Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een groot dood dier (1963)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een groot dood dier
Afbeelding van Een groot dood dierToon afbeelding van titelpagina van Een groot dood dier

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.40 MB)

Scans (12.70 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

toneeltekst (modern)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een groot dood dier

(1963)–Bert Schierbeek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]
voor Margreetje
[pagina 7]
[p. 7]

Personen

de vrouw Marie
de professor
de piscoloog
zes agenten
drie jongens
drie meisjes
twee vrouwen

 

Marie is tussen de veertig en vijftig jaar, zij ziet er nog kinderlijk jong uit. Zij spreekt in het algemeen met een lieve stem, daarmee zegt zij ook eventuele onaangenaamheden. Ze draagt kleren uit de tijd tussen twintig en dertig, wijde jakken, grof wollen geweven rokken, vaak meerdere over elkaar, want: zoals zij zelf zegt: kleren draag je niet alleen om niet naakt te lopen en ook niet alleen om verkleed te zijn, maar kleren vormen een bescherming tegen de slechte invloeden van buiten. Daarvoor smeert zij ook veelal haar gezicht in met crème, duidelijk zichtbaar witte crème. Daarom draagt zij ook grote, breedgerande hoeden. Maar omdat zij een poëtische ziel heeft, steekt zij bloemen op haar hoed. Zij is gevoelig voor licht en geluid, zij hallucineert daarin en schermt daarom lichtbronnen af en vraagt het geluid terug te zetten. Zij is in het algemeen een poëtische romantische verschijning, met een dunne, ijle stem. Zij is in haar gedragingen zeer beheerst.

De professor is een goed geklede man, een erudiet die, hoewel reeds lang van Marie gescheiden, toch niet zonder haar aanwezigheid zou kunnen leven. Hij is geen

[pagina 8]
[p. 8]

bon-vivant maar een man voor wie het meisje van zijn dromen altijd aan de overkant van de gracht heeft gelopen. Zonder daardoor gefrustreerd te zijn heeft hij in zijn leven toch vaak de ideale, maar niet bezeten vrouw van de overkant, gewroken, op vele anderen. Marie betekent voor hem eigenlijk toch een binding met een vervlogen ideaal.

Tegen het koor van jongens en meisjes, samen op zijn minst zes, dat het ideaal wil handhaven door de doden niet prijs te geven en tegen het koor van agenten, ook minstens zes, speelt zich het drama af tussen de professor en Marie. De piscoloog loopt daar als catalysator, als protagonist tussen door, een man die alleen nog liefde voor zijn specialisme kan opbrengen.

De agenten zijn gekleed in een soort abstracte uniformen, zwart. Zij zijn voorzien van staaflantarens en een walkie-talkie. De teenagers zijn jongens en meisjes uit allerlei milieus.

De twee vrouwen die er verder in voorkomen zijn echte burgervolksvrouwen.

 

Het toneel ziet er in beide bedrijven hetzelfde uit, namelijk: Een glooiend duinlandschap met op de achtergrond het duidelijk in twee delen verdeelde huis van de professor. Het huis ligt iets hoger en kan met een trap bereikt worden. De trap leidt naar het midden van het huis, geeft toegang tot de voordeur en een gang. Aan weerszijden liggen de kamers van de professor en die van Marie. Het geaccidenteerde terrein geeft de jongens en meisjes gelegenheid zich te verbergen, en politie en rechercheurs om te zoeken. De laatsten kunnen al naar

[pagina 9]
[p. 9]

de gegeven omstandigheden opkomen vanachter het toneel, maar eveneens uit de zaal. De zin: ‘De jacht is geopend’ kan opgenomen worden op een band, zij kan tevens al naar de omstandigheden herhaald worden en meer of minder dreigend geuit. In ieder geval dient het gebruik van deze zin de dramatische spanning voortdurend te ondersteunen en te verhogen. De politiewagen aan het eind van het stuk blijft onzichtbaar, wordt alleen door loeiende sirene hoorbaar gemaakt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken