Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745

[p. 135]

[1725]

Hyr begint het jaar 1725 januwari

(2125)

den 22 [januari] maandagages gehalt bij Jogem en Orseltie Schuring. Satt het kint seer achter het ysben. Doch geholpen dor des Heeren seegen. En verlost van een dochter.

1-8

(2127)

1725 den 8 feberwary gehalt bij Liwe Louwerens alyas Liwe B[...]ken sijn wij[f] Kunske. Har van een miskram verlost.

2-

(2129)

den 21 feberwary ben ick bij Jan torfdrager allyas Heckters Antie [geweest]. En verlost ven een doot kint.

0-0

(2131)

1725 den 28 ben ick bij Karsties wijf gehalt dor Rymke sin Aat, Berrtel Scheltus suster. Bevont dat het met sijn mont vor de geborte satt vast op het ysbeenen, dor dyn sij manck ginck. Was dar wel 3 a 4 uren met donde, mar vorderde nit. Most het overgeven an Frans Berrgen, dy dar ock bijnae gen raat met instrumenten to sag. Doch eyndelick met seer grott gewelt.

0

(2132)

den 1 marrt ben ick bij Balling mollenar bij de Hansport sijn wijf, sijnde Tis Kalckman sijn dochter gehalt, Yltie. Lag de naegebort vor den inganck en vast gegroyt. Hadde well vertin dagen een sware vloet gehat. Most ontsluting macken. En de naageborte well met 50 stucken ofhaalen. Seer nauw. Het kynt dodt. Halde het met de vooeten. Hadde het bijna overgegeven, mar de Heere gaff noch uytkomst. En was een seer sware geborte. De Heere wyl mij vor sulcke weer bewaren. Sij is noch wellvarende.

4-3

(2133)

den 8 mertt bij Tomas backer sijn wijff Betzke gehalt, datse seer vloyde.

3-

(2134)

1725 den 13 mart dingesdags avens ten hallef tin uren hebbe de borgemeyster Eysma sin vrouw Sackie hastig van een dochter verlost. Heel kleyn. Des ander dags gestorven.

5-

(2135)

1725 den 24 maart tot Aalsem bij domene Colomba sijn vrouw Veetie gewest en haar een dochter gehaalt. Heel spoedig.

9-

(2136)

1725 den 26 mart bij Casper Henderickx alyas Henderick Nösekes son, sijn wij[f] Antie een docht[er] gehalt. Seer swar. Was gen ontsluting, ock gen waater. Most de ontsluting macken. Doch noch alles well vor moder en kint. Durde een etmal.

1-15

(2137)

Den 2 [april] Paasdag ben gehalt bij Heere Heringa meyster kleermacker sijn wijff Gertruyt, nae dat Pittie Moy dar de geheele nacht al bij gewest war. En qwam het kint met sijn angesigt vor de geborte. Hadde dar veel me te doen. Ginck seer swar to, doch moeder en kint behouwden. Doch het kint was beseert om sijn angesigt.

2-10

(2153)

1725 den 14 juny bij Cornelis kistemacker sin wif Jetzke gehalt. Haar een soon donderdags avens hastig gehalt, nae dat het waater all 12 dagen weg war gewest. En 2 nachten te voren dar all een nacht bij gewest. Hade arrbeit en alle teekens, mar ginck

[p. 136]

weer over. Seyde noch 2 manden tit te hebben, mar sal har misreckent hebben.

3-10

(2155)

1725 den 16 jully maandages smorgen ten 4 uren dockter en borgemeyster Lenardus Went sijn vrouw Reynouw een soon gehalt, nae dat het waater een dag weg war. Sat het kint achter het ysbeen. Een sware verlosinge, doch alles well. De Heere sij gedanckt.

7-10

(2156)

1725 den 18 july wonsdag bij Pitter Jan Jelltus yeneverbrander sijn wif Trintie Wibrans. 2 Kinders, een soon met een dochter gehalt. Laagen beyde seer qwalick met de rug vor de geborte, het ander ock. Beyde geholpen, en bij de vooten gehalt. Hadde veel muyte. Gott lof, alles well.

6-

(2159)

1725 den 9 augustus bij Kurt Zirkes schomacker sijn wif Anna Mijnheer. Een grotte soon.

1-6

(2161)

1725 den 16 augustus wonsdag nachtes ten 2 uren Franssis rutter sijn wijf Fenntie Simkes. Een dochter. Waar nit een drop waater bij har.

(2165)

1725 den 7 september nachtes van donderdag op den frijdag ten 2 uren de vroetzman Mynne Mynnema sin vrouw Betzk Aates. Verlost van een dochter. Hadde veel met de naegeborte te doen.

10-3

(2170)

1725 den 25 september savens ten elef uren Sitze backer in de Nauwe Straat sijn wij[f] Altie haar van een soon verlost. Mar sat de naegeborte seer vast gegroyt.

3-

(2172)

1725 den 31 ocktober bij Derck Herrmens wijf Grittie gehalt. Haar seer swar van een dochter verlos[t].

1-10

(2175)

1725 den 10 november bij Jan Fuckeda sijn wiff Maryken, sijnde coopluden tin te Zitze. Haar een soon [gehaald]. Saaterdagmorgen. Ginck seer swar.

3-3

(2176)

1725 den 12 november bij Geluf Sprinsma sijn wijff Antie gehalt. Een seer swar kint. Ock een sware verlosinge.

1-10

(2177)

17 november bij Laas Torfmeeter sijn wijf Gebke Vinck. Den 18 dito 2 soonen gehalt. Beyde recht, doch een sware geborte.

2-10

(2180)

1725 den 13 desember donderdag bij Aryen lertouwer sijnde Jan Stap of Antie Moys son in de houwtwinkel sijn wif Hyck. Har een dochter gehalt. Qwam met de vooeten.

2-10