Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De noodzaak van het overbodige (2014)

Informatie terzijde

Titelpagina van De noodzaak van het overbodige
Afbeelding van De noodzaak van het overbodigeToon afbeelding van titelpagina van De noodzaak van het overbodige

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.04 MB)

Scans (3.14 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Editeur

Laurens Ham



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De noodzaak van het overbodige

(2014)–Sybren Polet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 78]
[p. 78]

40

Americana (II)

Amerika: home of the whopper!

Wat doe je in Amerika om een tekort aan identiteitsgevoel te compenseren? Je zet een reclamepetje op en laat je armen vol tatoeëren met standaardiconen.

Nergens ter wereld kom je zo'n groot aantal mensen tegen dat rondloopt onder de imprint van een firmanaam: Coca-Cola, Pepsi Cola, MacDonald's, Ford, Safeway, Goodyear, Mobil Oil, Big Apple en noem maar op.

Ook al wordt de gewoonte natuurlijk in de eerste plaats van elkaar overgenomen, er is wel degelijk een zekere identificatie in het geding met iets groots wat een naam heeft, een grote naam, en door dat petje op te zetten maak je deel uit van dat grote en van die naam; niet alleen ben je om die reden bereid er gratis reclame voor te maken, maar door dit te doen maak je de naam nog groter en daarmee je hoofd onder dat petje.

In Europa kom je om dezelfde reden juist maar weinig mensen tegen die zo'n hoofddeksel wensen te dragen, dan liever een haarstukje.

Ik heb toen niemand thuis was eens zo'n petje opgezet dat een monteur had laten liggen en zie, toen ik in de spiegel keek had ik ineens een vreemd gezicht; de letters wogen veel zwaarder dan letters mogen wegen, de naam had ineens een zwaarwegender betekenis die diep in mij zonk en ik begon mij ál minder te herkennen.

Ik stelde me voor hoe ik, als een mijzelf vreemd fenomeen, over straat liep, met dit petje op of met een zweethemd aan waarop: een popster (Elvis bijvoorbeeld), de naam van een universiteit die ik nooit bezocht had of die van een befaamd fast-

[pagina 79]
[p. 79]

food-restaurant waar ik nooit at (Burger King bijvoorbeeld). Alleen de gedachte al bezorgde mij een diep identiteitsverlies dat aan volstrekte zelfvervreemding grensde.

De Amerikanen zijn er echter dol op en zouden liefst meerdere namen tegelijk dragen, mits van populaire of machtige komaf. Men wisselt zonder pijn van identiteit, maar ook weer niet onbeperkt, want de Amerikaan weet best dat er maar een beperkt aantal identiteiten bestaat en hoort te zijn. Het zou me niet verbazen als iemand zich eens onder een van zijn merknamen voorstelde. - Met Big Mac, Cal Tech of Mex Tex. Aangenaam!

Even groot als het aantal reclamepetjesdragers is de horde mannen en jongens die zich heeft laten tatoeëren, vooral op de armen, maar ook op de schouders, rug, borst. Eens zijn ze er allemaal trots op geweest en moeten er een zekere meerwaarde aan ontleend hebben. Zelfs de zielige aanblik van oudere mannen met hun gerimpelde-lijficonen heeft hen er niet van weerhouden het eveneens te laten doen, noch het vooruitzicht dat ze over twintig, dertig jaar er net zo uit zullen zien: geïllustreerde mensen vol verlepte beelden, vaak van vreemde, oosterse oorsprong, en geen weer en wind kunnen de memento's er afwissen. Het paradoxale is ook hier dat het getatoeëerde, geïllustreerde individu juist het gevoel heeft meer individualiteit te hebben verkregen, een individualiteit van collectieve aard die via het ondergane ritueel een tegelijk algemener en individueler besef schenkt: men maakt individueel deel uit van velen.

Maar o wee, als de schaamte toeslaat en men zich dagelijks via de spiegel ergert aan de snel desintegrerende beelden, levende illustraties van verval, waaronder ongetwijfeld een gerimpelde naakte meid: dag in dag uit, jaar in jaar uit is men gedwongen het aan te zien, samen met vrouwlief of vriendlief.

Ik ken geen treuriger gezicht dan zo'n geïllustreerde man van zeventig, tachtig jaar met een reclamepetje op z'n kop en

[pagina 80]
[p. 80]

getatoeëerde bovenarmen. Als een melaatse zont hij zich in de achtertuin van zijn huis, zelden of nooit aan het strand: hij is onleesbaar geworden.

Er is slechts één beeld dat voor mij navranter is: dezelfde geïllustreerde man van tachtig jaar die met zijn hangende viltstift, waarop ook zo'n gerimpeld prikkelpoppie, moeizaam gele graffiti op een gevel pist.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken