Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 871]
[p. 871]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

[618] De gekneusde hoogmoed des heerschaps van de zee.aant.

 
Met gesnoef, en met geblaas,
 
Op gemaakte geldkrakeelen,
 
Nydich over al den baas,
 
En den meester loos te speelen,
5[regelnummer]
Als een roover, op Gods zee,
 
En op bondgenooten landen,
 
Daar onnoosel volk in vree,
 
Nergens denkt om vyands handen,
 
Allerhande vrunden goed,
10[regelnummer]
In syn hollen maag, te slokken,
 
Als Savooijers Kristenbloed
 
Koel te slaan, als bloed van bokken,
 
Naa gewis quartier vergunt,
 
Neus en ooren af te snyden,
15[regelnummer]
Met een mes verroest van punt,
 
Steenigh sonder meedelyden,
 
Op erbarmelik gekerm,
 
Strot en keelen af te steeken,
 
Hoofden, beenen, hand, en erm
20[regelnummer]
Af te villen, en te breeken,
 
't Hart te rukken uit het lyf,
 
Dooden uit het graf te haalen,
 
En, o grouwelik bedryf!
 
Met haar hoofd te seegepraalen,
25[regelnummer]
Tot zo woeden tiranny,
 
Ook barbaaren aan te dryven,
 
Die geneigt tot moordery,
 
In haar wreeden aart te styven,
 
Krygsgevangens in een gat,
30[regelnummer]
Daar se son en maane derven,
 
Vol van stank, by muis en rat,
 
Door gebrek te laaten sterven,
 
Zyn die daaden kooninglik?
 
Baant men zoo de Kristenweegen?
35[regelnummer]
Zoo te heerschen, tot een schrik,
[pagina 872]
[p. 872]
 
Is daar in wat lofs geleegen?
 
Neen, den waangod van de zee,
 
Die de weereld soekt te dwingen,
 
Rustich met een draai of twee,
40[regelnummer]
Uit syn vuist, den vork te wringen,
 
Dat is loffelik gedaan,
 
Dat zyn kooninglike stukken.
 
Vloeken moet men teegengaan,
 
En helddaadich onderdrukken.
45[regelnummer]
Zoo weet Hollands Michaël,
 
Admiraal der admiraalen,
 
Als een temmer van den hel,
 
Groote duivels klein te maalen,
 
Zoo weet Tromp die felle leeuw,
50[regelnummer]
Uit den grootsten leeuw gesprooten,
 
Met den braaven Vries, en Zeeuw,
 
Cerberen aan gruis te stooten.
 
Deese helden heet ter wraak,
 
Door haar kracht van hondert handen,
55[regelnummer]
Kneusden Londens waaterdraak,
 
Waar dry koppen fel op brandden,
 
Die zo wit, als rood, en blaauw,
 
Uit den bloedstroom aan quam bruisen,
 
Tot voor Vlaanderen, in 't naauw
60[regelnummer]
Van die nooit gesloote sluisen,
 
Om die ridders met het heir
 
Van de staaten op te kroppen,
 
En het oopen vrye meir,
 
Met syn breeden staart te stoppen.
65[regelnummer]
Maar door 't slaan op kop, en snuit,
 
En op 't plaatich vel geklonken,
 
Sprong der 't brein en bloed steeds uit,
 
Stooven uit de tanden vonken,
 
Borsten uit de neus, en keel,
70[regelnummer]
Golven viers, en dikke rooken,
[pagina 873]
[p. 873]
 
Die den Oceaan geheel,
 
Als een keetel deeden kooken,
 
Brak het witte hoofd van 't lyf,
 
Daar het Y nu mee mach praalen,
75[regelnummer]
Vleuk, en staart hoe sterk, en styf,
 
Kraakten hondertduisendmaalen,
 
Brieschte, balkte dat gedrocht,
 
Dat gebergt, en boschen beefden,
 
Want de galmen, door de locht,
80[regelnummer]
Ook langs verre landen sweefden.
 
Alle wolven langs den Rhyn,
 
Met den Sweedschen beer, verschoolen,
 
En dat schensiek eeverswyn
 
Kroop veel dieper, in syn hoolen.
85[regelnummer]
Half geschonden, heel verlemt,
 
Sloop dat beest al kryschend heenen,
 
Met veel smarts, en schriks beklemt,
 
Liet het ook wel veertich beenen.
 
Zoo kreeg Hollands voet ruimbaan,
90[regelnummer]
In vier lange soomerdaagen,
 
Heeft de weereld lang gestaan?
 
Nooit is zoo op zee geslaagen!
 
Dat men nu geen goud verspaar,
 
Om den leevenden te loonen,
95[regelnummer]
Dooden werden 't niet gewaar,
 
En die doet men 't meeste kroonen.
 
Dat nu ieder Batavier,
 
Om dien seegen seegepraale,
 
En die helden met laurier,
100[regelnummer]
Voor de vrye vaart, betaale,
 
In de hoop van volle vree,
 
Synen vyand afgedwongen.
 
Holland heerscht nu op de zee.
 
God zy eeuwigh lof gesongen.
[tekstkritische noot]Emendatie r. 19: Hoofden, < Hoofden


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken