Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Uit zelfbehoud (1938)

Informatie terzijde

Titelpagina van Uit zelfbehoud
Afbeelding van Uit zelfbehoudToon afbeelding van titelpagina van Uit zelfbehoud

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.54 MB)

Scans (4.12 MB)

ebook (2.77 MB)

XML (0.16 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Uit zelfbehoud

(1938)–A. Roland Holst–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 28]
[p. 28]

Het denken en het Derde Rijk

IEDERE boer weet, dat een boom niet alleen uit den grond komt maar ook uit het licht en uit de wolken, en hij zou naar iemand, die hem met ingewikkelde betoogen uit wilde leggen dat een boom wel alleen uit den grond komt, niet eens blijven luisteren. Maar een historisch materialist heeft wel net zoolang naar Marx en Dietzgen willen luisteren tot hij er voor goed zeker van was, dat de Sphinx, de Sapphische Ode, de friezen van het Parthenon, de Kathedraal van Chartres, de Midzomernachtsdroom, de Negende Symphonie, en een gedicht van Verlaine het alleen aan verhoudingen van in- en uitvoer of manufactuur of grootindustrie te danken hebben, dat zij zoo en niet anders werden. En een hedendaagsch psychiater rust niet voor hij, tegen beter weten in, eens en voor al ervan overtuigd is, dat het menschelijk bewustzijn, voorzoover het - en dat is grootendeels - door het onbewuste bewogen wordt en leeft, het alleen aan het ónderbewuste dankt. Tegen beter weten in - want ten slotte wist hij, voor hij te veel ging lezen, wel, dat er gedachten en gevoelens en zelfs droomen zijn, die niet of althans niet alleen van onder den navel komen. Maar de zelfingenomen eerzucht constateert nu eenmaal liever een macht beneden zich, die haar waar zij zich het minst sterk acht bestookt en

[pagina 29]
[p. 29]

verleidt, dan toe te geven, dat zij van boven zichzelf begenadigd zou kunnen worden, en het is kenmerkend, dat, van binnen de versterkte stelling van zijn wetenschappelijk denken, het bewustzijn - nu eenmaal gedwongen tot de erkenning, onderhevig te zijn aan invloeden van buiten zichzelf - niet gewaagt van het buitenbewuste, laat staan van het bovenbewuste, maar slechts van het onderbewuste en de werking dier invloeden alleen toegeeft op zijn droomen en gevoelens. Binnen zijn grenzen wordt de deugd van zulk een toegeven dan zoo ruim mogelijk beoefend, en het bewustzijn als wetenschappelijk denken erkent die droomen en gevoelens dan ook amper nog als meer dan een golven en deinen van maar het oppervlak van de onbewuste menschelijke ziel of van het menschelijk aandeel aan de ziel. De gretige nieuwsgierigheid waarmee het zich in ging stellen op dit gewonnen besef van een onpeilbaar en onderbewust gebied, dat alleen aan het oppervlak als droomen en gevoelens tot bewustzijn komt, is even kenteekenend voor dit denken als het met geen woord reppen van de mogelijkheid, dat het zelf niet meer zou zijn dan een even oppervlakkig tot bewustzijn komen van een ander aandeel, dat de mensch heeft aan een evenzeer onpeilbaren geest. En toch zou men, even goed of niet goed als men de ziel onderbewust noemt, de geest bovenbewust kunnen noemen, en wie nog denkt met zijn geheele wezen en niet enkel met zijn brein, zal de ziel en evenzeer den geest liever buitenbewust noemen, want voor hem

[pagina 30]
[p. 30]

behielden zekere overeenkomsten tusschen het zintuigelijk waarneembare en het onzintuigelijk ervaarbare nog meer dan een maar aesthetische waarde, en het zal hem niet moeilijk vallen, het bewustzijn van den geheelen mensch als een bol te beschouwen, die omgeven en beinvloed wordt als door afwisselend licht en duister en veranderende atmospherische gesteldheden, en ten opzichte waarvan, in zijn geheel genomen, de begrippen onder en boven even weinig zin meer hebben als ten opzichte van de planeet, die wij bewonen.

Zoolang het denken onder de dictatuur blijft van het wetenschappelijk denken zal het, al was het maar uit zelfbehoud op dit niveau, een geest die het bewustzijn van de menschelijke intelligentie tegelijk beinvloedt en onpeilbaar te buiten gaat, niet erkennen, in weerwil van bestaande menschelijke werken waarin die geest rechtstreeks van zichzelven blijk geeft. Wie muziek kan ondergaan, zal, na in Chopin een hevig bewogen ziel te hebben ervaren, als hij de Toccata en Fuga in D. mineur zich hoort voltooien, wel tot het besef zijn gekomen, dat hier nog een andere macht ingreep, en dat Bach een groote geest was, of - zoo men wil - op grootsche wijze deel had aan den geest.

Als men zich het menschelijk bewustzijn ruimtelijk voorstelt - en het wetenschappelijk denken doet niet anders als het van ‘onderbewust’ spreekt - geeft men de werkelijkheid vollediger weer door zich die bol te denken, die door de ziel omgeven wordt als door een

[pagina 31]
[p. 31]

dampkring, waarbuiten en waardoorheen de geest als dag en nacht aanwezig is. Een dergelijke voorstelling veronderstelt echter een denken van het geheele wezen, en dat vanzelf als ademhalen leeft van het besef, dat de werkelijkheid meer is dan de som van alle feiten. De groote geloovigen - hoezeer de voorstellingen, waartoe het verband met hun tijdperk hen bracht, later van maar tijdelijke geldigheid bleken - hebben zoo gedacht.

Naarmate het denkend bewustzijn zich echter beperkend ging verhevigen en van gloed toespitste tot steekvlam, ging het de werkelijkheid vergeten om de feitelijkheid en gaf het helderziende prijs om het scherpziende. Dit denken, dat niet meer van het geheele wezen is, doch alleen of nagenoeg nog maar alleen van het brein, verhoudt zich tot wat ik het ademend denken zou willen noemen, als het turnen zich verhoudt tot den natuurlijken loop. Uit zelfbehoud moest het - al of niet met opzet - de feiten zoo rangschikken dat zij de werkelijkheid niet meer doorlieten, en toen dat niet meer kon, ging het de feiten zoo rangschikken, dat de werkelijkheid alleen in het grensgebied van de droomen en de gevoelens door kon komen - van onderen, zooals dat heet. Het scheen daardoor zelf, van boven, het hoogste woord te zullen houden. Maar het had buiten een onverwachten waard gerekend. Binnen zijn ongeventileerd bouwsel van feiten, dat zijn tweede rijk was, werd het denken te eigenmachtig om zich nog te herinneren, dat het van-

[pagina 32]
[p. 32]

zelf, en of het wil of niet, dienend wordt zoodra het weer in het bereik geraakt van de werkelijkheid in den zin van dat wat de feiten ondenkbaar te buiten gaat, en dat de aard van dit dienen bepaald wordt door de wijze waarop het door die werkelijkheid bereikt wordt. Zelf deed het de keuze toen het zich van onderen open stelde, en het is dan ook inderdaad in dat Derde Rijk, waar die ondere krachten aanbeden worden, dat het denken aldus geknecht wordt en het brein de dictatuur gewaarwordt van de vuist. Waar God de deur werd gewezen komen, vroeg of laat, de afgoden aan bod, en het is wel kenmerkend, dat in datzelfde Derde Rijk enkel en alleen zij, in wie het denken niet eigenmachtig werd, de geloovigen, het nog wagen in openlijk verzet te komen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken