zyn verblyf heeft gehad, zegt dat deeze Afgodendienaars veele Goden aanbidden, waar onder twee de voornaamste zyn, en de eene het Zuiden bewoont, daar de andere het Oosten gebied. Die van 't Zuiden draagt zorg

[pagina 221]
[p. 221]

voor de Mannen, en die van 't Oosten voor de Vrouwen, zynde deeze laatste ook van haare Sexe. Een andere God bewoont het Noorden. Hy is quaadaardig. Twee andere Godheden draagen zorg voor den Oorlog en Krygsknechten:Ga naar voetnoot(a) Een ander voert het gebied over de ziekte en gezondheit. Zy hebben 'er ook voor de Jagt, voor 't Gezaai, Huisgoden enz. Aanmerkelyk is 't mede, dat het meerendeel deezer Goden gehuwelykt zyn, gelyk die der Aloude Heidenen. Noch staat aan te merken, dat men te Taiowan, 't welk Dapper van Formoza schynt te onderscheiden, twee en zeventig GodenGa naar voetnoot(b) telt, door de Chineezen, die zich aldaar ter neder hebben gezet, gedient en aangebeden. De eerste in rang van alle deeze Goden is de God, Schepper van de Natuur. Men offert hem eens in 't jaar een Varken, waar van men het Vleesch en Beenderen met Sandelhout verteert. In 't algemeen hebben alle deeze Goden Menschen geweest, en zyn door hunne verdiensten en wysheit Goden geworden: Maar eenige van hun hebben altoos Waargeesten en Demons geweest. De Schryver van de Beschryving van Formoza zegt onsGa naar voetnoot(c), dat men 'er ook den Demon aanbid; dat men gelooft dat de Zielen der Booswichten na de doodt Duivels worden; dat men deeze Zielen, hoe boosaardig zy ook zyn, echter niet nalaat door Offerhanden en Gebeden te eeren. Het Hoofdt van alle deeze Luchtgeesten voor quaaddoende en gezwooren vyanden van goede bekent, heeft Altaaren en Beelden op de Bergen; men offert hem Dieren en zelfs menschelyke Slachtoffers.

De zelfde Schryver zegt ons, dat hetGa naar margenoot+ gedrag en de gebaerde deezer Eilanders in den Geestelyken Dienst, verschillen volgens de Plechtigheden die zy 'er waarneemen. Wanneer zy in 't openbaar in 't Boek leezen waar in de voorschriften van hunnen Godsdienst begreepen zyn, knielen zy, zegt hy, met de linker knie op den grondt, en de rechter arm naar den Hemel opheffende. Wanneer zy Gode danken, werpen zy zich met het aangezicht ter Aarde: maar blyven staan met te samen gevoegde handen, terwyl zy hunne Lofzangen zingen. Men mag weder zitten onder des men de Slachtoffers de keel afsteekt: Maar wanneer het Vleesch deezer Slachtofferen door 't vuur word verteert, moeten zy staan, de handen te samen voegende, en 't gezicht naar den Tabernakel gewend. Hy meld ook van een Leerrede die de Priesters opentlyk in de Tempels doen.

margenoot+
Welke gedachten men van den Godsdienst der Formozanen heeft, aangewezen.
voetnoot(a)
Veele merken deeze Schryver, noemende zich een Japonees en op Formosa opgevoedt, als een Bedrieger aan.
margenoot+
Hoe zich Profeeten onder hen opgeworpen hebben, en met welk een gevolg.
voetnoot(b)
Gelyk die van Zorobabel.
voetnoot(c)
Zie het 33. Hoofdtst. en 't vervolg van de Beschryving van Formosa.
margenoot+
Dat de Formozanen veele Goden hebben, en voornamentlyk twee, nevens andere, als ook waar over die het bestier hebben.
voetnoot(d)
Vojage van van Rechteren in Oostindiƫn, in de verzameling der Vojagiƫn van de Nederlandsche Maatschappy. 6. Deel.
voetnoot(a)
Dappers verzameling der Gezantschappen enz.
voetnoot(b)
Verhaal van Wricht door Dapper aangehaalt.
voetnoot(c)
Hoofdtst. 5 en 17.
margenoot+
Plechtigheden van hun Geestelyken Dienst aangemerkt.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken