Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 174]
[p. 174]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

[102] Om geneesinge myner miltsiekte, aan de Spafonteinen.aant.

 
O nimfen van Ardennes woud,
 
Waar steen, vol kreupel eiken hout,
 
De wolken, met die wilde kruinen,
 
Trotseert, op bergghelyke duinen,
5[regelnummer]
Waar langs de Son, vier maanden pas,
 
Bekrachtight uw sarpvloeijend glas:
 
Fonteingodinnen alle viere,
 
Pouhon, Gerons, Ton, Saveniere,
 
Metaalge waatren silverklaar,
10[regelnummer]
Die nu, zoo meenigh eeuw, en jaar,
 
Quamt bobblen, uit den diepen kooker
 
Der rotsen, wroetende deur ooker,
 
Deur ysrich staal, rood kooper, loot,
 
Alluin, salpeeter, kooperrood,
15[regelnummer]
En soute, en swaavelige gronden,
 
Voor ongesonden, en gesonden,
 
Het zy dat ghy hun quaal geneest,
 
Of helpt die voor een siekte vreest:
 
O wonderwerksters der natuuren,
20[regelnummer]
Verryksters van de Spagebuuren,
 
Ik lydlingh, aan geen oopen milt,
 
Maar die verstopt, my sonder stilt,
 
Ses jaar, gelyk een beul de leeden,
 
Pynde, als ik straaten dorst betreeden,
25[regelnummer]
Kom nu te Spa: maar niet te spaa,
 
Om van uw heiligheit genaa,
 
En heil, aan talloos volk geschonken,
 
Die daagliks hondert oncen dronken,
 
Met d'opgangh van den daageraad,
30[regelnummer]
Gereegelt met wel leevens maat,
 
Ook baat te bidden, schoon verlaaten
 
Van kunst, die my de ruggegraaten
 
Ontmergelt heeft, door artseny,
 
Met een waarschynlik meedely,
35[regelnummer]
Zulks ik slechts leeve in vel, en bonken,
[pagina 175]
[p. 175]
 
Gelyk Toloeser lyken pronken.
 
Ghy door uw soete scherpicheit,
 
En warmen aard, doorsnydt, verspreidt,
 
Drooght, loost, en suivert maage, en aâren,
40[regelnummer]
Van slym, en gal, die krankheit baaren.
 
Ghy lokt den honger wegh gegaan,
 
Met kost, en drank, versaadloos aan.
 
Geen hongers nood van wolf, of gieren,
 
Verslindt zoo graagh geroofde dieren.
45[regelnummer]
Ghy kookt bequaame spys tot bloed,
 
Dat vleissigh vet, om 't lichaam voedt.
 
Ghy doet de dorre harssens rypen.
 
Ghy vult de leege marrighpypen.
 
Ghy geeft de seenuw sulken kracht,
50[regelnummer]
Dat hy syn plicht behoorlik wracht.
 
Ghy weederbaart den mensch, te vooren
 
Erbarmlik in sich self verlooren.
 
Ghy sterkt de deuchd met sterker deuchd.
 
Ghy maakt den sombren geest verheught.
55[regelnummer]
Ghy, als het drinklik goud, ja waarer,
 
Verlenght het leeven, als men klaarer
 
Kan toonen, in dit dorp alom,
 
Waar 't stokkigh volk van ouderdom
 
Vereeuwt, uitgaande als endjes toortsen,
60[regelnummer]
Onaangeraakt van heete koortsen.
 
Heilbronnen myn gesondheits hoop
 
Steunt enkel, op uw waaterloop:
 
Om, door die koele goede teugen,
 
Myn jeughd veroudert te verjeugen:
65[regelnummer]
Lyk jeughdigh half vertreeden gras
 
Weer opluikt, deur een reegenplas.
 
Dan zal ik u geen offerhanden,
 
Van geitekens, of biggen branden,
 
Verguldt, met cierelyk gebloemt,
70[regelnummer]
Ook niet, met wyn, die Rinkauw roemt,
[pagina 176]
[p. 176]
 
Begieten, maar met lauwerbeeken,
 
Die eeuwigh, uit Parnassus, leeken.
 
Al wie er quynen gaat van pyn
 
Om 't hart, of paddestoels fenyn
75[regelnummer]
Opslokte, of met graveel, of steenen,
 
Met waatersucht in dikke beenen,
 
Met loop, of wormen werd gequelt,
 
Of van een andre siekte ontstelt,
 
Want ghy kont veelerlei geneesen,
80[regelnummer]
Zal ik zoo reederyk beleesen,
 
Dat Suid, en Noord, en West, en Oost,
 
By elke Godheit heul, en troost,
 
Van jaar, tot jaaren, zullen soeken,
 
Met knielingen in uw vier hoeken.
[tekstkritische noot]Emendatie r. 18: siekte < sieke


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken