Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel) (1661)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel)
Afbeelding van Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel)Toon afbeelding van titelpagina van Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.47 MB)

Scans (9.10 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel)

(1661)–Cornelis Rhijnenburgh–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 156]
[p. 156]

Tranen, over ’t af-sterven van den eerwaardigen, God-saligen en hoogh-geleerden C. Posthumus, getrouwe dienaar I. Christi, in sijn gemeente tot Medenblik.

Kan mede gesonggen werden na de toon; O Bataviers in Nederlandt draaght rou.

[pagina 157]
[p. 157]
 
1. Stort sucht op sucht,
 
O Medenbliks Gemeent!
 
Galmt door de lucht
 
Met u geroep, en weent,
 
Weent om’t verlies van uwen Herder
 
En overdenkt u schade verder.
 
2. Siet, wie de Doodt
 
Van ons heeft wegh gerukt,
 
Denk, wat een noodt
 
Ons tegenwoordigh drukt,
 
Wat onheyl dat ons komt verrassen.
 
En schrey, ja schrey vry water-plassen.
 
3. Die soete mont,
[pagina 158]
[p. 158]
 
Die ons soo menigh Iaar,
 
De rechte gront,
 
De Leer van ’t suyver waar’
 
Heeft voor-gedient en uyt-gegoten,
 
Leyt nu helaas dicht toe-gesloten.
 
4. Ontvrolijkt u:
 
Daar leyt die waarde Man,
 
Wiens tongge nu
 
Geen spraak meer voeren kan,
 
Gelijk sy deed’ doen hy noch leefde,
 
Daar Doodt en Hel en al voor beefde.
 
5. Daar leyt die borst,
 
Die vol van yver was,
[pagina 159]
[p. 159]
 
Die straffen dorst,
 
Wanneer het quam te pas,
 
En wederom met deftigh spreekken
 
Een bangge Ziel wist op te queekken.
 
6. Die borst, in wien
 
Gods vrucht oprechte trou
 
Licht was te sien,
 
Die pijler van ’t gebou,
 
Die sterkke Zuyl van ’t huys des Heeren,
 
Moet ghy, O Stadt! te vroegh ontbeeren.
 
Dat breyn-rijk hooft,
 
Die geest, dat helder licht
 
Sijn uyt-gedooft,
[pagina 160]
[p. 160]
 
En wy daar van gesticht
 
Ruym vijf-maal ses en seven Iaren,
 
Die snellijk zijn voor-by gevaren.
 
8. Hoe menigmaal
 
Heeft hy mijn hert geroert?
 
Door soet verhael
 
Mijn sinnen wegh-gevoert
 
Na boven, daar hy in den Hemel
 
Sit boven al het aartsch gewemel.
 
9. ’t Verlies valt suyr:
 
Maar ’t ons na wensch gegaan,
 
Het stervend’ uyr
 
Had’ moeten achter staan,
[pagina 163]
[p. 163]

[Treurt Medenblik / barst uyt in rou]

[pagina 168]
[p. 168]

[Geluk / O Jongge-lieden!]

[pagina 172]
[p. 172]

[Alle dingen hier beneden]

[pagina 177]
[p. 177]

[Wel wat klinkt daar in mijn ooren?]

 
Beter wenschen
 
Soo ik meer bedenkken kon.
 
7. ’t Is genoegh, en ik vermoede,
 
Dat het goede
 
V gestadigh volgen sal,
 
Soo ghy wandelt recht te degen
 
In de wegen
 
Van die Alles is in Al.
 
8. Nimmer siet men die verwaten
 
Noch verlaten,
 
Die na Gods beveelen doen;
 
Maar sy gaan als Palm en groeyen
 
Voort en bloeyen,
[pagina 178]
[p. 178]
 
’s Winters Somers even groen.
 
9. Soo ghy dit van al u krachten
 
Gaat vetrachten,
 
O! ghy Bruydegom en Bruyt,
 
’t Sal u rust en vreugde geven
 
Na dit leven,
 
Alsje mondt en oogen sluyt.
 
10.l Bruyd’gom, lieft u Wel-beminde,
 
Best gesinde,
 
Houdt u wakker als een Man,
 
Laat de daadt haar selven kroonen
 
En betoonen
 
Wat de Deught verrichten kan.
[pagina 179]
[p. 179]
 
11. Iongge Bruyt neyght weer u sinnen
 
Om te minnen
 
Dese Man, u Echte deel:
 
Leeft te samen langh en lustigh
 
Soet en rustigh,
 
Sonder twist en sonder scheel.
 
12. Hemel, laat u Zegen-stralen
 
Rijk’lijk dalen
 
Neder, op dees Iongge-lien,
 
Geeft dat sy haar sinnen setten
 
Tot uw’ Wetten,
 
Om u Heyl te mogen sien.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

lied

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank