Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Here zegen deze spijze (1967)

Informatie terzijde

Titelpagina van Here zegen deze spijze
Afbeelding van Here zegen deze spijzeToon afbeelding van titelpagina van Here zegen deze spijze

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.45 MB)

Scans (18.22 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Here zegen deze spijze

(1967)–Max Schreuder–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 21]
[p. 21]

Consumptie in de straat

In de straat waar ik woon leven ongeveer 756 mensen. Ze zijn stuk voor stuk geknipt, gewassen en geschoren. Ze kleden zich met weefsels van planten en dieren. Ze ademen zuurstof in. Ze verlichten hun kamers met elektrisch licht. Ze hebben namen

Zou men 's morgens om vier uur vragen of deze mensen een bord erwtensoep lustten dan zou ongeveer 93½% afwijzend antwoorden.

Een betrouwbare enquête heeft uitgemaakt dat 99,9998% geen lsd tot zich neemt. Wel suiker. En vooral aardappels en water.

De straat heeft geen regering. Iedereen leeft er maar op los. Over de trottoirs lopen veel bewoners van andere straten. Deze worden volledig geaccepteerd. Ook de auto's, die één maal per zoveel dagen een kind of een oude van dagen aanrijden. Er heerst grote tolerantie.

De mensen van mijn straat wonen trapsgewijs boven elkaar. Onderbewoners horen soms voeten van bovenbewoners. Uitwerpselen vallen door buizen naar beneden. In alle richtingen lopen trappen waarover de mensen zich krakend naar of van hun kamers bewegen. Iedere bewoner heeft een andere stoel, een andere tafel, een ander bed. Ze hebben ook allemaal andere broodmessen en strijkplanken. Alles bij elkaar bezitten zij dus veel.

De kleuren van de straat zijn voornamelijk grijs, bruin, geel en hier en daar blauw en wit. Soms ook rood, oranje, zwart, lila, indigo, aquamarijn enzv. De gevels zijn plat.

Behalve de voorwerpen die zij bezitten en waarmee zij soms handel bedrijven hebben mijn straatbewoners de beschikking over een ziel. Omdat niemand precies weet wat een

[pagina 22]
[p. 22]

ziel is heb ik voor het gemak maar aangenomen dat zij een speciaal soort celvocht is die op een speciale manier een emotionele en verstandelijke boodschappendienst regelt.

Wat ben ik blij dat ik dit gezegd heb. Wat heb ik gegeten? Ik zei: dit celvocht regelt op een of andere manier zien, denken, voelen, horen, praten, lachen, lijden en nog enkele functies meer. Wees gerust: dit is maar een beeld. Alles wat men over de ziel zegt is een beeld wat zij van zich zelf geschapen heeft.

Er is veel ziel in de straat waar ik woon. Min of meer alles wordt erdoor geregeld. De winkel met de plastic grafbloemen verkiest het eeuwige bloemenleven boven het sterven. De kerk waaraan honderden mensen honderden jaren honderd meter hoog bouwden trekt van allerlei devote, geslagen, bedroefde, verheven en zondige zielen aan. Men zegt dat het celvocht hierdoor gelouterd wordt, maar het zijn bijzondere zielen die dat zeggen. Hoe dan ook, de kerk is in deze straat niet uit de ziel te slaan. Dat is niet een kwestie van geloof, maar van aanwezigheid. Zo ook het naaktemeisjestijdschriftenwinkeltje waarnaast een veel onanerende banketbakker woont. En niet te vergeten de twee maal per dag hoererende dochter van de melkboer. Zoals gezegd: men tolereert hier alles, behalve moord, hoewel een vermoord persoon de meest tolerante figuur is die bestaat.

De 1511 ogen van mijn straat leiden een druk bestaan in het licht. Zij consumeren miljarden nuanceringen en vormen een constante beeldenstroom, waaruit de meest geliefde beelden worden geselecteerd. Vooral de handelaars maken hier gebruik van en dringen deze ogen tekens en symbolen op die bijna onvergetelijk worden omdat men ze elke dag terugziet. De 1511 ogen laten zich echter ook vullen met andere ogen, benen, billen, lippen, tanden, stenen, glas, plastic, kranten, auto's enzv. En als de 576 bewoners

[pagina 23]
[p. 23]

's avonds naar bed gaan hebben ze hun eigen mening, zeggen ze. 576 verschillende meningen + 1511 volgegeten ogen + een kerk + alles wat zij nog nooit eerder hebben gezien en gedacht: welke computer kan hier een aanvaardbare optelsom van maken?

 

Soms kijk ik niet naar de straat en laat ik mijn ogen lang en leeg uitrusten in de lucht. Ze absorberen geweldige afstanden. Terwijl ik zo blijf staren merk ik dat iets mij ziet. Ik zie mijn eigen zien. De vertrouwde dagelijkse beelden spelen verstoppertje. Wie niet weg is wordt gezien. Geen namen noemen. De straat is nu onzichtbaar en er trekt een huilbui langs de horizon. Licht wordt een loutering, een emotie, een dans, een razendsnel voertuig, Tril mee. Reis mee. Waarheen gaat mijn weg en waar kom ik vandaan? Weer verschijnt de straat, zeer licht en beweeglijk. Mensen reizen 300000 kilometer per seconde om een pond gehakt te kopen. De straat is bloedrood van mensen. Een intelligente gemeenschap die zich traag voordoet, hoewel zij de mogelijkheden heeft om in enkele seconden geweldige afstanden af te leggen.

Ik heb geen psychodyletica gebruikt, maar ben zo vol en leeg als een pot. Pot Art. Grote genade. God Art. De eeuwige lichtfilm van de cellen. Het beste afwasmiddel: Beelden wassen beelden en in een storm van licht trekt met één knipoog het schuim van een wereld voorbij.

 

In de straat waar ik woon trok eenmaal langs de ogen der bewoners een dunne afwasfilm. Zij huilden als kind hiermee hun ogen schoon, maar vergaten deze te beschermen en leerden het knipogen af. Zij gingen staren.

Een zus van de broer van de apotheker weet daarvan mee te praten. Haar neef is restaurateur geweest van het koninklijk

[pagina 24]
[p. 24]

paleis. Hij staarde zich blind op dat paleis. Hij had maar één beeld om voor te leven en steeds moest dat beeld verbeterd worden. Elk steentje een streekje. Thuis staarde hij verder. Ook zijn vrouw moest verbeterd worden. Minder vet en meer glans. Ook betere kinderen. Zijn hele familie werd blindgestaard en allen gingen elkaar restaureren. Oud wordt nieuw, zeiden ze. Wij zijn eens mooi geweest. Dat beeld moest bewaard blijven. De zus van de broer van de apotheker heeft daarom een doffe blik en toen er eens een neger bij haar over de vloer kwam kon ze haar ogen niet geloven. Want het koninklijk paleis van haar familie was juist gewit. ‘Zwart maakt vuile vieze plekken,’ zei ze. ‘Hoewel ik moet bekennen dat zwart en wit wel goed staat naast elkaar. Dat verdraagt elkaar wel. Maar geen zwart over wit. Geen denken aan! Het koninklijk paleis moet schoon blijven. Blijf van mijn kinderen af en god beware ons voor de zwarte poel des verderfs. Wij leven liever in witgepleisterde graven. Alle bloed mag dan rood zijn, maar bij mijn familie gaat het om de fijne afwerking, begrijp je?’ Terwijl ze dit zei kocht ze bij de apotheker een buisje hoofdpijnwerende tabletten, om haar hersencellen stomp te slijpen. Haar temperatuur was 37,4° C, een temperatuur om bij lief te hebben. En daarom betaalde zij met gepast geld precies het goede bedrag. Alsof haar intuïtie het geraden had.

 

Urenlang heb ik lopend op straat doorgebracht. Stap. Minstens drie miljoen mensen geboren. Stap. Warme winden wekken bijen. Stap. Rollende autoband. Stap. Mooie benen. Stap. Rodesië komt vrij. Stap. Een pakje Bastos. Stap. Niets. Een klein abces breekt door. Stap. Au! Stap. Neem me niet kwalijk. Stap. Veertig duizend militairen door de lucht verplaatst. Stap. Eet meer Kama's. Stap. Luchtdruk 1ooo milibar. Stap. Stenen. Stap. Benen. Stap. Heupen. Stap. Haar

[pagina 25]
[p. 25]

Stap. Hoek. Stap. Stop. Licht. Tram. Ruit. Blik. Val. Scherf. Bloed. Schreeuw. Zucht. Doek. Stap. Sinterklaas bellen. Stap. Voor stevige busten. Stap. Waar blijft al dat zaad? Stap. Is er al. Stap. Al het wenselijke. Is er al. Stap. Ritmisch. Stap. Doet alles zich voor. Stap. Sprongsgewijs. Stap. Schoksgewijs. Stap. Beweeg ik mij. Stap. En omgekeerd. Stap. Brengt mijn adem regen in Hongarije?

 

Zo voortstappend kwam ik een man tegen. Hij zei:

‘Toen ik de straat uit was kwam er een nieuwe straat, maar ik kon niet zeggen dat er veel veranderd was in mijn leven. Ik keerde dus om en liep dezelfde straat terug. Toen ik aan het eind was gekomen was er niet veel veranderd in mijn leven. Ik bleef dus staan en wachtte tot er iets zou veranderen. Maar nee hoor. Niets. Ik kocht een doosje lucifers, maar alles bleef hetzelfde. Toen ik die dag door een ongeval in het ziekenhuis kwam, was er veel gebeurd maar niets veranderd in mijn leven.’

De man die me dit vertelde gaf me een vuurtje en ik zag dat er niets veranderd was in zijn leven. Hij liep opgewekt verder.

 

Maar het is de vraag of hiermee de straat, of de consumptie vul maar in. Immers omgekeerd kan men nemen geen proces beter. En het moet eens en vooral duidelijk inkt, hoeveel inkt, vertel mij? Terwijl toch de regels van het eten, vergeet vooral niet zuiver zeven te ontvangen. Hiermee bedoel ik dat de grauwe bloedplasma in saldoschroeven draait. Dus beken nu maar dat geen paard heeft negen kracht op motor. Een geijkt procédé, waarmee je de werktijd opvoert, zender werd verbroken.

Maar mag ik hieraan toevoegen dat gevecht is leverbaar... luister toch ik spreek! Ook dit logisch betoog over con-

[pagina 26]
[p. 26]

sumptie rook niet zoveel. Laat mij veel vertoning om de wille van de wereld. Ik zei dus dat verrek m'n pen is leeg. Nemen wij dus aan de borden staan op groene vitaminen. En al zou deze zelfhypnose lust ik ook al niet. Men kan eventueel aanvoeren dat ook ik een geconditioneerde visie pak je spullen maar en zorg. Hierop antwoord ik dat de campagne bijgeslepen wordt en zonder stroom.

Natuurlijk heeft eten zin en betekenis.

Eenmaal in de consumptie ingeschakeld koffie eindelijk lang gewacht, bevindt zich de mens het stinkt hier in een omgeving komt in orde. Juist zijn beste vermogens laat maar liggen komt wel goed. Ook dat is gemakkelijk te verteren. Immers loopt die kerel alweer door; om dagelijks de geijkte hoeveelheid calorieën niet geschikt voor de leiding.

Waar het immers om gaat zeg komt die zin nooit af? Eten is immers geven en nemen doet men toch wel. Dus tot slot vergeet het maar het is uw blaas uw lever of uw maag.

Ik bedoel maar.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken