Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel (1858)

Informatie terzijde

Titelpagina van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel
Afbeelding van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakelToon afbeelding van titelpagina van Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.75 MB)

XML (1.41 MB)

tekstbestand






Editeur

Jan Baptist David



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken. Deel 2. Vanden gheesteliken tabernakel

(1858)–Jan van Ruusbroec–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

Vanden Wuve. C. CXXVIII.

14Die vierde voghel dat es de WuveGa naar voetnoot(3), die edt kiekene ende 15dat hi op de strate raept. Hi es bloede vore groete vogheleGa naar voetnoot(4). 16In sinen jonghen daghen veet hi voghele; daer na leeft hi 17met doeden correnGa naar voetnoot(5), ende daer na met mosienGa naar voetnoot(6) ende met 18vlieghen, ende int leste sterft hi van honghere. Hier in 19werde wi gheleert dat selkeGa naar voetnoot(7) menschen van naturen beghe- 20ren een gheesteleec leven, ende dat soeken si ane goede men-

[pagina 203]
[p. 203]

1schen te leerneGa naar voetnoot(1) meer dan ane Gode. Ende si soekent meer 2in der screft dan in den gheeste, ende in uutwendeghen 3werken meer dan in innegher ufeninghen. Ende hier omme, 4al vlieghen si op met ghepeinse, si en werden niet ghespijst 5van boven; want si scouwen nederweert, ende rapen hare 6gheesteleke spise op de strafe ende in de uutwendeghe werke 7goeder menschen, die si hen ane nemenGa naar voetnoot(2). Ende aldus vaen 8si voghele daer si bi leven, dat sijn die vlieghende ghepeinse 9menichfuldegher goeder werke van buten. Maer si bliven 10altoes ruut ende grofGa naar voetnoot(3) in gheesteleken verstane: ende hier 11omme sijn si bloede vore groete voghele, dat es vore ghe- 12leefde menschenGa naar voetnoot(4), die doecht ende waerheit verstaen. Eest 13oec also dat hen dunct dat si vele ghearbeit hebben in 14penitencien ende in anderen goeden werken, so wanen si 15heilich sijnGa naar voetnoot(5) ende werden traghe. Ende dan gaen si stille 16sitten, ende soeken raste in hen selven; ende dan leven si 17met doeden corren, dat es met enen behaghene haers selfs 18ende haerre werke: want inwendich behaghen, ende hei- 19lich wanen sijn, dat versmaden goede menschen alse stin- 20kende correnGa naar voetnoot(6), ende dat es deser lieden spise. Ende alse 21si hier in bliven ende verouden, so leven si met mosien ende 22met vlieghen, dat es met meneghen soeten ghepeinsen, die ute 23der naturen wassen, alse men binnen blijft ende de nature

[pagina 204]
[p. 204]

1houdt in rasten ende in vrede. Maer int leste sterven dese 2liede van honghere; want alse de nature vercoelt ende de 3vlieghen vergaen (dat sijn die soete ghepeinse van goeden 4dinghen), so comt de duvel ende de werelt ende dat vleesch, 5ende bringhen onreine ghepeinse van sonden. Ende omme 6dat si van binnen smaec noch troest en ghevoelen, ende 7hare nature altoes, met honghere, troest ende soeticheit be- 8gheertGa naar voetnoot(1): siet overmids desen onreinen hongher volghen 9si den becoringhen, ende sterven in sonden.

voetnoot(3)
By Kiliaen wouwe, wouwer, in 't latyn milvus.
voetnoot(4)
Sur. Aves majores reformidat.
voetnoot(5)
Sur.deindè mortuis cadaveribus. Kiliaen heeft korne, dat is, zegt hy, karonje, of wat wy thans kreng heeten. Zie Plinius, Lib. X, cap. 12 (aliàs 10).
voetnoot(6)
Thans muggen. Zie Kiliaen.
voetnoot(7)
Sommige.
voetnoot(1)
Men leert aen een voorbeeld, en uit eenen boek. Zie des heeren Bormans Aenmerkingen op Christina, bl. 319-320.
voetnoot(2)
Sur. externis bonorum hominum actibus, quos ipsi sibi assumunt.
voetnoot(3)
Sur. rudes semper ac crassi permanent. Het woord ruut beteekent ruw, anbeschaefd, dom. Zie De Jagers Taalk. Magazijn, IV, bl. 83, vlg.
voetnoot(4)
Sur. Metuunt... homines... benè exercitatos.
voetnoot(5)
Thans zegt men heilig te zyn. Zie over dien infinitivus zonder vorzetsel, Grimm, IV, bl. 90, vlgg., en inzonderheid bl. 99, van onder.
voetnoot(6)
Sur. id boni omnes respuunt ac aspernantur haud secùs quàm extincta cadavera.
voetnoot(1)
Sur. et quia intùs nullum neque gustum, neque consolationem persentiunt, et tamen natura ipsorum consolationem ac dulcedinem avidè concupiscit et appetit.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken