Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De noodzaak van het overbodige (2014)

Informatie terzijde

Titelpagina van De noodzaak van het overbodige
Afbeelding van De noodzaak van het overbodigeToon afbeelding van titelpagina van De noodzaak van het overbodige

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.04 MB)

Scans (3.14 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Editeur

Laurens Ham



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De noodzaak van het overbodige

(2014)–Sybren Polet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 158]
[p. 158]

90

Realiteitsprincipe zonder realiteit

Het universum blijkt volgens James Jeans' veel geciteerde uitspraak ‘steeds meer op een grote gedachte te lijken dan op een grote machine’, maar dan niet zo'n consistente, rationele als Einstein het graag zag. (Of toch, en is de grilligheid en marginale onvoorspelbaarheid maar schijn?)

Einstein placht het - harmonische - principe dat aan alles ten grondslag zou liggen God te noemen, een vaag begrip dat hij niet verder omschreef en dat ook niet meer dan het pure principe zelf inhield, wat dat dan ook mocht zijn, onder voorbehoud dat het consistent was. Maar als er al sprake is van een God, dan is het er - ook als principe - een in wording, een zich ontwikkelende: want het begin van alles is niet zozeer een bestaand universeel principe, als wel een virtueel, universeel wordend principe. Het principe dat was wanneer het is. Zo ook het wordende goddelijke principe, voor wie het aldus wil benoemen.

Om deze reden zullen wij ook nooit de oorsprong, het pure principe, de virtuele, potentiële realiteit als zodanig kennen. Deze is onkenbaar, wat kenbaar is, is - net als in de kunst en de literatuur - de gerealiseerde virtualiteit en potentialiteit en deze verschilt van het ongerealiseerde virtuele principe als een mens van de gedachte mens, het begrip mens, of beter, van de mogelijkheid ertoe.

‘Alles ist, aber das Seyn wird,’ aldus Johann Wilhelm Ritter, een pupil van Novalis rond 1800 in zijn Fragmente aus dem Nachlass eines Jungen Physikers.

Het wordende principe. Begin dat zich naar zijn bestaan spoedt. De oerslang die zich in zijn staart bijt. Einde dat zijn begin inhaalt.

[pagina 159]
[p. 159]

Het is misschien zoiets als datgene wat verondersteld wordt zich te voltrekken in de ‘zwarte gaten’: wordt hier in de cirkelgang volbracht en spoedt zich alles wat erin verdwijnt terug naar zijn principe, zijn initiële of zelfs virtuele staat in plaats van uit te monden in een postmateriële of anti-materiële tegenwereld, zoals ook wel gesteld wordt? We zullen het voorlopig niet weten, indien ooit. Misschien zullen we het ondergaan en dan kunnen we het niet navertellen.

Het wordende principe heeft veel weg van het creatieve proces en van het wordende kunstwerk. Als zodanig zou tenminste het principe ons voldoende vertrouwd moeten zijn. Maar ook verder zullen we meer aan dergelijke denkwijzen moeten leren ‘wennen’, we hoeven ze niet altijd te begrijpen, zoals een groot mathematicus eens tegen een fysicus zei die zijn uitleg van een probleem niet begreep - ‘in de wiskunde begrijp je de dingen niet, je raakt eraan gewend.’

Woorden kunnen bovendien het begrip belemmeren omdat ze van andere concepties uitgaan of van een ander conceptieprincipe.

Als ik een groter gelovige was zou ook ik - als dichter - misschien geloven in een God-in-wording die bezig was zich naar zijn initiële principe te ontwikkelen. Maar als hij ooit bestaan heeft heeft hij zijn principe voorgoed achter zich gelaten, mét de bijbehorende realiteit aan haar lot overgelaten. Een realiteit zonder initieel principe. Maar niemand die het ooit zal kunnen nagaan, noch iemand die in staat is het principe op te sporen. Vandaar dat ik vooralsnog liever van een realiteit zonder principe uitga en - als schrijver - desnoods van een principe zonder realiteit of van een werkzame virtualiteit, vooral nu ik iets meer over de neuronale basis van mijn realiteit te weten ben gekomen.

Er lopen mij ál te veel ‘realiteitsprincipes’ rond en soms lopen ze mij als rillingen over de rug.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken