Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[126] Op de soete stem van Susanna le Fever (p. 220)

toelichting Susanna Lefebvre trouwde met een François Reyniersz en na diens dood met de voc-bewindhebber Pieter Paauw (1628-1695). Het huwelijk met Paauw bleef kinderloos en Susanna stierf vóór 1663; toen kreeg Paauw een kind uit een volgend huwelijk (Elias, Vroedschap i, p. 198-199). Op een familielid van Susanna (haar vader of broer?) dichtte Six een grafschrift (no. [376]). Waarschijnlijk dateert dit gedicht van vóór Susanna's eerste huwelijk. Het staat op p. 158-159 van Six' bundel.
 
annotatie  
 
1 Aimy! waar vaar ik heen?: Goeie hemel, wat overkomt me?
2 kittelt: kriebelt, wekt ... op
  dus: zo
  myn sombere ooren: dwz. mij, in mijn neerslachtigheid, in 't gehoor
3 raakt op de heen: ‘wordt gaande gemaakt’

[pagina 237]
[p. 237]

4 dryft [...] in bekooren: wordt ... in verleiding gebracht
  galmvreuchds: vrolijk geschal
5 werd: zal ... worden
6 Daar: Terwijl ... juist
  plagh: de naam heeft
  te heilen zulk gebrek: die ziekelijke aandoening (van de waanzin) te genezen. Reeds Pythagoras zou een dergelijke werking aan muziek hebben toegeschreven (Plutarchus, Moralia 441 e).
7 Parnas: de muzenberg
8 Fehus: Apollo
  de Sanghgodinnen: de muzen
9 Gestreelt: In mijn gehoor gestreeld
  by dit geboomte, aan Amstels plas: hier bij deze bomen langs het Amsterdamse water. Woonde de familie Lefebvre aan een van de grachten?
10 Van nachtegaals: Door nachtegaals (vgl. geboomte)
  soete meireminnen: lieve (en zoetwater-) meerminnen (vgl. Amstels plas)
11 als verlokt: als het ware aangelokt (door Susanna's zingen)
  nyd: afgunst, naijver
12 dan singen fraai om stryd: dan weer een fraai gezang aanheffen om met u te wedijveren
13 Soet sielryk elpenbeen: Lief geestrijk ivoor (aanspraak aan Susanna's tanden)
14 om: geschikt om
15 die pyp: die keel, die gorgel
  ongemeen: zeldzaam, bijzonder
17 geenkelt: met trillers versierd (wnt iii, ii, 3839, deze plaats)
18 een duisendschoon: een duizendschoonbloempje (ook in de zin van ‘van duizendvoudige schoonheid’)
19 die maagh: dat meisje (klankvariant van maaghd in rijmpositie, vgl. ook Richteren 11:38: maagdom, maagdelijkheid). wnt ix, 4 verklaart deze plaats echter als ‘kind, familielid’. Six doelt op de dochter van de oudtestamentische Jeftha. Zij ging haar vader ‘met trommels en reien’ tegemoet toen hij weerkeerde na zijn overwinning op de Ammonieten (Richteren 11:34).
20-21 haars vaaders Te hof keer: de terugkeer van haar vader tot zijn paleis (object bij Bejuichende, r. 22)
22 der helden seegeraaders: op de zegewagens van helden
23 wierd niet zoo soet ontroert: werd niet zo lieflijk geroerd. De wijze van zeggen is enigszins wrang: Jeftha had de gelofte gedaan om het eerste wat hem uit zijn paleis tegemoet zou komen te offeren, als hij de Ammonieten overwon (Richteren 11:31). Jeftha's ontroering zal dus inderdaad bij lange na niet zo lieflijk zijn geweest, toen hij zijn dochters zang hoorde.
24 uit my, ik weet niet waar gevoert: dat uit mij weg, ik weet niet waarheen is gevoerd
25 Klonk: hierbij is schooner in r. 29 samengetrokken.
26 Der eeuwige volmaakte schaaren: nl. Der engelen
28 Verbreidt: Verkondigd
  aan ben die het vee bewaaren: aan de herders
29 zoo een: een dergelijke (nl. gelijk aan die Der eeuvige volmaakte schaaren)

[pagina 238]
[p. 238]

30 schaatrend Sonprieel: dwz. stralende hemel (waarin God het nieuwe zonlicht verspreidt, vgl. Openbaring 22:5)
31 Ulisses bind my ras: Odysseus, bind mij snel vast (nl. aan de mast). Odysseus liet zich aan de mast van zijn schip vastbinden en stopte zijn oren dicht met was (vgl. r. 33) om aan de verlokkende zang van de sirenen te ontkomen (Odyssee xii).
34 niet meer dan ghy: evenmin als u
  doove: ook in de zin van: onaandoenlijke
35 Jaa, schoon ik waar: Ja, zelfs al wás ik
36 Die Orfens volgde: Zo een als Orpheus volgde. Orpheus kon met zijn lierspel bomen en ook rotsen in beweging brengen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken