Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 431]
[p. 431]

[240] Beedelmusyk, te Tholouse (p. 408)

toelichting Six' verblijf in Toulouse is te plaatsen in 1649, het jaar van zijn reis door Frankrijk naar Spanje. Dit gedicht is door Minderaa besproken in een interpreterend artikel (Minderaa, 1964; vgl. ook Van Es, 1953, p. 168 en Michels, 1964, p. 193-194). Het staat op p. 308-309 van Six' Poësy.
 
annotatie  
 
1 Wat: Welke, Wat voor een
2 poortaal: voorportaal, voorhuis (wnt xii, ii, 3521)
3 te vermaanen: te wijzen op (wnt xx, 1180, deze plaats), aan ... te herinneren
4 de Son: de zonnegod, Apollo
  syn breidels: de leidsels van zijn zonnewagen
7 Hoe zou hier: Maar hoe zou hier (bij mij thuis) ... kunnen
8 viel: blijkt ... te zijn geweest
9 Zoo: Dus
10 geveel: gevedel, vioolspel
11 gardyn: beddegordijn
12 In glas: In een venster
  's buurmans: nl. overbuurmans
  aan 't opperste kanteel: bij de hoogste dakrand (volgens wnt vii, i, 1357 zou kanteel ook de benaming voor een van de trappen van een trapgevel kunnen zijn)
13 Waar seegh ik op dees pluimen?: Waar was het dat ik mij op deze donsveren te slapen heb gelegd? Pas nu dringt het tot de slaper door dat hij niet thuis is (vgl. myn poortaal (r. 2), hier (r. 7) en het op een logeeradres minder gebruikelijke 's buurmans huis). Misschien dient dees in deze regel met nadruk te worden gelezen: ‘dit beddegoed, dat mij niet bekend is’.
14-15 de tweede steedekroon, Van Vrankryks grootste steên: de stad die onder de grootste steden van Frankrijk de kroon draagt de tweede te zijn. Een contemporain reisgidsje noemt Toulouse ‘naest Parys de volckrijckste Stadt van Vranckrijck’ (Wegh-Wyser Vranckryck, 1647, p. 52).
15 placht ik hier niet te sluimen: heb ik hier echter niet vaker geslapen (nl. in voorgaande nachten)
16 zoo vroegh geen violons gewoon: zonder gewoonlijk zo vroeg violen te horen
18 als wakker: precies alsof zij wakker waren, dwz. slaapwandelend
20 Noch twyffel ik: Toch betwijfel ik, of
  is beset: in beslag is genomen
21-22 de snaaren Verheffen [...] veel luider haaren trant: dat de snaren hun melodie ... veel luider doen opklinken
23 vaaren: gaan, doordringen
25 Nu sie ik wel, 't zyn: Nu krijg ik eerst goed in de gaten: het zijn ... (Minderaa, 1964, p. 162-163 interpreteert: ‘hij ziet nu, nuchter: daar staan een paar Fransjes, bedelaars, te vedelen, [...]’, maar dit daadwerkelijke ‘zien’ lijkt in tegenspraak met het opstaan van de slaper dat nog moet volgen, vgl. r. 28. Of kan Six de Fransjes vanuit zijn bed zien?)

[pagina 432]
[p. 432]

  Fransjes: Franse pretmakertjes zonder zorgen (vgl. de ook in de zeventiende eeuw al voorkomende aanduiding ‘vrolijke Frans’, wnt iii, iii, 4666 en 4669)
27 Aan taafel: nl. in herbergen?
  dees: nl. deze in Toulouse
  dansjes: danswijsjes
28 Om Gods wil bidden: Bidden: om Gods wil, geef ons wat!
  zoo biddende: net zo biddend, met hetzelfde gebed, nl. ‘om Gods wil, in 's hemels naam dan maar’ (vgl. Minderaa, 1964, p. 163 en Michels, 1964, p. 194, die zoo echter opvat als een inleiding tot r. 29: ‘als volgt’)
  verrys: sta op
29 Op: Vooruit
29-30 Lowysen, Van Sweeds metaal: ‘Louisen’ van koper (vgl. de aanhaling in wnt vii, ii, 5511). Het enjambement scheidt hier de even gesuggereerde Louis d'ors van de koperen muntjes waarvan eigenlijk sprake is. In 1649 was ook op het minste Franse kopergeld de kop van Louis xiv afgebeeld. Op oudere munten kon nog die van de in 1643 overleden Louis xiii staan (Le Blanc, 1692, p. 296 en p. 304, afbeeldingen).
30 stuivers: sous?
  met een merk: met een biljoenmerk, waarmee men aangaf dat het gewicht van de munt door slijtage of muntsnoeiing (opzettelijke muntverkleining) te laag was, of dat, bij munten van hogere waarde, het gehalte edelmetaal in de legering te gering was, zodat de nominale waarde van de munt niet overeenkwam met de intrinsieke waarde. Men sprak van ‘gebiljoeneerde munten’ (vgl. wnt ii, ii, 2696-2697).
31 als aalmoessenier: als was je lid van een armenbestuur
  bloedjes: arme stakkertjes
  elders wysen: naar elders sturen


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken