Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Rethoricale wercken (1562)

Informatie terzijde

Titelpagina van Rethoricale wercken
Afbeelding van Rethoricale werckenToon afbeelding van titelpagina van Rethoricale wercken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.77 MB)

ebook (3.21 MB)

XML (0.28 MB)

tekstbestand






Editeur

Eduard de Dene



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Rethoricale wercken

(1562)–Anthonis de Roovere–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Vander Mollenfeeste.

 
HOordt ghy goede lieden al ghemeyne
 
Edele onedele, aerme ende rijcke
 
Ghy zijt ontboden groot ende cleyne
 
Te trecken in een ander wijcke
 
Hy is wtghesonden met zijnder pijcke
 
Des opperste Prinche messagier
[Folio 26av]
[fol. 26av]
 
Maeckt v ghereedt alle ghelijcke
 
Ghy en muecht niet langher blijuen hier.
 
 
 
Al in dat lantschap vanden mollen
 
Moet dy trecken sonder waen
 
Al wildy daer teghen strijen of grollen
 
Ten mach v helpen niet een spaen
 
Als de bode coempt tis ghedaen
 
Hoe ionck, hoe schoone, hoe vroom, hoe wijs
 
Als dopperste ghebiedt, soe moet ghy gaen
 
Trecken int landt van mollengijs.
 
 
 
Der mollen Heere, dopperste prins
 
Die de mol schiep, de blinde beeste
 
Heeft ontboden haer Engins
 
Onder tvolck minste ende meeste
 
Dat sy commen ter molle feeste
 
Daer sy hofhouden onder deerde
 
Als dlichaem sal scheeden vanden gheeste
 
Salmen elck dienen naer zijn weerde.
 
 
 
De Paus ende zijn Cardenalen
 
Moeten alle tdeser feesten sijn
 
Legaten, Bisschoppen, Dekens, Officialen
 
Prochiepape, Predicare, Jacopijn
 
Freerminueren, Vrouenbruers ende Augustijn
 
Priesters, Clercken, ende Meester wijs
 
Dese moeten alle binnen corten termijn
 
Trecken ter feesten te mollengijs.
 
 
 
Saertroosen, Monnicken, Regulieren
 
Bogaerden, Lollaerden ende Cluysenaren
[Folio 26br]
[fol. 26br]
 
Fratres wilt v ghereeden schiere
 
Nonnen, Baghijnen wilt mede varen
 
Clopsusters, Susters, Bedelaren
 
Ende alle die leuen nae den gheeste
 
Maeckt v bereedt sonder sparen
 
Ghy moet al trecken ter mollen feeste.
 
 
 
Keysers, Coninghen, Hertoghen, Grauen
 
Baenrotsen, Ridders ende Jonckheeren
 
Ende voort alle rijcke van hauen
 
Wilt v tallen duechden keeren
 
Want den wech die moetty leeren
 
Ter feesten te commene te mollengijs
 
Maeckt v ghereet, dat ghy met eeren
 
Daer muecht ontfanghen lof ende prijs.
 
 
 
Cancelliers, Bailious, ende Souuereyns
 
Shouthetens, Amptmans, ende Dienaren
 
Schepenen, Meyers, ende Castelleyns
 
Ontfanghers, Rentmeesters ende Wisselaren
 
Hoofmeesters die de salen bewaern
 
Portiers, Cocx, smaeckt wel ten keeste
 
Ende die edele Zeeman moet varen
 
Met zijnen schepen ter mollenfeeste.
 
 
 
Ghy machtighe Poorters ende Bourgoys
 
Ghy rijcke Pachters ende Rentieren
 
Al zijn v solders, vol corens vol hoys
 
V kisten vol ghelts, ende v fortchieren
 
Ghy rijcke Cooplieden ende Drapenieren
 
Al zijn v kisten vol meerssen vol wollen
 
Ghy sult oock moeten trecken logieren
[Folio 26bv]
[fol. 26bv]
 
Jn dat landtschap vanden mollen.
 
 
 
De Coninck der mollen heeft doen ontbieden
 
Met zijnen bode stijf ende sterck
 
Al teenemale de Ambachts lieden
 
Dat sy oock moeten laten werck
 
Dus rade ick elcken, dat hy neme merck
 
Om goede herberghe ende logijs
 
Want claer gheseyt, ghy moet int perck
 
Ter feesten commen van mollengijs.
 
 
 
Der mollen Coninck heeft doen vermanen
 
Alle ionghe ghesellen fijn
 
Met corte keerels, met langhe palanen
 
Aen haer schoen, ende aen haer pattijn
 
Voort alle stortstekers wie sy zijn
 
Legt af v sweerden, v walsche dollen
 
Want ghy moet eer lanck termijn
 
Trecken int landtschap vanden mollen.
 
 
 
Selden is volmaeckt de feeste
 
Daer vrouwen ghebreken ofte ionckvrouwen
 
Dies zijnse ontboden minste ende meeste
 
Ter mollen feeste in goeder trouwen
 
Langhe sleypsteerten ofte bonte mouwen
 
Noch tuyten en doruen sy hebben twint
 
De mollen die daer haer feeste houwen
 
Sy en soudent niet sien, sy zijn al blindt.
 
 
 
Dese meyskens zijn oock alle ghedaecht
 
Die te vastenauonde pijpers hueren
 
Eest dienstbode, voestre oft maecht
 
Die haer voeten te dansene rueren
[Folio 27r]
[fol. 27r]
 
Dese moeten wech in corter vren
 
Hoe ionck sy zijn, hoe blijde van gheeste
 
Dit danssen, dit reyen: mach hier niet dueren
 
Ghy moet ghaen danssen ter mollen feeste.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken