Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Namens Tamar (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van Namens Tamar
Afbeelding van Namens TamarToon afbeelding van titelpagina van Namens Tamar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.60 MB)

Scans (7.67 MB)

ebook (2.95 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Namens Tamar

(1964)–Renate Rubinstein–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 48]
[p. 48]

Huwelijk

‘Betsy en ik, wij kunnen maar niet tot een besluit komen. Dat was al zo de eerste keer dat ik haar ontmoette, op een feest. Ik vroeg of ik haar met de auto naar huis kon brengen. Maar ze was op de fiets gekomen en ze wist niet wat ze liever wilde: mij en een warme auto, of haar fiets en de kou. Ten slotte zijn we maar naar huis gelopen, ik met haar fiets aan de hand. Maar toen we bij haar voordeur waren, wisten we nog niet of het wel goed was om de auto alleen achter te laten. Toen zijn we weer teruggelopen.

Een bijzonder aardig meisje, Betsy, en mij mocht ze ook graag. We trokken veel met elkaar op, elke dag zelfs. Iedereen beschouwde ons op den duur als verloofd, wij zelf ook. Alleen, we wisten het nooit zeker. Soms dacht zij dat het tijd werd om ermee op te houden en dan was ik het daar niet mee eens, en soms dacht ik dat ik liever iets anders wilde, maar dat vond zij dan juist onzin. Altijd die onzekerheid - zo kon het niet langer. We moesten maar trouwen, zei ik, maar zij wist het niet zeker, en we gingen er dus om opgooien. Kruis, het gaat niet door, munt, we trouwen, zeiden we. Het werd kruis, maar omdat we niet zeker konden zijn of we de alternatieven wel aan de goede kant van de cent geplaatst hadden, trouwden we toch. Het leek even alsof er een last van ons afgewenteld was, we waren getrouwd, daar konden we zeker van zijn. Maar algauw bleek dat het huwelijk niets anders is dan een besluit om niet te scheiden. En Betsy en ik, wij konden nog steeds niet tot een besluit komen. Veel mensen uit onze omgeving wel, die scheidden na verloop van tijd, hakten de knoop dóór. Wij begrepen maar niet hoe ze het voor elkaar speelden. De meeste van onze kennissen bleven trouwens doorgaan met elkaar getrouwd te zijn, maar om de een of andere reden zagen ze dat

[pagina 49]
[p. 49]

niet als de onzekere situatie die dat toch is. Voor hen was het blijkbaar genoeg geweest dat besluit om niet te scheiden één maal genomen te hebben, daarna sloten ze gewoon hun ogen voor de realiteit. Wij niet, integendeel, om de zoveel tijd wierp Betsy het balletje weer op. Meestal wou ik dan niet, maar soms waren we het eens. Volgend jaar scheiden we, spraken we dan af, maar als het zover was, wou zij weer niet.

Iedereen leefde met ons mee. Vrienden kregen de gewoonte ons na hun zomervakanties op te bellen om te horen of we nog steeds bij elkaar waren. Mijn schoonouders drukten elke oudejaarsavond de hoop uit Betsy ook in het nieuwe jaar nog in mijn huis te vinden. De belastingambtenaar raakte eraan gewend elk jaar twee verschillende voorlopige aanslagen van ons te krijgen. Sofietje, onze oudste, zeurde mij de oren van het hoofd met haar vragen naar wat wij allemaal met z'n tweeën zouden doen - hoeveel lolly's ze zou krijgen, hoe vaak we naar de dierentuin zouden gaan - wanneer ze lekker met mij alleen zou wonen. Betsy vond dat maar zo-zo, maar toen David praten kon, stelde hij haar dagelijks nieuwe auto's en zelfs een luchtballon voor om in rond te reizen wanneer zij eindelijk zonder mij zou zijn. Ik geef toe, we hebben een benijdenswaardig gezin; voorlopig.

De tijd vliegt trouwens. David bijvoorbeeld is nu in militaire dienst. Vader, schreef hij mij gisteren, zijn jullie dinsdag over twee weken nog bij elkaar? De waarheid is, Betsy weet het niet zeker. Ik ook niet, alleen de laatste tijd heb ik mij wel eens afgevraagd of ik ooit iemand anders had kunnen vinden die zo in staat geweest was het leven spannend voor mij te houden. Betsy zegt dat zij dat ook al eens bedacht heeft en bovendien dat ze eraan begint te twijfelen of we zo iemand nog eens zullen vinden. Het ziet er dus naar uit dat we die dinsdag onze zilveren bruiloft zullen vieren, maar we ontveinzen ons niet, dat wij hierover, voorlopig, in het onzekere tasten.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken