Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van Abélard tot Zoroaster. Literaire en historische figuren vanaf de renaissance in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater (1994)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van Abélard tot Zoroaster. Literaire en historische figuren vanaf de renaissance in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater
Afbeelding van Van Abélard tot Zoroaster. Literaire en historische figuren vanaf de renaissance in literatuur, muziek, beeldende kunst en theaterToon afbeelding van titelpagina van Van Abélard tot Zoroaster. Literaire en historische figuren vanaf de renaissance in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.21 MB)

Scans (31.64 MB)

ebook (9.74 MB)

XML (1.03 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van Abélard tot Zoroaster. Literaire en historische figuren vanaf de renaissance in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater

(1994)–Peter Altena, Léon Stapper, Michel Uyen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Shylock

is de naam van de joodse woekeraar uit Shakespeare's The Merchant of Venice (ca. 1595). Shylock woont met zijn mooie dochter Jessica in Venetië, te midden van christelijke kooplieden en speculanten. Als een van die kooplieden, Antonio, geld bij Shylock leent om zijn vriend Bassanio te kunnen helpen, moet hij beloven het geld binnen drie maanden terug te betalen. Slaagt Antonio daar niet in, dan mag Shylock een pond van zijn vlees weghalen. Bassanio vaart uit naar Belmont alwaar hij Portia, een mooie en intelligente vrouw, ontmoet. Op het moment dat hij met haar zal huwen, hoort hij dat de schepen die hij uitzond op kosten van Antonio, zijn vergaan. Als hij tevens hoort dat Shylock zijn gruwelijk recht opeist, huwt hij haastig met Portia en reist terug naar Venetië.

Portia wint intussen juridisch advies in en betreedt enige tijd later, samen met haar kamenierster Nerissa, de Venetiaanse rechtbank, verkleed als jonge rechtsgeleerde. Zij wint de rechtzaak door erop te wijzen dat Shylock weliswaar het pond vlees bij Antonio mag weghalen, maar geen gram meer of minder; en Shylock zal bovendien zijn leven verhezen als hij tijdens het weghalen ook maar één druppel bloed vergiet. Shylock raast en tiert, pleit en weent, maar moet zich gewonnen geven. De rechter beslist dan dat de jood zijn halve vermogen aan Antonio moet afstaan, omdat Shylock door zijn extravagante eis te stellen een Venetiaans burger

[pagina 214]
[p. 214]

naar het leven heeft gestaan. Antonio geeft het geld echter aan Shylock terug op voorwaarde dat hij het doorgeeft aan zijn dochter Jessica, die tot grote woede en teleurstelling van Shylock met Bassanio's vriend Lorenzo is weggelopen. Het stuk eindigt met de onthulling van de identiteit van de jonge rechtsgeleerde en met de mededeling dat Antonio's schepen toch behouden blijken te zijn.

 

Het beeld van de joodse woekeraar was overgeleverd vanuit de middeleeuwen en stond juist in het 16e-eeuwse Engeland in de belangstelling. Diverse toneelschrijvers uit Shakespeare's tijd beeldden de joden uit als wreed en hebzuchtig. Een motief dat daarbij veel werd gebruikt, was het verhaal van het pond vlees als onderpand voor het lenen van een aanzienlijke som gelds. Deze fabel gaat terug op een van de onderdelen uit de Franse bundel vertellingen Dolopathos (ca. 1300) van de monnik Johannes de Alta Silva. De basiselementen van het Shylock-verhaal zijn reeds herkenbaar, al is er nog geen sprake van een jood als schuldeiser. Een ridder gaat de weddenschap aan dat hij de nacht bij een vrouw zal doorbrengen (zoals dat eufemistisch heet), maar hij verliest deze weddenschap doordat zij hem 's nachts in slaap tovert. Hij moet de boete, een geldbedrag, lenen bij een vroegere vriend die hij ooit in een vlaag van woede heeft verminkt. Uit wraak eist de geldschieter een pond van diens vlees als borg, en als de ridder zijn belofte om terug te betalen niet nakomt, dreigt de schuldeiser zijn recht op te eisen. De vrouw treedt dan op in de gedaante van rechter en velt het oordeel: als er ook maar een gram meer of minder dan het geëiste pond wordt weggehaald, zal de schuldeiser dit met zijn leven moeten bekopen. De ridder wint aldus het pleit. De elementen van liefdesavontuur, verhulde identiteit en redelijke rechtspraak zijn hier reeds aanwezig.

Een van de vele varianten van dit verhaal is opgenomen in de Gesta Romanorum, een Latijnse verzameling verhalen uit de 14e eeuw, mogelijk ontstaan in Engeland. De verzameling diende niet alleen schrijvers als Chaucer, maar ook Shakespeare meerdere malen tot inspiratiebron. De geldschieter is hier al een koopman geworden en het rechterlijk oordeel is niet gebaseerd op het gebod zich aan het overeengekomen gewicht te houden, maar op het verbod bloed te vergieten. De eerste maal dat er een jood in optreedt is in het Middelengelse gedicht Cursor mundi (14e eeuw) en vervolgens in Fiorentino's Il pecorone, een verhalenbundel uit 1378 naar het voorbeeld van Boccaccio's Decamerone en vermoedelijk een van de directe bronnen voor Shakespeare. In beide gevallen wordt de politieke achtergrond voor de introductie van een joodse schuldeiser gevormd door het historische feit van een opkomende jodenvervolging, die deels uit religieuze, deels uit financieel-economische motieven werd geboren.

De intrigerende rechtbankscène heeft inspirerend gewerkt en is vele malen uitgewerkt. In het ‘Meistergesang’ Kaiser Karls Recht (1443) en Leti's Vita di Sixto Quinto (1587), een verheerlijkende en historisch weinig betrouwbare levensbeschrijving van paus Sixtus v, groeide dit onderdeel van de stof uit tot een ingewikkeld juridisch steekspel. Een enkele maal gebeurde dat onder toevoeging van gruwelijke elementen als kindermoord, zoals in het in het Latijn geschreven blijspel Moschus uit 1599 van Rosefeldt. Van 1515 dateert een Nederlands rederijkersspel Van den Ghedinghe tusschen eenen coopman ende eenen Jode, waarin een sterk economisch element is ingebracht en een jood de hoofdrol van woekeraar speelt. In 1581 verscheen de verhaalstof in Frankrijk als onderdeel van de Épitomes de Cent Histoires Tragiques, extraites des actes des Romains et autres van Sylvain, gebaseerd op de Gesta Romanorum. De Engelse vertaling werd in 1596 gepubliceerd onder de veelzeggende titel The Orator: het pleidooi van de jood en de schuldenaar diende als een voorbeeld van juridische retoriek. De stof wordt in deze bundel verder uitgewerkt en komt reeds dicht in de buurt van de bij Shake-

[pagina 215]
[p. 215]


illustratie
Louis Bouwmeester als Shylock in een opvoering van De koopman van Venetië onder regie van W.P. de Leur, 1880.


speare beschreven rechtsgang. De jood beroept zich bijvoorbeeld op de persoonlijke toezegging van de schuldenaar een pond van zijn vlees te zullen afstaan: hij weigert op die grond de zaak af te laten kopen met een geldbedrag, ook al omdat iedere afwijking van de oorspronkelijke belofte wordt voorgesteld als een aantasting van het recht, dat immers berust op een strikte naleving van afspraken. Bovendien wordt er gezinspeeld op de vervolging van personen vanwege hun geloof.

In het Engeland van de 16e eeuw kwam de stof tot grote bloei, niet in de laatste plaats door de actualiteit van het streven de joden volledig uit het land te verdrijven (ogenschijnlijk op vrome gronden, maar in werkelijkheid meer uit economische motieven). Zo zijn er twee balladen bekend, The Northern Lord en The Ballad of the Jew Gernutus or the Jew of Venice. De laatstgenoemde ballade diende vooral ter illustratie van een juridische evolutie: van een strikte toepassing van de wet (rigor juris) naar een menselijker interpretatie ervan (equitas), en wel aan de hand van het juridische axioma: ‘Qui non habet in aere, luat in cute’ (Wie geen geld heeft, moet met zijn vlees boeten), op grond waarvan de schuldenaar met het eigen lichaam borg moest staan voor de afbetaling van een schuld.

Een van de verloren gegane toneelstukken van Dekker was getiteld Josef, the Jew of Venice (1592/94). De inhoud ervan is slechts in grote trekken te achterhalen via Duitse bewerkingen die wel zijn overgeleverd (o.a. de onder vele andere titels bekende Komoedia genanndt Der Jud von Venezien). De jood Barrabas wil zich wreken op de prins van Cyprus, omdat deze zijn vader heeft voorgesteld de joden te verdrijven en hun goederen te confisqueren. Barrabas vermomt zich en begeleidt de prins onder de naam Josef naar Venetië. Door een liefdesaffaire geraakt de prins in de schulden en hij leent geld van deze Josef op voorwaarde dat hij borg staat met een pond van zijn eigen vlees. Ook hier treedt de geliefde van de prins, Ancileta, op als rechter en eindigt het stuk met de hereniging van de

[pagina 216]
[p. 216]

geliefden en het derven van alle schulden. Dekkers toneelstuk is daarmee herkenbaar als een directe voorganger van Shakespeare's The Merchant of Venice, ook al heeft de zwart-wit-tekening van de personages bij Shakespeare plaatsgemaakt voor een indrukwekkende nuancering. Zo is Shylock in Shakespeare's toneelstuk uitgegroeid tot een tragische figuur, niet langer uitsluitend de halsstarrig onbarmhartige woekeraar, maar ook de uitgestotene van een gemeenschap die bestaat uit christelijke concurrenten van wie hij afhankelijk is voor zijn materiële overleven. Hij is bovendien de bedrogen vader, als zijn dochter Jessica er met zijn geld en zijn eer vandoor gaat met een niet al te oprechte christen. Ook andere personages zijn bij Shakespeare niet uitsluitend goed of slecht van karakter en in daden. Zo worden Antonio's gevoelens van haat en verachting jegens de jood Shylock in evenwicht gehouden door zijn vriendschappelijke en onbaatzuchtige motieven tegenover zijn vrienden.

Een hoofdstuk apart vormt het in 1591 verschenen toneelstuk The Jew of Malta van Marlowe. De verhaalstof is hier bijna volledig gepolitiseerd en het middeleeuwse beeld van de sjacherende jood uitgegroeid tot dat van een vreeswekkende politieke opportunist. De jood is hier Barabas genaamd; hij speelt het eiland Malta eerst in handen van de Turken en gaat vervolgens te gronde als hij de oorspronkelijke heersers weer aan de macht probeert te brengen. Het hoofdpersonage hoort daarmee thuis in het rijtje van Marlowe's duistere machtswellustelingen, zoals Faustus en Tamburlaine. Barabas is gebaseerd op een historisch persoon: Josef Mendez-Nassi, hertog van Naxos. Het enige politiek-historische element bij Shakespeare werd gevormd door het proces wegens hoogverraad tegen de lijfarts van Elisabeth i, Rodrigo Lopez. De tragiek van Shylock overstemt echter dit en andere elementen.

Latere verwerkingen van de Shylock-stof worden vrijwel volledig bepaald door de stellingname voor of tegen het negatieve beeld van de woekerende jood. Als voorbeeld van een van de uitersten moet de joodse criticus Boas worden genoemd, die in zijn boek Shakespeare and his Predecessors (1896) Shylock tot martelaar verhief en Shakespeare verweet zich onvoldoende te hebben afgezet tegen de vooroordelen van zijn tijd.

Afgezien van de nodige vertalingen en bewerkingen van Shakespeare's drama (waaronder Granville's ‘verbetering’ The Jew of Venice uit 1701, en Vigny's nooit opgevoerde Shylock, le marchand de Venise: comédie en trois actes, voltooid in 1828, maar pas in 1839 samen met de invloedrijke vertaling van Othello uitgegeven) en een groot aantal werken waarin een joodse hoofdpersoon al dan niet in een positief daglicht wordt gesteld, zijn er relatief weinig op zichzelf staande verwerkingen van de Shylock-figuur te vinden. In Nederland verscheen van de hand van Lonius (pseudoniem van J.W.C. van Laar) de trilogie De gevangene, de gestrafte en de doode smous (ca. 1736-40), waarvan het derde deel grotendeels is geïnspireerd op Shakespeare.

De Duitse toneelschrijver Lessing zette in 1749 met zijn vroege komedie Die Juden een belangrijke eerste stap ‘ter verdediging van een gekweld volk’. De komedie wijst tevens vooruit naar een van Lessings bekendste toneelwerken, Nathan der Weise uit 1779, waarin de verstandige hoofdpersoon Nathan in deze context kan worden gezien als een tegenhanger van de ‘onverstandige’ Shylock. Nathan heeft met Shylock gemeen dat hij alles mee heeft, zowel in financieel als in maatschappelijk en vaderlijk opzicht. Nathan wordt eveneens op de proef gesteld, maar zijn wijze zelfkennis en zelfbeheersing redden hem, waar Shylock zich aan zijn onbeheerste driften overlevert. Het enige wat Shylock op Nathan voor heeft, is dat zijn schepper erin is geslaagd een mens van vlees en bloed te scheppen en niet uitsluitend een voertuig voor de ideeën van de auteur.

Eerbied voor Shakespeare heeft er blijkbaar voor gezorgd dat ook in de 19e eeuw slechts vertalingen en bewerkingen met Shy-

[pagina 217]
[p. 217]

lock als personage zijn verschenen. Pas in deze eeuw volgen enkele bewerkingen, waaronder het toneelstuk Der Kaufmann von Rom, oder, Shylocks Urgestalt uit 1925 van Sinoja (pseudoniem van Joseph Engel de Jánosi): het stuk gaat over de reeds eerder genoemde paus Sixtus v en zijn sluwe Salomonsoordeel in een juridische controverse tussen een christen en een jood (inclusief de eis van het pond vlees). In het toneelstuk The Lady of Belmont uit 1924 van Ervine wordt een poging ondernomen om Shylock te rehabiliteren. Het stuk speelt zich tien jaar na de gebeurtenissen in Shakespeare's tragedie af en eindigt met een ferme discussie over antisemitisme tussen Portia en Shylock. Andere voorbeelden zijn de toneelstukken Shylock's End uit 1971 van H.F. Rubinstein en Shylock's Revenge uit 1986 van David Henry Wilson. Verreweg de belangrijkste bewerking is echter geleverd door de Engelse toneelschrijver Wesker, die met zijn geëngageerde opvattingen veel stof deed opwaaien. Zijn stuk The Merchant uit 1976 is een rechtstreekse confrontatie met Shakespeare, geboren uit een typisch naoorlogse mengeling van linkse ideologieën en verzet tegen alles wat naar antisemitisme riekt. Wesker had reeds eerder, in 1972, een positief portret van de joden geschapen in zijn toneelstuk The Old Ones, maar The Merchant is een expliciete verdediging van een joods karakter à la Shylock.

In de muziekgeschiedenis heeft Shakespeare's Merchant of Venice veelvuldig als inspiratiebron gediend. Toneelmuziek werd onder meer geschreven door Arne 1742, Rabaud 1917, O'Neill 1922 en Nystroem 1936. Fauré schreef in 1889 muziek bij Haraucourt's bewerking van Shakespeare, Shylock, comédie en trois actes en bewerkte deze muziek in hetzelfde jaar tot een orkestsuite (op. 57). Ouvertures zijn bekend van Macfarren 1837, Castelnuevo-Tedesco (Il mercante di Venezia, op. 76, 1933) en Felix White 1937. Van Vaughan Williams is de bekende Serenade to Music voor zestien solostemmen en orkest (1938; orkestversie 1939). Opera's naar Shakespeare zijn geschreven door Pinsuti (Il mercante di Venezia, 1873), Sullivan 1871, J.B. Foerster (Jessika, op. 60, 1902-04), Humperdinck (Der Kaufmann von Venedig, 1907, op een libretto van Friedrich von Schlegel) en Taubmann (Porzia, 1916). Hahn, leerling van Massenet, nam in 1935 met de opera Le marchand de Venise, op een libretto naar Shakespeare door Zamaçoïs, stelling tegen de nieuwe muziek en hield vast aan tonaliteit, melodie en structurering van het muziekdrama door middel van aria's, recitatieven en ensemblepartijen. Castelnuovo-Tedesco nam na jaren de Shakespcare-stof opnieuw tot uitgangspunt en schreef Il Mercante di Venezia (1961).

In de cinematografie overheersen de verfilmingen van Shakespeare's toneelstuk: er is een Italiaanse versie van Falena (il mercante di venezia, 1911), een Duitse versie van Felner (der kaufmann von venedig, 1923) en een Franse versie van Billon (le marchand de venise, 1953) met Michel Simon als Shylock. Wilhelm verfilmde in 1913 een eigen variant onder de titel der shylock von krakau.

In de kunstgeschiedenis is Shylock bekend van afbeeldingen van beroemde acteurs in hun rol als vertolker van Shylock: er zijn onder meer portretten van de acteurs Kean en Henry Irving (door Henry Fitzgerald), maar wellicht het fraaiste voorbeeld is het schilderij Charles Macklin as Shylock in the Trial Scene from The Merchant of Venice uit 1775 van Zoffany, die ook een portret van Shylock en een van Shylock en Tubal maakte. Macklin was de eerste acteur die Shylock gestalte gaf als een waardige en tragische figuur; voordien was het gebruikelijk de jood als een figuur uit een klucht neer te zetten. Macklins optreden zorgde voor een ware sensatie in theaterminnend Londen en de uitbeelding door een van de meest gewaardeerde en succesvolle schilders van die tijd is dan ook niet verwonderlijk. Macklin figureert ook in het schilderij Macklin and Mrs. Pope as Shylock and Portia van Boyne. Voorts zijn er talloze afbeeldingen van scènes uit The Merchant of Venice,

[pagina 218]
[p. 218]

zoals Shylock and Jessica (1830, Yale Center for British Art) en Portia and Bassanio (1831, Victoria & Albert Museum, Londen) van Gilbert Stuart Newton; van de rechtbankscène zijn tussen 1819 en 1880 minstens twaalf schilderijen gemaakt onder andere door John Gilbert, Hook 1851 en Charles Hunt 1868. Van de 18e-eeuwse schilder Smirke en van Turner 1830 zijn portretten van Jessica bekend. Turner schilderde eveneens Scene. A Street in Venice en Shylock: ‘Jessica, shut the window, I say’. In het Louvre bevindt zich een schets door Delacroix van een figuur, waarvan enige tijd is aangenomen dat deze Faust voorstelde, maar waarvan nu is komen vast te staan dat Shylock ermee wordt uitgebeeld.

Graetz 1899; Sinsheimer 1960; Weijtens 1971; Schwanitz 1989; Gross 1992


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken