Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verborgen geluk (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verborgen geluk
Afbeelding van Verborgen gelukToon afbeelding van titelpagina van Verborgen geluk

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.54 MB)

ebook (2.79 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

schetsen
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verborgen geluk

(1877)–August Snieders–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 16]
[p. 16]

VI.

De dames en mijnheer Georges zijn in de eetkamer, nu mijnheer Dolberg met den onverwachten neef, die zijn ouden vilten hoed in het kabinet heeft achtergelaten en zijne geelkleurige broekspijpen behoorlijk neêrgeslagen heeft, binnen komt. Of beter gezegd, mijnheer Dolberg stoot den armen Max over den dorpel, en verbergt zich achter den stumpert als een soldaat achter eene batterij.

Mevrouw wordt gloeiend rood en werpt een vurigen blik op haren man, die dezen aanval met de bajonet zooveel mogelijk ontwijkt. Daarbij indien hij hier de positie niet kan volhouden, zal hij zich achter raadsheer Jan verschuilen. De vijfde telloor heeft overigens mevrouw reeds verwittigd, dat haar anders zoo onderdanige echtgenoot, ditmaal een ongehoorzaam kind is geweest.

Mijnheer Max heeft deels gestruikeld over de vloermat, verlegen de oogen neêrgeslagen en is rood geworden. De groet van mevrouw heeft zich bepaald bij een ‘zoo’, en wat de arme neef gemompeld heeft, weet ik niet.

Zeker zou tot op dat oogenblik mijnheer Delmare niet geweten hebben, dat hij een bloedverwant der familie voor zich zag, indien mijnheer Dolberg de onbehendigheid niet had gehad, te zeggen, dat ‘neef’ doodelijk ziek was geweest en een oogenblik wenschte uit te rusten.

Ada knikt den armen bloedverwant haren groet toe, en gaat voort met aan mijnheer George de lieve - of door mij tot u, lezer, gezegd: de fletsche, bleeke en maanachtige - teekeningen der albums te laten bewonderen. Nu, de zaak is dan toch zoo, en mevrouw heeft tact genoeg om voor het noodlot het hoofd te bukken.

Men zet zich aan tafel. De arme bloedverwant zegt geen woord, waagt geene beweging, is blijkbaar niet op zijn gemak, ontplooit zijne servet slechts over zijne geelkleurige broek, als anderen zulks reeds gedaan hebben; eet slechts als anderen reeds aanvang hebben gemaakt; stoot nu eens onhandig tegen zijn glas, zoodat er een enkele droppel op het witte tafellaken sprenkelt, dan eens met den elleboog tegen dien van mijnheer Dolberg, en heeft het ongeluk het zilveren zoutvat te doen omvallen, zonder dat er echter veel op dat alles gelet wordt, behalve door mevrouw, welke gedurig het oog op de lange, magere en onbehendige vingers van neef gevestigd houdt, hetgeen den armen drommel nog meer in verlegenheid brengt.

Eindelijk, en gelukkig, wordt neef vergeten. Hij is gelijk een kind, dat aanvankelijk hindert; maar dat men langzamerhand ten eenemale vergeet, omdat het toch zwijgt en zoet is aan tafel.

Ada is wel eenigszins met neef Max verzoend: dat bleeke wezen, de verarmde kleeding van neef, de stille onderwerping, de gelatenheid van den armen jongen hebben haar eenigszins getroffen en -

[pagina 17]
[p. 17]

zij zou het willen doen blijken, indien valsche schaamte haar niet weêrhield.

De vader is reeds wat verder op de baan, want het schijnt hem toe dat het onweêr, 't welk hem dreigde, aftrekt. Och, die man kan onmogelijk ‘stand houden’, zooals mevrouw gewoonlijk zegt; de kruidenier drijft van tijd tot tijd nog eens boven.

Bij mevrouw heeft neef nog geen voet gewonnen, en dewijl ze nu weêr op de wandeling denkt, welke door het bijzijn van dien armoedigen neef zou kunnen ‘gecompromitteerd’ worden, neemt ze een oogenblik waar om te doen verstaan, dat 's avonds de weg zoo onveilig is; dat Wilfried voor zijne gezondheid zorgen moet en vooral de avondlucht vermijden, en nu de zon een oogenblik zich achter de wolken verbergt, dat men nog in den voor-avond wel onweêr zou kunnen hebben - altemaal wenken, welke eigenlijk aan neef moeten doen verstaan: ‘Max Wilfried, maakt dat ge zoo spoedig mogelijk uw biezen pakt!’

Mijnheer Georges heeft den ongenoodigden gast, van ter zijde, eenige woorden toegevoegd, die den fijnen waarnemer niet zouden ontsnapt zijn, en bij u, lezer, waarschijnlijk een verdiend antwoord zouden hebben doen ontstaan. Bij den armen neef schenen zij echter onopgemerkt voorbij te gaan. Slechts toen er eene zinspeling gemaakt werd op een ouden witten vilt, die eene eeuw buiten de mode was, is Max Wilfried even rood geworden. Dien steek op zijne armoê heeft hij gevoeld.

Na den maaltijd wordt er eene wandeling voorgesteld; men zal in het paviljoen, achter in den hof, koffie gebruiken. Mevrouw, Ada en Georges gaan voorop; mijnheer Dolberg houdt neef gezelschap die weêr met zijnen curieusen witten vilt versierd is, 't geen Georges doet glimlachen, mevrouw lastig en akelig maakt - en Ada nadenkend het oog naar beneden doet slaan.

Max Wilfried is beladen als een muilezel; hij draagt de twee shals der dames - want de avondlucht is soms wat koel; in den anderen arm draagt hij den witten keeshond van mevrouw, dien hij bij toeval op den poot heeft getrapt, en volgens tante niet meer loopen kan. Het arme dier!

Verder draagt hij een korf met een aantal voorwerpen, dienstig voor de koffie-partij, terwijl raadsheer Jan het overige zal aanbrengen. Wel heeft deze er zich tegen verzet, dat mijnheer Max daarmeê beladen werd, maar mevrouw vindt dat zeer goed.

Moet zij aan mijnheer Georges niet doen zien, op welke hoogte zij den ‘indringer’ schat? O, die kleingeestige wraak! Ook heeft de arme neef die rol, door zijn eeuwig onderdanig en onderworpen: ‘ja wel, tante!’ aangenomen.

‘Ja wel, tante!’ heeft de sukkelaar nogmaals gezegd, nadat men in het paviljoen koffie heeft gebruikt, en tijdens welke plechtigheid, waarvan Ada de eer ophield, de arme neef als het vijfde wiel van

[pagina 18]
[p. 18]

den wagen werd behandeld; ‘ja wel, tante!’ heeft hij gezegd toen mevrouw meende, dat hij wel zou doen in het paviljoen te blijven, en Jan in het opridderen te helpen.

Dat sneed Dolberg door het hart; dat deed Ada zeer. 't Was ook zoo sterk! Mevrouw handelde met den armen neef even als met den hond, van wien men zich met geen goede woorden ontslaan kon, en dien men eindelijk door een fermen trap doet gevoelen, dat zijne tegenwoordigheid hinderlijk is. Noch de vader, noch de dochter zeggen een woord, en Max Wilfried ziet het gezelschap heengaan, zonder dat dit zich nog om hem schijnt te bekommeren.

Nu zit hij op een der stoelen, de handen moedeloos op de knieën, het hoofd diep gebogen.

O, mevrouw, de hond heeft den trap gevoeld! Het schijnt dat de arme jongen snikt, en inderdaad, nu hij het hoofd oplicht, glinsteren tranen in zijn oogen, en door die wolken heen staart hij de gelukkige familie na.

Waarom begrijpt Max Wilfried ook niet sedert lang, dat de Dolberg's met een zoo wonderlijk toegetakeld mensch, met een wezenlijk caricatuur als hij is, op een zondag achtermiddag, niet in het dorp kunnen verschijnen - juist op het oogenblik dat de familiën der verschillende kasteelen, daar, zoo heel ongegeneerd, rondwandelen? Waarom begrijpt hij niet dat zijne tegenwoordigheid, nu er een pretendent voor Ada opdaagt, gansch misplaatst is?

't Is wel besteed, mevrouw, wel besteed; men moet zich doen eerbiedigen, men moet ‘stand weten te houden!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken