Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het sieraad der geestelijke bruiloft (1917)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het sieraad der geestelijke bruiloft
Afbeelding van Het sieraad der geestelijke bruiloftToon afbeelding van titelpagina van Het sieraad der geestelijke bruiloft

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.01 MB)

Scans (9.91 MB)

ebook (3.18 MB)

XML (0.30 MB)

tekstbestand






Editeur

Frans Erens



Genre

proza

Subgenre

traktaat
hertaling


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het sieraad der geestelijke bruiloft

(1917)–Jan van Ruusbroec–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 104]
[p. 104]

Hoofdstuk XXVIII
Van de vierde wijze van Christus' komst

NU willen wij nader spreken van de vierde wijze van Christus' komst, die den mensch verheft en volmaakt in innerlijke oefeningen naar zijn laagste deel. Zoo als wij tot nu toe alle innerlijke komst met het schijnen der zon en hare kracht gedurende den loop van het jaar hebben vergeleken, zoo willen wij ook voortgaan met spreken naar den loop van den tijd van andere manieren, en met spreken van andere werken der zon.

Wanneer de zon sterk begint te dalen van het hoogste punt tot het laagste, treedt zij in het teeken dat heet in Virgine, dat is in de Maagd, omdat die tijd onvruchtbaar is gelijk een maagd. In dezen tijd voer ten hemel de glorieuse Maagd Maria, de Moeder van Christus, vol vreugden en rijk in alle deugden. In dezen tijd begint de hitte te verminderen en de rijpe duurzame vruchten, die men gedurende langen tijd benuttigen en gebruiken kan, zooals koren, wijn en andere vruchten, die de juiste rijpheid hebben erlangd en zich laten bewaren, die pleegt men dan te verzamelen voor het lange jaar. En van datzelfde koren pleegt men dan te zaaien, opdat het zich vermenigvuldige tot het nut der menschen. In dezen tijd wordt voleindigd en volbracht het werk der zon van het gansche jaar. Zoo ook is het wanneer de glorieuse zon, Christus, in 's menschen hart zich verheft tot den hoogsten top, zoo als ik leerde in de derde wijze. En wanneer Hij dan begint te dalen en het inschijnen van zijn goddelijk licht

[pagina 105]
[p. 105]

te verbergen en den mensch te verlaten, dan begint de hitte en de ongedurigheid der minne te verminderen.

Dat Christus zich op die manier verbergt en aan den mensch onttrekt het inschijnen van zijn licht en van zijn hitte, dat is het eerste werk en de nieuwe komst op deze wijze. Nu zegt Christus geestelijk in dezen mensch: ‘Gaat uit op de wijze, die ik u nu toon.’ Zoo gaat nu de mensch uit, en vindt zich arm, ellendig, en verlaten. Hier koelt af alle storm, en geestelijke gloed, en ongedurigheid van de min, en van heeten zomer wordt het herfst, en van allen rijkdom groote armoede. Dan begint de mensch te klagen van jammer over zich zelven en vraagt waar de hitte van minne, innigheid, dank, lof met geneugte zijn gebleven; hoe hem de inwendige troost, de innige vreugde en de gevoelige smaak werden onttrokken; hoe bij hem zijn weggestorven de sterke gloed van minne en alle de gaven, die hij gevoelde. Zoo is hij terecht een onwetend mensch, die moeite en arbeid verloren heeft. Hier wordt de natuur dikwijls verward van al die verliezen.

Somwijlen worden deze arme lieden beroofd van aardsche goederen, van vrienden en magen, en verlaten van alle creaturen, en wordt al hunne heiligheid onbekend en ongeacht, en alle hunne werken en al hun leven wordt uitgelegd in een ongunstigen zin, en zij worden versmaad en verworpen door alle degenen, die bij hen zijn. En zij vallen somwijlen in menigerlei lijden en ziekte; en ook vallen zij in lichamelijke bekoringen of in geestelijke, hetgeen het ergste is.

Uit deze armoede komt de vrees van te vallen, en een soort van halve twijfel. En dat is het laatste punt, waar men nog staande kan blijven zonder te wanhopen. Deze mensch zoekt gaarne goede menschen, beklaagt zich bij hen en toont zijne ellende, en begeert de hulp en het gebed der heilige Kerk en van alle goede menschen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken