Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745 (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745
Afbeelding van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745Toon afbeelding van titelpagina van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.20 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Editeur

M.J. van Lieburg



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/dagboek
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745

(1984)–Catharina Schrader–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[1726]

Het vorleden jaar 1725 van niwjar tot niwjar hebbe geholpen neegenen vifftig vrouwens. Hebbe dar van ontfangen 157 gul[den], uitgegeven 160.

 

Het jaar 1726 is weer angevangen op niwe jaar. Ach Heere, gefft

[pagina 137]
[p. 137]

dat heet een yaar mag weesen van seegen vor mij nae de syle. En dat ick doch in Christus mogte gevonden worden. En als ick dan ock van des Heeren vorsin[i]gheit wederom mogt geropen worden om mijn evenmens in haare nooden bij te stan, so bydde ick, o Allemagtige Godt, weest dan nit verre van mij. En verhort mij als in mijn vorgande jaaren darin ick dussent maalen Uwe grotte livede en wonderwerrcken an mij ende Uwe elendige schepselen bewesen hebt int haare uyterste nooden. Alls dar schen gen hulp vor handen te weesen was Uwe hulpe nae bij. Geft mij dan nu ock wederom Uwen Godelicken seegen en laat mij doch noyt sulcke antr[e]ffen dar ick ongeluckig mede mogt worden. Heere, gefft mij wissheit, chracht en sterrekte. Dit bydt U arrme dinstmaagt. U allen dry enig Godt, sij loff, pris, ehre en danckbarheit. Amen.

(2182a)

den 28[=1] Yanuwary mijnheer Van Heert to Eversbergen, capitein van sijn Hoogheit de prins van Vrislant, sijn vrouw Johana Mollenschoet. Hastig maandages morgens een grotte jonge docht[er] geh[aalt]. 19-10

(2182b)

den 1 januwary ben ick op Rensmageest gehalt bij de Edele Heer Capitein Robert van Heert sijn vrouw Johanna Mollenschott. En hebbe har Edelen den 28 januwary maandags morgens hastig een brave veette dochter gehalt. 19-10

(2183a)

1726 den 4 januwary Ritzert sijn wij[f] Ackke, nae dat ick dar 2 daagen swar arbeit me hadde. Qwam met het angesigt na boven. Sat vast 2 ur; de geborrte om sijn hals geslotten. Most het doen het doodt war met een haack haalen. Op Rensmageest. Een komelcker. De vrouw vris en gesont. 5-

(2183b)

den 4 januwary op de Geest sijnde bij Ritzert koemelcker sijn Acke gehalt. En hadde 2 daagen swar arrbeit. Qwam met het angesigt nae boven. Sat vast met sijn halls geschloeten in de geborte. Most het met een haack halen. De vrouw, de Heere sij gedanckt, vris en gesont. Een soon. O, Heere, bewart mij vor dirgelick sware vorvallen.  

(2184)

den 5 feberwary ben ick met de sleede dinges[dag] nae Ternart vertrocken en ben wonsdag den 6 dit[o] bij Piter Cutsir ['s vrouw] Johanna gehalt. Een sware reys. Kouwt arbeit. Hade het qwat met haar. Durde van morgens tot avens, doch alles wel vor moder en kint. Een doch[ter]. 3-3

(2185)

1726 den 14 mart donderdags bij mijn dochter Schrader tot Ternart geropen. Vont het kint noch seer hoog legende. Qwam met sijn angesigt nae boven. Grott waater. Keerde het om, halde het bij de vooeten. En mackte ick van een goede een qwade  

[pagina 138]
[p. 138]

geborte. Het ginck seer hastig. En mende dat het doodt war, mar beqwam met veel moyte. Een schone brave soon. 0-0

(2186)

1726 den 25 marrt mandags av[ond]s Frerick Bock coopman grottschiper sijn wif Antie Fopes. Een soon gehalt. Ginck swar to. 5-

(2187)

1726 den 7 april bij Lambert wyldrayer op de Breestraat sijn wijff Gritie verlost, seer geluckig, van een soon. Hastic[h]. Was 2 etmal gesont en well. Kreg het nachtes int lif met een sware korrs. Storf met de sevende dag. O Heere, doedt mij doch sulcke nit weer ontmoetten. 2-2

(2191)

1726 den 25 april donderdag Sunt Markus bij Jan Henderickx schomacker sijn wif Liwkie. Har gemacklick van een dochter verlost. Mar de naegeborte sat ser vast. 3-3

(2192)

1726 sondag den 28 april bij Johanes Hollkes sin vrouw Katelin Lindeman. Van een doode verotte dochter verlost, nae datse vertin dagen te voren sware pin in haar been gekregen hadde met grotte termins vlagen. Durde dy pin well een dag a dry, doch betterde weer. Ick hadde veel met har te doen. Most haar stoven met een kruyt batt. Was gen ontschlutinge, most dy alles sellver macken. Doch ginck don, Godt lof, alles well. 4-0

(2193)

den 4 mey saterdag avent bij de backer en hopman Cornelis Doytsis sijn wijff Altie Wendelaar een dochter gehalt. Een harrde verlos[ing]. 3-

(2194)

1726 den 8 mey bij [...], sinde een botzgesel sijn wijf Trintie. Een dochter. Seer swar. Was een scheeve baarmoder. Lag de ontsluting stif sonder openinge. In de schlincker sijde was een harrde baarmoeder. Most dy met gewelt op sijn platz brengen en ontschluting macken. Doch noch alles wel vor moder en kint. 2-

(2195)

1726 den 18 mey saaterdags morgen ten 2 uren is mijn dochter Higt geluckig van een son verlost. De Heere sij gedanckt en gepreesen. 0-

(2196)

1726 den 19 mey sondags smorgens ten 5 uren bij Gaale Teyrcks sijn wijf Baacke Pirs [gehaald], nae datse elef wecken getrouwt waren. Een soon. 3-3

(2198)

1726 den 23 donderdags bij Derrck Hanye, sijnde een sersier, sijn wij[f] Antie Born. Een dochter. Was den uterus seer gevorseert. -.-

(2200)

1726 den 7 juny frijdag nachtes tussen 11 en 12 uren domene Brugman, predikant tot Hantum, sijn wijf Pitternelle Wirsma. Haar een soon gehalt. Sat achter het ysben met een scheve baarmoeder. Hadde dar vel m[oe]yte me, doch ginck alles seer geluckig. 7-

[pagina 139]
[p. 139]

(2201)

1726 den 20 [juni] donderdag geropen op Sa[c]ramensdag bij Schurt Gerhardes Schirina kockebacker sijn wijf Bauwkie Sibrans. Durde 2 dagen. Te voren met een sterrcke vloet. Onder de reys noch 2 dagen met slupent waater. Weynig arrbeit, mar het lest swar arbeit. Weynig rumte. Lang [en] swar. Haar het kint 3 mal de streng om sijn hals; de nageborte ser wonderlick vast. Een dochter. Alles wel. Lof, ehre[...]. Doch den negenden dag gestorven. En was sij 3 dagen well, mar korssen en lop. 3-

(2204)

1726 den 1 augustus Reitzke Jans Stenwick wollkam[mer] sijn wijf Titzke. Lag het met den arrmen om het hooft vant kint. Most dy erst ontwaaren los macken. Ginck don de verlosinge anstons. Een soon. 3-

(2205)

1726 den 3 augustus butten de Alsemport Reyner de smit sijn wijff Antie. Haar 2 soo[n]en gehalt. Het erste qwam well, het twede konde het dicke waater vlys schir nit brecken, so dick. Kreg en sogt de voeten, kerde met grotte moyte, de hackies na boven. Kreg het met groete moyte noch levendig. Ser grotte sware kinders. Met een groet vloet. De naegebort vast. Mar alles noch wel vor de moeder. 3-11

(2208)

1726 den 25 augustus ben gehalt bij Clas Vrysie, sijnde een schip timerman sijn wijf Catie. Tallmende lange. Sijnde bruyt en brudigom. Een dochter. 3-3

(2210)

1726 den 3 septe[mber] Zitzke Gosse Boltie doch[ter]. Een soon. Qwam met sijn rugie vor de geborte. Keerde het. Qwam dubelt. Hastig. 2-

(2212)

1726 den 14 saterdag nachtes ten 2 uren de baecker Tomas Jackops sijn wijf Bettzke. Het waater al een dag weg gewest. Een harrde baarmoeder. Satt achter het ysben. Noch ales geluckyg. 3-3

(2213)

1726 den 16 september bij de hopman en brouwer Minne Pirs sijn wij[f] Rickx. Een dochter. En war de naegeborte vreeselick vast een angegroyt; hebbe het noyt so beleft. Hadde het hast over geg[even]. Mar de Heere sij gedanckt, alles noch well vor moeder en kint. Met stucken en broecken of gehalt. O Heere, west gedanckt. 4-3

(2221)

1726 den 11 ocktober bij Jan Ypes varensgesel sijn wijf Trintie Henderickx Stockie. Een soon. Seer sware reys. 2-10

(2225)

1726 den 17 ocktober tot Ternar[d] bij de brouwer Nuttert sijn wijf Imke. Har van een vrucht van 7 maanden verlost, twelck har achte mael van dirgelicke is gewest. 7-1

(2228)

den 3 november 1726 sondagavent bij Pitter Jackops sijn wijf Bauwkie een schiper en kopman. Een dochter. Het tallemde. Het arbeyt all na boven. 4-

[pagina 140]
[p. 140]

(2231)

1726 den 22 november bij Sibe schutemacker sijn wif Jelltie Berent Besattens dochter. Een soon. Free [teekens]. 2-

(2232)

172[6] den 29 november tot Aalsem bij Liwe Simons wijf Antie. Het kint was dar al. Een grotte soon. De naegeborte was noch bij har. Holp har hastig darvan. [In margine: Het hoft van kint [en] de bovenbentis heel bol en los]. 2-10

(2234)

1726 den 13 desember bij Reytze Jallckes meyster schoemacker sijn wijf Beytz. Een dochter. Sij kreg met de derde dag schricklicke pin int lif onder in de lisge. Hebbe har gesmert, gestoft en hauer. 2-10

(2236)

1726 den 26 desember donderdag den tweden kersdag bij Eylart pelmolenar sijn wijff Antie. Een soon. Butten de Aalsemport, nae dat twe etmal te voren het waater al weg war. 5-12

(2237)

1726 den 28 desem[ber] bij Lolkes schutemacker sijn wiff Jelltie Doytsis. Een dochter. Qwam met sijn angesigt nae boven. Een sware geborte. 3-

(2238)

den selven 28 nachtes bij Ede mollenar sijn wiff Antie. Een dochter. Sat de naegebort vast gegroyt. 2-10

Het jaar 1726 hebbe gehat 57 vrouwen. Dar me verdint 148 gul[dens], 8 st[ui]vers. Resteren noch 9 ontbetalt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • M.J. van Lieburg


plaatsen

  • Hallum

  • Dokkum


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 1 januari 1726

  • 4 januari 1726

  • 5 februari 1726

  • 14 maart 1726

  • 25 maart 1726

  • 7 april 1726

  • 25 april 1726

  • 28 april 1726

  • 4 mei 1726

  • 8 mei 1726

  • 18 mei 1726

  • 19 mei 1726

  • 23 mei 1726

  • 7 juni 1726

  • 20 juni 1726

  • 1 augustus 1726

  • 3 augustus 1726

  • 25 augustus 1726

  • 3 september 1726

  • 14 september 1726

  • 16 september 1726

  • 11 oktober 1726

  • 17 oktober 1726

  • 3 november 1726

  • 22 november 1726

  • 29 november 1726

  • 13 december 1726

  • 26 december 1726

  • 28 december 1726