Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[102] Om geneesinge myner miltsiekte, aan de Spafonteinen (p. 174)

toelichting Dit tweede Spadicht staat op p. 119-121 van Six' Poësy.
 
annotatie  
 
1 nimfen: bedoeld zijn de bronnen, die hier als bosnimfen en Fonteingodinnen (r. 7) worden aangesproken.
2 steen: gesteente, rotsen
  vol: geheel overdekt met
3 die: nl. die van het kreupel eiken hout
4 Trotseert: Het hoofd biedt. De begroeide heuvels (vgl. kruinen) reiken dus tot in de wolken.
  op bergghelyke duinen: bepaling bij die wilde kruinen
5 pas: precies (vgl. het voorgaande gedicht no. [101], r. 97-102)
6 Bekrachtight: de zon houdt immers de bodem droog. Men meende dat regenweer de werking van het bronwater aantastte (vgl. het voorgaande gedicht, r. 89-93).
  sarpvloeijend glas: drinkglas met zurig water
8 Gerons, Ton: Géronstère, Tonnelet
11 kooker: holte
12 wroetende deur: doordringend
  ooker: metaalhoudende aarde
13 ysrich staal: niet pleonastisch. Staal werd in Six' tijd beschouwd als een afzonderlijk metaal (wnt xv, 23).
14 kooperrood: ijzersulfaat
12-15 ooker ... gronden: de medicus De Heer geeft een opsomming van dezelfde stoffen in het bronwater en baseert zich daarbij op een analyse van Pouhon en Sauvenière (De Heer, 1645, p. 41).

[pagina 189]
[p. 189]

17-18 Het zy dat [...] Of: In het geval ... Of. Deze beide regels bevatten een toelichting bij r. 16.
19 der natuuren: van de natuur
20 Verryksters: dit aspect van de bronnen komt uitvoeriger aan de orde in gedicht no. [117], r. 49-60.
  Spagebuuren: mensen die in of nabij Spa wonen
21 lydlingh: zieke, lijder
  geen oopen: een afgesloten
22 die: aan een milt die
  verstopt: deelwoord
  stilt: aflaten
23 Ses jaar: dus vanaf ± 1650
25 te spaa: te laat
26 uw heiligheit: uw genezende werking
26-31 genaa ... baat: object bij te bidden (r. 31)
28 hondert oncen; 3.07 kg (vgl. het voorgaande gedicht, r. 136 en r. 144)
29 Met: Bij
30 Gereegelt met wel leevens maat: Met de vaste discipline die bij een juiste levenswijze behoort
31 te bidden: af te smeken
  schoon verlaaten: hoewel ik in de steek ben gelaten. De smeekbede om genaa, heil en baat is dus afkomstig van een wanhopige die elke redelijke hoop op herstel heeft laten varen.
32 Van kunst: Door de medische wetenschap
33 Ontmergelt: Van merg beroofd (wnt x, 1912, deze plaats; vgl. echter ix, 582)
  door artseny: met medicijnen
34 waarschynlik meedely: hulp die juist leek
35 Zulks: Zodat
  leeve in: besta uit
  bonken: botten; meestal als aanduiding van dierlijke beenderen (wnt iii, i, 357)
36 Toloeser lyken: de beroemde relikwieën die tentoongesteld werden in een crypte in Toulouse. Waarschijnlijk heeft Six de gemummificeerde lichamen zelf bezichtigd toen hij in Toulouse was (vgl. Wegh-Wyser Vranckryck, 1647, p. 57; Lahondès, 1920, p. 83-85).
38 warmen aard: de medicus De Heer meende dat het bronwater dat op zichzelf koud was, een verwarmende werking op het lichaam had (De Heer, 1645, p. 64).
  doorsnydt: legt open. De Heer gebruikt voor deze werking het Latijnse werkwoord incidere (De Heer, 1645, p. 66).
  verspreidt: verwijdt
40 slym: flegma
  baaren: veroorzaken
41 wegh gegaan: die verdwenen is
42 Met kost, en drank, versaadloos: Zodat die honger met geen kost of drank te verzadigen is
44 zoo graagh: nl. als deze honger (r. 41)
45 kookt: bereidt. De nog gangbare Galenische opvatting van de spijsvertering hield in dat de uit het voedsel gewonnen chylus (of het chijl-

[pagina 190]
[p. 190]

  vocht) direct naar de lever werd gevoerd om daar in vers leverbloed te worden omgezet. Dit proces zou door het bronwater bevorderd worden (Lindeboom, 1972, p. 40; vgl. het voorgaande gedicht, r. 222 en r. 242).
46 vleissigh: vlezig
  om: aan de buitenzijde om
48 marrighpypen: mergpijpen, botten
49 seenuw: spier
50 wracht: verricht
51 weederbaert: doet ... herleven. In deze en de volgende versregel maakt Six gebruik van een religieuze terminologie.
53 de deuchd: dat wat nog gezond is
  deuchd: gezonde werking, kracht
55 drinklik goud: sommige ‘Chymisten’ schreven aan een brei waarin fijn verdeeld goud was gemengd een genezende en levenrekkende werking toe. Het middel werd door anderen afgedaan als kwakzalverij (Chomel ii, 907 en vgl. ook wb Vondel ix, p. 528, r. 577).
  waarer: betrouwbaarder dan het genoemde kwakzalversmiddel
56 klaarer: heel duidelijk
57 toonen: bewijzen
58 stokkigh: met stokken lopend (i.t.t. wnt xv, 1831, deze plaats: ‘stokkerig, houterig, niet meer gewoon’), of: stokoud?
59 Vereeuwt: Vereeuwigt, Sterft (wnt xix, 1740, deze plaats)
61 myn gesondheits hoop: mijn hoop nog gezond te worden
69 Verguldt: Opgesierd
70 die Rinkauw roemt: die aan Rheingau roem verschaft. Rheingau ligt in het gebied van Riesling en rode Burgunder (Paronetto, 1981, p. 369-370).
71 lauwerbeeken: beken van of met lauweren. Hier metaforisch voor: lofdichten voor de Fonteingodinnen.
72 Parnassus: de muzenberg
  leeken: vloeien
73-78 Al ... ontstelt: object bij Zal ik zoo reederyk beleesen (r. 80)
73-74 pyn Om 't hart: pijn in de maagstreek (vgl. wnt vi, 67, hartepijn)
74-75 paddestoels fenyn Opslokte: gif van paddestoelen heeft gegeten
75 graveel: nier- of blaasgruis
77 loop: diarree, dysenterie
  werd: wordt
79 Want ghy kont veelerlei geneesen: tussenzin
  veelerlei: diverse ziekten
80 reederyk: volgens de regels van de (betogende) dichtkunst
  beleesen: bepraten, overhalen
81 Suid, en Noord, en West, en Oost: bezoekers uit alle windstreken
82 By elke Godheit: Bij elk van de vier Fonteingodinnen
84 in uw vier hoeken: bij uw vier bronnen die in alle windrichtingen liggen


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken