Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelen (1621)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelen
Afbeelding van Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelenToon afbeelding van titelpagina van Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.62 MB)

ebook (3.01 MB)

XML (0.24 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

lofdicht(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelen

(1621)–Joannes Stalpaert van der Wiele–rechtenstatus Auteursrechtvrij

'twelck eertijds beweeght heeft Adrianum rechter van Nicomedien tot het gheloof ende martyrie ons' Heeren Iesv Christi


Vorige Volgende

Twintichste Ghedicht.

Adrianus ontdect bekeert ende beclaeght sich voor de Martelaeren, inde teghenvvoordigheydt vanden Griffier. Valt henluyden te voet, ende omhelst haere vvonden; versouckende haerluyder ghebedt tot vergiffenisse van sijn sonden; te vreeden sijnde daer vooren te boeten alhier in dit leven.
 
Maer hier en can de Man syn grondt niet langer smoren,
 
Die hy met puyr geweldt soo lange heeft bestopt.
 
Syn opgeswollen moedt en wil soo niet vercropt,
 
En wil hem langer niet alsoo verholen blijven.
 
Soudt ghy dan twijffel slaen dat aen mijn sou beclijven
 
Roupt hy, O Mannen Godts, 'tgeen dat ick recht te voort
 
Vyt uw' bebloeyde mondt tot noch toe heb gehoort?
 
Och denckt dat nimmermeer 'tsyn al te claere reden.
 
Maer wee 'tmoordadigh hert, wee mijn bebloede leeden
 
Van hooft te voeten toe! wee dese rechter handt!
 
Wee dese snoode tongh, wel waerdt dat elcke tandt
 
Die ick draegh inde mondt haer als een priem doorboorde.
 
Gheen ooghen saegen oyt, geen ooren oyt en hoorden
[pagina 80]
[p. 80]
 
Van meerder Moordenaer. Ick ben die Dionijs,
 
Ick ben die Phalaris heb afgegaen de prijs
 
Van ongehoorde straf, van pynen en van moorden.
 
Waer van is dese banck, waer van syn dese coorden
 
Iae selver oock de vloer, end' ick van hooft te voet,
 
Noch anders soo becladt, noch anders soo bebloedt?
 
Och! och! ick ben't, ick ben't, die u het bloedt verdropen,
 
Ick ben den wreeden Beul, die u heb doen ontslopen,
 
Die u tonnosel Lijff, noch nau een uyr geleen,
 
Doen slaen heb Lam en stijf, doen scheuren heb van een.
 
Siet hier eens, Heer Griffier hoe vloyen dese vloeren?
 
Hoe syn haer Leen verdrayt? hoe hangen hen de schoeren?
 
Om d'oogen heel geblaut; geswollen om de mondt;
 
Het Lichaem op gecraut schier als tot eene wondt;
 
Ontveetert syn haer dyen, vertrocken syn haer borsten,
 
Haer syden heel versengt tot droogh verbrande corsten;
 
De voeten syn vervelt, men siet het naecte been,
 
Tot boven aende knie, van d'een en d'ander scheen.
 
Int middel van haer reen, sagh ick haer vast staen druypen
 
En d'ander hier en daer het middel-rift uyt cruypen.
 
Iae noch al te recht te voort. Siet siet haer maer eens aen,
 
Neen, sluyt ghy d'oogen toe; Ick bent die't heb gedaen.
 
Ick bent diet heb gedaen. O schennis! O onwaerde!
 
En lijdt mijn noch de lucht! en draegt mijn noch de aerde!
 
Veel waerdiger voorwaer die inde diepste hel,
 
Tot straf van mijn misdaet, als Theseus meegesel,
 
Sou clagen nacht en dagh; of van den swarten Raven
 
Verplosen en verpluct; of onder d'asch begraven,
 
Het ongebluste vier voor dit onnosel bloedt,
 
Sou lijden tot een straf, sou dragen tot een boet.
[pagina 81]
[p. 81]
 
Te recht ben ick verbaest, met reeden wel verwondert,
 
Dat mijn niet en verblaest, verblixemt, en verdondert
 
Den Hemel gans en gaer. Och! sonder dan soo spae
 
Voor desen Moordenaer noch hoop syn van genae?
 
Sou dan den Christen Godt van my noch wel verhengen
 
Een soenelijcke boet? Dat scheenen mee te brengen
 
De woorden, so mijn dunct, die ghy flus tot my spraect.
 
Maer och onsaligh mensch! 'kheb't al te grof gemaect,
 
Gesondigt tegens Godt, gesondight tegens reeden.
 
Doch isser noch wat hoops, dat sou door uw' gebeden,
 
Dat sou dan moeten syn, door uw' vergunde spraeck,
 
Door uw' gelede pijn, die my, in plaets van wraeck,
 
Van Godts Bermhertigheyt, voor alle mijn misdaeden
 
Daer meed' ick ben belaen, verkrijgen sou genaede.
 
Dit is dat ic versouck, O beste vrinden Godts.
 
Spreect nu een enckel woordt toch voor dit Kindt des doodts.
 
Och door uw' groote smert, door uw' ontfangen wonden.
 
Die ick hier nu omhels, noch nat, noch onverbonden;
 
Door uw' geleden banck, door uw' verdragen pley,
 
Door al uw' ander straf, die ick hier nu beschrey;
 
En dat noch meerder is voor u, door't Cruys uws Heeren;
 
Soo bidt ick u van mijn, door uw' gebedt, te keeren
 
De wel verdiende wraeck van Godts verbolgen Handt.
 
Dat is, dat hy mijn spaer van dien bepeecten brandt,
 
Die hy den sondaers heeft bereydt int ander leven.
 
Des ben ick weer te vreen, als reeden is, te gheven
 
Aen syn rechtvaerdigheyt alhier alsulcken boet,
 
Als syn Bermhertigheyt tot soen sal vinden goedt.
 
'Ken weyger niet te sien, ick wil wel syn gebraeden;
 
Als ick maer magh voldoen en krijgen syn genaede.
[pagina 82]
[p. 82]
 
De aldersuerste Doodt, de alderwreedtste pijn,
 
Sal my het soetste Broodt, de coelste Laving sijn:
 
Want een gemeene straf, en kan mijn niet genougen;
 
Mijn ongestelt gemoedt sou noch al blijven wrougen
 
Dat ick noch naemaels sou volboeten in het vier.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken