Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zeventien (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zeventien
Afbeelding van ZeventienToon afbeelding van titelpagina van Zeventien

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.40 MB)

Scans (17.56 MB)

ebook (3.24 MB)

XML (0.29 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zeventien

(1904)–Jeanne Reyneke van Stuwe–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

4 Januari.

Mijn stemming is, sinds gisteren, al weer wat gestegen. Ik moet dat niet zoo hoog opvatten. Het was wel wat vrij en durvend van Karel, zoo iets nú al te doen, - maar 't is waar, ik heb mijn gevoelens in 't geheel niet verborgen gehouden, en Karel is hartstochtelijk en imperatief, iets, waar ik juist van houd. Ik moet eigenlijk lachen om die snelle zich van mij meester making, dat handige gebruiken van dat éene oogenblik... hoewel ik tóen even schrikte, zijn armen zoo vast om mij heen, zijn gezicht zoo dicht tegen het mijne te voelen, en zijn mond, die mij zoende,

[pagina 139]
[p. 139]

gretig, dringend, op wangen, oogen, lippen, overal...

Ik moet het natuurlijke van wat hij deed begrijpen. Hij houdt van mij, hij is verliefd op mij... en toen hij mij even alleen zag, en daartoe dus gelegenheid had, trok hij mij naar zich toe, en zoende mij... Neen, dit is niet iets, dat mij blijvend hinderen kan... maar er is nóg iets, dat mij licht-onaangenaam prikkelen blijft. Dit: dat hij daarná, den heelen avond lang, zich zoo gewoon en ongedwongen heeft gedragen, lachend, vroolijk, zonder schaamte of schroom, - terwijl hij toch heel goed heeft gemerkt, dat ik hem zijn brutale optreden kwalijk heb genomen. Ik was er zelfs wat stil van, maar hij achtte dit niet, naar het scheen, hij was familiaar, en be-Inade mij, zonder er om te denken, dat de Veldenaars dit wel eens vreemd konden vinden. Neemt hij mij zóo weinig au sérieux, dat hij mijn werkelijk boos hem afweren voor niets anders dan meisjesachtige blooheid houdt? Waarom neemt hij onze verhouding op, alsof het een spelletje is?

Het komen van het rijtuig om tien uur stelde hem zóo teleur, dat ik hem om die éene uitdrukking in zijn oogen oogenblikkelijk alles vergaf. Later kwam de ontstemming wel weer zoo nu en dan terug, maar misschien heb ik daar eigenlijk wel ongelijk in: hij houdt van mij, - wat kan al 't andere mij schelen?

Met Fred heb ik ook al iets, - en dat spijt mij wel, maar daar kan ik niets aan doen. Ik zal nu maar eerst alles geregeld opteekenen, anders vergeet ik het.

[pagina 140]
[p. 140]

Dadelijk na de koffie zat ik in een tram op weg naar Veldenaar. Die goede menschen hadden er niets op tegen, dat ik eten bleef, integendeel, ze zeiden het prettig te vinden.

Ik ging met Louise naar de ijsclub toe, zij beweerde, dat Karel wel naar mij op den uitkijk zou staan, omdat wij afgesproken hadden, dat ik met een van de meisjes komen zou, als ik mocht. Nu, zoo was het ook, wij beiden werden geïntroduceerd, en lieten ons door Karel met de schaatsen helpen. Luitenant De Kleijn reed dadelijk naar mij toe; hij was heel aardig en complimenteus: zei bv.:

- Wat komt u laat! ik heb aldoor naar u uitgekeken, maar ik zag u niet! En of ik al riep: Viens, gentille dame! het hielp mij niet... verkocht wat onzin over mijn haar en mijn oogen, en beweerde, dat ik de eenige dame hier in Breda was, die werkelijk ‘schoon’ reed. Later sprak ik met Fred; hij was niet zoo opgewekt als anders, en om hem te doen lachen, deed ik hem grappige verhalen over De Kleijn. Toen keek hij mij aan met zijn ernstigste gezicht, en zei:

- Ina, mag 'k je 's wat zeggen? Durf 'k 't te doen? en toen ik verwonderd, - natuurlijk! zei, ging hij voort:

- Nu, je hebt me zóo dikwijls gezegd, dat ik hier in Breda je thuis vertegenwoordig, dat je nu ook maar denken moet, dat je Mama 't je zegt....... Ik hoor zoo dikwijls je praten over jongelui....... en altijd zijn ze....... min of meer....... gecharmeerd van je....... Verschillende namen heb 'k

[pagina 141]
[p. 141]

je hooren noemen, nog van uit Den Haag....... en hier was 't Bernard....... en je leermeester Van Beveren....... en dan je buurman, die je altijd zoo onbeschaamd fixeert....... en....... en de jonge Revers....... en nu weer De Kleijn....... Ik zeg 't alleen, alléén, om je mogelijke teleurstellingen te besparen....... De Kleijn werd gisteren in de societeit door enkelen met je geplaagd, omdat hij zoo lang met je reed....... en toen antwoordde hij: Och, waarom zou 'k niet 's met dat kindje rijden! dat coiffeert d'r immers....... Je ben nog 'n kind, Ina, en zoo word je ook natuurlijk beschouwd.

Ik voelde mij vuurrood worden onder deze tirade, en een oogenblik was ik woedend op Fred. Mij zóo maar in het gezicht, te zeggen, dat ik ijdel en ingebeeld ben, - en dan, is dat wel waar? Maar ik moest mij natuurlijk goed houden, ik gaf dus niet eens antwoord, haalde alleen maar mijn schouders op.

- Ben je nu tóch boos geworden....... Ik zou zoo graag zien, dat alles, wat leed is, je bleef bespaard....... dat is de eenige reden, waarom ik sprak....... En 'k zei 't voornamelijk....... met 't oog op....... op.......

Maar ik wou niet, dat Karel's naam door hem in dit verband zou worden genoemd; ik begreep, dat hij dien op de lippen had: Karel een flirt, een papillon....... nog zoo jong, onvast van karakter....... ik wéét het alles zelf.

- 'k Dank je wel voor de waarschuwing, die je dacht, dat 'k noodig had, zei ik strak. Nee, ik

[pagina 142]
[p. 142]

ben volstrekt niet boos, waarom zou ik dat zijn? Ik keerde mij om, en wenkte Karel, die in de nabijheid was, met mijn hoofd, dat hij wel bij ons mocht komen. Ik gaf Fred bij het weggaan heel gewoon een hand, en zal natuurlijk niet lang rancune blijven houden; ik weet het, Fred is altijd te goeder trouw en zal mij nooit iets zeggen, om mij verdriet te doen, - maar prettig is het niet.

Toch zal ik den volgenden keer, als ik hem ontmoet, net doen, of er niets is gebeurd, en vriendelijk zijn, zooals ik altijd ben.

Hecht ik werkelijk te veel aan de attenties, die de jongelui mij bewijzen? Maar ik hecht er niet aan! In 't geheel niet! Het amuseert mij alleen! (Behalve van Karel, maar present company is always excepted, en Karel is altijd aanwezig....... in mijn gedachten.)

Maar misschien ben ik toch wel een beetje ijdel....... wie weet! dat zal dan wel overgaan met de jaren, ik ben immers ‘nog niets meer dan een kind’ en zoo word ik ‘ook beschouwd’!

En dan is er werkelijk nóg iets. Ik ben geneigd te denken, nu ik zoo ijverig bezig ben, mijn grieven aan de vergetelheid te ontrukken, dat ik dezer dagen in een minder prettige stemming heb verkeerd, en dat dezelfde dingen mij, in mijn gewone opgeruimdheid, niet zouden hebben getroffen. Hoe het zij, ik vóel mij nu eenmaal geprikkeld, en daarom doe ik er dan ook verslag van.

In mijn vreugde, dat ik dien middag uit mocht, lette ik er bijna niet op, wat tante zei, maar later klonken haar woorden ‘... en dan zijn we

[pagina 143]
[p. 143]

liever onder ons...’ duidelijk tot mij door. Dus als ik, een eigen nichtje, er bij ben, zijn ze niet ‘onder ons’ en wel met de vreemde Van Beverens. Heb ik het niet altijd gezegd, dat wij ons nooit anders dan vreemd tegenover elkaar zullen voelen, omdat wij te veel in temperament en karakter verschillen! Maar ze hoefde dat zoo scherp niet uit te drukken.

Nu, ik eindig met mijn gemopper voor vandaag.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken