Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 607]
[p. 607]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

[356] De koninghlyke regeeringe, met de byen, vergeleeken.aant.

 
Men mach een Kooningh, of groot Heer
 
Wel fraai een byenkooningh heeten,
 
Het landvolk, of 's ryks ingeseeten,
 
Als byen, tot syn dienst, en eer.
5[regelnummer]
Men mach syn hof een hof van bloemen,
 
Syn land een land van geurigh kruid,
 
Het goud, dat om syn hooftscheel sluit,
 
Te recht een strooijen bykorf noemen.
 
In deese gaart de borgery
10[regelnummer]
Haar rykdom arbeidsaam bekommen:
 
Haar handelwaaren zyn de blommen,
 
Waar op se vliegen, als de by.
 
Hoe naarstigh vlieght de stadsby oover
 
Het veld, zoo ras de daageraad
15[regelnummer]
Den daauw, van onder 't nachtgewaad,
 
Ontdekt, op groen, en bloemenloover?
 
De swarmen ruischen gins, en weer,
 
De handelbaasen nimmer leedigh,
 
Op marjolyn, of boekweit steedigh,
20[regelnummer]
Die suigen 't soete byensmeer.
 
Het gaat al uit, om hoonigh winnen,
 
De winst is zoo een lieve vrucht,
 
Dat al de werld haar geur, en lucht
 
Bejaaght, met alle vyf de sinnen.
25[regelnummer]
Des aavonds van den yver mat,
 
Met beentjes, die vol hoonighs staaken,
 
Keert ieglik, naa de wasse daaken,
 
En staapelt daar syn hoonighschat.
 
Hoe langh de vorst, of byenkooningh
30[regelnummer]
Behouden, en in 't leeven blyft,
 
Zoo bloeit de vree, die ryken styft,
 
En eendracht kroont de vliegewooningh.
 
Maar komt een doodlik teegenweêr
 
Den kroonedraager wegh te rukken,
35[regelnummer]
Zoo springht de ronde hoep, aan stukken,
[pagina 608]
[p. 608]
 
Het heele ryk dat valt om veer.
 
Geheime tweedracht ingelaaten,
 
By 't goudgeel volksken, stookt het vier
 
Van twisten, onder 't kleine dier,
40[regelnummer]
't Beschaadight self syn hoonighraaten.
 
't Verstrooit sich sonder ordeningh.
 
Daar werd geen hoonigh meer gebooren,
 
't Gemeine beste gaat verlooren,
 
Ten beste van de plonderingh.
45[regelnummer]
De hommels die hier sneegh op passen,
 
Heet loerende, op een anders goed,
 
Die koomen gonsen, naa dat soet,
 
Als pannelekkers, om te brassen.
 
Zoo teert te Londen die Harpy,
50[regelnummer]
Met haar Harpyen, in de wooningh,
 
Van Engelands onthoofden Kooningh,
 
Op 't vet der ruim verstrooide by.
 
Alzulke wreede taafel voogels,
 
Naa dat het leeven was geschorst,
55[regelnummer]
Van Willem Neerlands lesten vorst,
 
Bedekken 't splytend land, met vloogels.
 
Die heemelhonden fel geklaauwt,
 
Als vraatge griffioenen wringen,
 
De beetjes van de lekkre dingen,
60[regelnummer]
Uit monden, schier, om kost, verflaauwt.
 
Schiet ergens, in de dischplatteelen,
 
Wat oover, dat bestruiven sy,
 
Met duivels drek, en morssery,
 
Waar van de stank walght, aan de keelen.
65[regelnummer]
Zoo steeken sy de loeve elk af,
 
Met naagelen, gescherpt, op steenen:
 
Sy maaken 't kerrikhof, vol beenen,
 
Heel Neerland, tot een leevend graf.
 
Nu is 's lands voorste mee gevallen,
70[regelnummer]
Te waater, in den Wyker slagh:
[pagina 609]
[p. 609]
 
Zoo kryght de tweedraght dagh, aan dagh,
 
In haare kaatsbaan nieuwe ballen.
 
O vorsteloose hoonighby,
 
Indien ghe wilt, in ruste, bloeijen,
75[regelnummer]
Zoo laat Oranjes telg, aan 't groeijen,
 
Beschaaduwen uw landery.
[tekstkritische noot]Emendatie r. 2: byenkooningh < byenkorf


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken