Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Over-Ysselsche sangen en dichten (1930-1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van Over-Ysselsche sangen en dichten
Afbeelding van Over-Ysselsche sangen en dichtenToon afbeelding van titelpagina van Over-Ysselsche sangen en dichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.47 MB)

Scans (21.47 MB)

XML (1.34 MB)

tekstbestand






Editeur

W.A.P. Smit



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Over-Ysselsche sangen en dichten

(1930-1935)–Jacobus Revius–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

Aen mijn Heere, mijn Heere Danielem Heinsium Ridder, Raetsheere des rijckx Sweden, &c. Mijnen grootgunstigen Heere ende vrient.

1Miin Heere

2 Ick hebbe my laten bewegen dese Rymerijen weder aen 3 het licht te brenghen, met aenwas van eenighe nieuwe,

[pagina 7]
[p. 7]

4 die ick hier by der hant hadde: niet uyt groot behagen 5 dat ick in mijn eygen werck scheppe:
6 Laetduncken (weet ik wel) met rechte wert bespot,
7 Want die hemself behaecht behaecht een grooten sot.
8 gelijck my gedenckt ergensGa naar voetnoot8 geschreven te hebben; ende 9 dit veroorsaect dat ick noch vele diergelijcke onder mijne 10 papieren houde liggen, sonder groote hope van den dach 11 te sullen sien; maer door het goedertieren oordeelGa naar voetnoot11 dat 12 UEd. A. daer over gelieft heeft te strijcken, het welck 13 hoewel ick UEd. A. groote toegenegenheyt moet toe- 14 schrijven, nochtans vreese dat ick tegen UEd. A. op- 15 rechticheyt sondighen soude, indien ick het hielde geheel 16 uyt suchtGa naar voetnoot16, ende tegen alle waerheyt ghevellet te zijn. 17 Ten minsten verghenoecht het my in soo vele dat ick 18 my versekeren can, gelijck het eerste U.Ed. A. niet mis- 19 haget heeft, dat oock het volgende eenen gonstighen 20 toeganck sal vinden. Zijnde oock by anderen een bewijs 21 van onse bestendighe vruntschap, indien alsoo ghenoemt 22 mach worden de verknopinge der gemoeden, tusschen 23 soo geringen persoon als ick my kenne, ende so uyt- 24 nemenden als den grooten Heinsius is. In wiens roem 25 ick my (als overtollich) niet sal uytbreyden, maer liever 26 God van herten bidden,
27 mijn Heere, U.Ed. A. te houden in sijne heylige
28 bewaringe.

 

Leyden desen 15 Iunij 1634.

U Ed. A. dienaer

Jacobus Revius.

[tekstkritische noot]Aen mijn Heere (proza). Deze proza-opdracht van de z.g. tweede uitgave aan Heinsius komt uit den aard der zaak slechts in B voor.

voetnoot8
ergens: cf. pag. 69.
voetnoot11
maer door het goedertieren oordeel, enz.: staat tegenover ‘niet uyt groot behagen’ in reg. 4.
voetnoot16
sucht: genegenheid.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken