Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Namens Tamar (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van Namens Tamar
Afbeelding van Namens TamarToon afbeelding van titelpagina van Namens Tamar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.60 MB)

Scans (7.67 MB)

ebook (2.95 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Namens Tamar

(1964)–Renate Rubinstein–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 111]
[p. 111]

Cumulatief

Het leven. ‘Hou toch eens op met dat woord,’ zei iemand laatst, maar hoe moet ik het dan noemen? Het leven dus. Mijn bezwaar ertegen is dat alles er zo weinig spectaculair in toe gaat. Neem dik worden. Dat komt niet van drie dagen en drie nachten doorvreten in een roes van turkeys en turkish delight maar van stug door elke dag één ons brood met jam te veel te eten. Daar komen die zes kilo overwicht vandaan, niet van zwelg- en slemppartijen maar van afwezig doorknabbelen, terwijl de geest verwijlt bij de tekst op jampot of havermoutpak. En, zoals bekend, ze gaan er ook niet af door drie dagen water en wortelen, maar slechts door een compleet leven van honderd gram onthouding per dag. Of neem moe zijn. Niet de doorwaakte nacht van pret of studie maakt je moe, maar de maanden van elke nacht een half uur te weinig slaap, die slopen. En zo is het met alles. Nooit is er een moment waarvóór alles nog heel en waarna alles ineens stuk was, behalve in de literatuur, want die moet het van de korte samenvatting hebben.

Of neem de liefde. Misschien vindt u het zelf wel een aardige manier van denken als u gelooft dat het dat ene slippertje met Kees was waardoor er voortaan tussen u en Jan iets moois bedorven was. Maar is dat nu wel zo? Of is het niet eerder dat er voor die Kees uw leven binnenstormde al heel wat onschuldige avondjes van flirt en verlangen naar deze of gene niet-Jan geweest waren? En zou Jan niet met plezier het verleden laten waar het thuishoort als u niet nog steeds, in gedachten tenminste, verwijlde bij de zee van ongeoorloofde mogelijkheden die de fantasie u voorspiegelt? U moet zich de schoen alleen aantrekken als hij u past natuurlijk, ik ken u ten slotte niet.

[pagina 112]
[p. 112]

En uw vader en uw moeder. Waarom is de omgang met ze zo stroef? Omdat ma toen uw dode hondje met de vuilnisman meegaf? Of omdat pa zei: ‘kind, doe die bovenste knoop dicht, je lijkt wel een slet?’ Daarna was het nooit meer wat het was?

Wat mij betreft - was het maar waar! Ik kijk nu al zo'n twintig jaar naar de slijtage van mijn romantisch levensbeeld. Romantisch is om te geloven aan één Begin, één Einde, één Man, één Geluk, één Verdriet, en zo voort, en zo voort, van alles steeds één tot aan jezelf toe. En dus ook één point of no return. Maar in werkelijkheid is er niet zo'n punt, maar een hele keten van onbenullige puntjes, die het enig is dat we te verliezen hebben.

Als die keten te lastig wordt, gaat men gemeenlijk in psychoanalyse. Weglopen naar Australië is misschien een meer voor de hand liggend idee maar, omdat men nu eenmaal zich zelf meeneemt, niet erg effectief. En wat doet de psychiater? Kijkt hij u doordringend aan en zegt: ‘mevrouw, de kwestie met u is dat u toen uw moeder uw dode hondje in de vuilnisbak wierp, haar wilde vermoorden, maar dat u voor uw vader u een slet noemde al met hem naar bed wilde gaan?’ En vallen uw ketenen u dan van de ziel? Welnee. De psychiater zegt niets, daar heeft hij voor gestudeerd. En u neemt jarenlang tweehonderd vijtig uur per jaar nog eens alles met hem door, uw zorgjes, pretjes, droompjes en gemiertjes en allengs, schijnt het, verzoent u zich met ze. Het is dat Freud bleef geloven dat au fond iedereen wel van iemand het meeste houdt, al was het maar van zichzelf, anders konden we ook de laatste rest van het romantisch levensbeeld wel wegdoen. Of dik worden, dat kan dan altijd nog, natuurlijk.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken